Het decennium van de smartphone
Tien jaar geleden verscheen de eerste iPhone. De lancering van het toestel was samen met de komst van Android een kantelpunt voor ‘smart devices’. Maar een blik op de cijfers van toen en nu leert ons dat geen enkel merk op zijn lauweren mag rusten.
2006
Met welk ‘smart device’ liep u eind 2006 rond? Volgens marktonderzoeker Canalys was dat, enkele maanden voor Steve Jobs de iPhone aankondigde, in 53,8 % van de gevallen een Nokia, goed voor 11,1 miljoen toestellen. Op de tweede en derde plaats staan RIM (BlackBerry) met 1,8 miljoen toestellen of 8,9 % van de markt en Motorola met 1,45 miljoen toestellen of 7,1 % van de markt. Maar het cijfer dat u moet onthouden is het totaal: 20,6 miljoen verkochte smart devices voor het vierde kwartaal van 2006.
2007
Eén jaar later, wanneer de iPhone enkele maanden in de rekken ligt, drinkt Nokia nog altijd champagne. Het marktaandeel zakt licht (52,9%) maar de verkoop stijgt tot 18,8 miljoen toestellen. RIM maakt een stevige inhaalbeweging naar 4 miljoen stuks (11,4%). Apple kon ondertussen zijn fans overtuigen en verkoopt dit kwartaal 2,3 miljoen iPhones. Het wordt meteen de derde grootste speler, al bedraagt het marktaandeel ‘maar’ 6,5 %. Motorola eindigt nipt onder Apple met vergelijkbare cijfers. Dit kwartaal worden er 35,5 miljoen toestellen verkocht.
2017
Tot zover onze trip door de geschiedenis, want we spoelen meteen door naar het tweede kwartaal van 2017. Nokia maakt hier voor de tweede keer een comeback en ook Blackberry, deze keer op Android, keert voorzichtig terug. Motorola werd intussen verkocht aan Google en later aan Lenovo. Het bedrijf is al die tijd smartphones blijven maken maar zit al lang niet meer in de top vijf.
Vandaag wordt de smartphonemarkt gedomineerd door Samsung. De Zuid-Koreaanse reus verkocht het afgelopen kwartaal 79 miljoen toestellen, bijna vier keer meer dus, dan het totale aantal smart devices verkocht in 2006. Apple houdt stand op de tweede plaats met 41 miljoen toestellen in dat kwartaal en Huawei eindigt net daaronder met 38 miljoen toestellen. Dat zijn er meer dan de totale markt eind 2007. Die totale markt bedraagt vandaag trouwens 340 miljoen smartphones. Bij de cijfers per merk moeten wel wel de nuance maken dat die per kwartaal en per merk stevig schommelen. Zo ligt de iPhoneverkoop momenteel op een laagtepunt, vlak voor de lancering van de iPhone 8.
De cijfers tonen aan dat de smartphonemarkt de afgelopen tien jaar is geëxplodeerd, maar ook dat de spelers sterk zijn veranderd. Samsung was ooit een matige gsm-maker. Huawei was destijds een netwerkproducent en Apple was nog maar enkele jaren aan het heropleven dankzij kleurrijke macBooks en de intussen iconische iPod. Een smartphone van Apple? Dat was een riskante zet in een nichemarkt die zich vooral op zakelijke gebruikers richtte.
2018,2019,2020…
Maar ook de huidige markttoppers voelen de druk. Zo worden de vierde en vijfde plaats nu ingenomen door Oppo en Xiaomi. Relatief onbekende spelers in West-Europa, maar wel ingeburgerde merknamen in Azië, waar niet alleen de helft van de wereldbevolking woont maar waar er ook, in tegenstelling tot Europa en de VS, nog veel groeimarge zit op de smartphonemarkt. Tegelijk blijft de winstmarge op smartphones zo beperkt dat er geen ruimte is voor spelers die maar een paar miljoen toestellen verkopen. “De opkomst van Oppo, maar ook Vivo (net buiten de top 5, nvdr.) is astronomisch, ” zegt Ben Stanton, analist bij Canalys. “Hun impact is momenteel beperkt tot China en Zuid-Oost Azië. Maar het toont hoe snel een smartphonemerk kan evolueren.”
(PVL)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier