En wat als je wagen nu eens letterlijk een mobiele hotspot zou zijn die je in en rond de auto van draadloos internet voorziet? Een interessante weg die het Amerikaanse Autonet Mobile ingeslagen is.

Autonet Mobile is in 2005 opgericht door ex-racepiloot Sterling Pratz en Doug Moeller die zijn sporen in de telecomsector verdiend heeft, onder meer bij het innovatiedepartement van Nortel. Vanuit San Francisco bouwt het bedrijf aan oplossingen waarmee smartphones, laptops en andere toestellen met een wifi-chip draadloos kunnen surfen aan hoge snelheid in een al dan niet rijdende wagen. Tot twintig toestellen kunnen daarbij tegelijkertijd verbinding maken. Het bedrijf levert zowel de hardware – een draadloos basisstation met routerfunctionaliteit – als de abonnementsformule voor het eigenlijke datagebruik. Samengevat omschrijft Autonet Mobile zich dan ook als ‘s werelds eerste ‘wireless internet service provider for your car’.

De router werd specifiek ontwikkeld om vanuit de koffer of de laadbak van een SUV een zo goed mogelijk wifi-signaal in de lucht te brengen. De in huis ontwikkelde en gepatenteerde ‘TRU Technology’ moet er voor zorgen dat de verbinding het niet begeeft terwijl de auto in beweging is. Voor de eigenlijke internetverbinding wordt via het basisstation gebruik gemaakt van 3G- en 2,5G-netwerken (EDGE) waarbij de communicatiekosten inbegrepen zijn in een maandelijks abonnement (tussen 29 en 59 dollar).

Geen traditionele hotspot meer nodig

Op de afgelopen Consumer Electronics Show in Las Vegas kon Autonet Mobile alvast op flink wat aandacht van de bezoekers rekenen. Het bedrijf wist ondertussen al flink wat autofabrikanten te strikken waaronder Dodge, Chrysler, Jeep, Volkswagen en Chevrolet. Met Chevrolet heeft Autonet Mobile bijvoorbeeld een OEM-deal. De wifi-kit kan bij een Chrevrolet-dealer als een optie gekozen en geïnstalleerd worden bij een nieuwe wagen, waarna je gebruik kunt maken van de service aan snelheden tot maximaal 1,5 Mbit/s.

Overigens kan de router ook uit de wagen gehaald en verplaatst worden naar een ander voertuig. Je kan hem ook inpluggen aan het stroomnet, zodat je hem in principe zowat overal kunt gebruiken waar een stopcontact voorhanden is. Via docking stations kun je een en ander managen – bijvoorbeeld van de router een backup-oplossing maken voor internetvoorzieningen thuis of op kantoor.

Ondertussen is Autonet Mobile lang niet meer de enige. In Engeland kun je bijvoorbeeld door het bedrijf ‘In-Car PC’ een wifi-hotspot in je wagen laten inbouwen, waarbij je zelf kiest of je surft via Vodafone, Orange of O2. Ook bij een aantal Europese automerken kun je ondertussen al een wifi-netwerk in je wagen laten installeren.

Ingebouwd bij Ford

Ford gaat daarbij nog een stapje verder. De ‘Sync’-console die nu al onder meer voor Bluetooth-connectiviteit zorgt, krijgt een softwareupgrade die ook wifi-functionaliteit toeveoegt. Wil je in zo’n Ford met het nieuwste Sync-systeem een draadloos netwerk opzetten, dan dien je in de console een usb-stick in te voeren met een mobiele breedbandmodem. Geen extra hardware meer nodig, en ook geen extra abonnement: gewoon de usb-dongle. Op die manier hoopt Ford dat het systeem ‘future proof’ blijft en vrije keuze van breedbandoperator toestaat. Ford legt er trouwens de nadruk op dat het systeem (op de USB-stick na) helemaal ingebouwd is in de wagen: er is dus geen extra router die je zoals met de Autonet Mobile oplossing in de koffer moet bevestigen.

Als iedere wagen een hotspot op wielen wordt, zou je je kunnen afvragen of heel wat betalende hotspots overbodig zouden worden. Aan de andere kant kun je je evengoed afvragen of het niet eenvoudiger is om elk device rechtstreeks verbinding te laten maken met het 3G-netwerk van de operator. Het principe van een draadloos wifi-netwerk op wielen lijkt vooral handig wanneer meerdere personen tegelijkertijd online willen gaan met hun eigen laptop(s); smartphones, iPod Touch of Sony PSP: kwestie van de kinderen op de achterbank voluit te entertainen? Hoe dan ook is het duidelijk dat de ontwikkelingen rond ‘internet in de wagen’ maar beter met argusogen gevolgd worden door de aanbieders van traditionele hotspots. Het businessmodel van ‘internet in de wagen’ mag nu dan misschien nog wat prematuur zijn; op korte termijn kan het zeker verstorend werken en – wie weet – op lange termijn bedreigend voor de uitbaters van hotspots.

Kristof Van der Stadt