‘Het draait niet alleen om de punten’

'Je hebt veel minder unicorns in edtech dan in bijvoorbeeld fintech'

Soms kan het hard gaan voor een bedrijf. De Oostenrijkse onderwijsstart-up GoStudent groeide op zeer korte tijd uit tot een ‘unicorn’. Die groei wordt mee begeleid door de Belgische Laura Warnier.

GoStudent haalde in januari nog 340 miljoen dollar op in een kapitaalronde, en wordt ondertussen gewaardeerd op zo’n 3,5 miljard dollar. Dat is veel geld voor een bedrijf dat het onderwijs wil digitaliseren. GoStudent maakt een platform dat ouders en kinderen linkt aan relevante lesgevers voor bijlessen. Die bijlessen gebeuren een-op-een, grotendeels via een videoverbinding. Kinderen krijgen dus bijles thuis op de computer, maar wel door iemand die zich volledig op hen en hun noden concentreert.

In 2018 werd de Belgische Laura Warnier als tweede werknemer van de Oostenrijkse start-up binnengehaald. Als chief growth officer staat zij in voor de groei van het bedrijf. “Dat succes hangt veel af van de mensen die we in dienst nemen”, zegt ze. “We zetten sinds de start in op ’employer branding’: aantrekkelijk zijn als werkgever. Het helpt ook dat edtech ( educatieve technologie nvdr.) een sector is waarin veel mensen willen werken. Je geeft iets terug aan de wereld, dus dat trekt divers en internationaal talent aan.”

Covid-19 bracht verandering

Die edtech is meteen een van de sectoren waar innovatie lang op zich liet wachten, zegt Warnier: “Je hebt veel minder unicorns in edtech dan in bijvoorbeeld fintech. Investeerders waren daar lang niet in geïnteresseerd.” Wat is er dan veranderd? Covid-19, uiteraard. “Dat had voor ons zowel positieve als negatieve gevolgen. In Oostenrijk, Duitsland en Zwitserland, waar wij zijn gestart, draait de cultuur rond bijlessen om het oplossen van problemen. Je stuurt kinderen naar de bijles omdat ze slechte punten halen. Maar omdat de scholen tijdens de pandemie gesloten waren, had je ook geen examens en was er dus niemand op zoek naar bijlessen.” GoStudent maakte van de gelegenheid gebruik om een andere aanpak te promoten, waarbij het platform kon helpen om de achterstand die leerlingen door de lockdowns opliepen, in te halen. “Het draait nu meer om de leerervaring, en niet alleen om de punten.”

De trend naar online klassen zorgde er bovendien voor dat investeerders interesse kregen. “Wij waren een van de eersten die konden aantonen wat je met online docenten kon doen. Wij waren vanaf dag één bezig om ouders te overtuigen dingen online te proberen. Zij wilden in eerste instantie een lesgever die bij hen langskwam, maar we toonden hen dat ze het online even goed of zelfs beter konden. Voor de pandemie wilden zo’n derde van de ouders alleen fysiek bijles voor hun kinderen, erna is dat nog drie procent.”

Hybride

Wat overigens niet betekent dat Warnier voorstander is van een volledig online lespakket. “We evalueren ook de impact van dit alles op kinderen, en zien dat ze tijdens de lockdowns leden onder een gebrek aan sociaal contact. Dat was bij zestig procent van de kinderen zo. Dus we willen niet naar honderd procent online. We geloven in een hybride model, waarbij we een aanvulling vormen op de school.”

GoStudent heeft ondertussen kantoren in 23 landen, en stelt 2.000 fulltime medewerkers tewerk, naast een gemeenschap van zo’n 20.000 freelance lesgevers. Het platform moet vooral de brug vormen tussen die docenten en hun bijlesstudenten. “Voor ons is het belangrijk dat de kwaliteit van de bijlessen hoog is”, zegt Warnier, “dus zetten we sterk in op interviews rond empathie en pedagogische skills voor we iemand als docent aanwerven.” Het curriculum wordt overigens lokaal opgesteld, op basis van de cursussen van de leerlingen. De lokale docenten, vaak zelf net afgestudeerd of nog universiteitsstudent, zijn daar op die manier ook mee bekend, maakt Warnier zich sterk.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content