Het verlies van de voorbije jaren in het aantal startende studenten in ‘s lands ict-richtingen is nog niet gecompenseerd, maar de heropleving doet deugd. Treffen de sensibiliseringsacties eindelijk doel?
Een opsteker na de achteruitgang van de vorige jaren: dit jaar telt ons land zeven procent meer nieuwe ict-studenten. Dat blijkt uit een eigen, erg volledige rondvraag van Data News bij Vlaamse en Franstalige universiteiten en hogescholen, gedurende de voorbije twee weken. “We zijn al jaren bezig met de problematiek van een grotere in- en uitstroom in ict-richtingen”, zegt Koen Schram, opleidingshoofd Toegepaste Informatica aan de Karel de Grote-Hogeschool in Antwerpen. “Beginnen onze acties dan eindelijk vruchten af te werpen?” Françoise Dubisy, coördinatrice van de richting ‘Informatique de gestion’ aan de Haute Ecole Namur-Liège-Luxembourg (HEnallux), vermoedt hetzelfde: “Wij hebben meer reclame gemaakt, via een herwerkte website en een affichecampagne, maar misschien begint ook de sensibilisering door organisaties als Agoria eindelijk door te dringen.”
Specifiek voor HEnnalux hebben de aanpassingen aan de inhoud van het programma studenten over de brug getrokken, denkt Dubisy. “Wij hebben het vak Nederlands van het eerste naar het tweede jaar verplaatst.” Dat bleek nogal wat studenten uit Frankrijk en Luxemburg af te schrikken. “Daarnaast hebben wij ook vakken over business intelligence en programmeren op mobiele platformen geïntroduceerd.” Die aanpassing van het lessenpakket is ook het geval aan de Universiteit van Namen, zegt Naji Habra, decaan van de faculteit informatica aldaar. “Ons programma van 2012-2013 sluit beter aan bij de realiteit bij veel bedrijven. Wij zien informatica hier als een brede en open richting, met connecties met andere disciplines, zoals bedrijfsbeheer en wiskunde.”
Maar Habra denkt ook dat de groei van het aantal ict-studenten past binnen deze generatie: “Niet alleen gebruikt die meer technologie, er is ook gewoon een demografische evolutie.” Koen Schram is niet helemaal akkoord met die eerste stelling. “Ook vorig jaar gebruikte die generatie al veel technologie. Dat dit een digitale generatie is, is geen evolutie van gisteren, en toch was er vorig jaar een daling in het aantal ict-studenten. Maar wat je wel ziet – ik merk het bij mijn eigen dochter – is dat ‘nerd’ zijn tegenwoordig cool geworden is. Dat vind ik toch een opmerkelijke, meer recente maatschappelijke verschuiving.” Hoe zien de studenten dat zelf? “Wij hebben voor informatica gekozen uit persoonlijke interesse”, zeggen Denis, Nicolas en Michaël in koor, alle drie net ingeschreven in het eerste jaar ‘sciences informatiques’ aan de UCL. “Wij zijn al zot van technologie en programmeren sinds onze kindertijd”. Maar ze erkennen dat de sensibilisering, met name in het secundair onderwijs, over de bijna verzekerde jobperspectieven in ict, zeker heeft meegespeeld. Koen Schram denkt ook het van groot belang is geweest dat er in het onderwijs en de media steeds op dezelfde spijker is geslagen rond technologie in het onderwijs en ict-richtingen. “Herhaling is de moeder van de studie. Ik denk dat we nu eindelijk effect zien.”
Meisjes
Ondanks dat positieve nieuws blijft de stijging van het aandeel meisjes dat kiest voor ict-richtingen minimaal. 7,5 procent meisjes, dat zegt misschien niet veel. Nauwelijks enkele meisjes in een richting met honderden jongens is al heel wat pijnlijker. Of enkele honderden meisjes naast duizenden jongens als je alle richtingen samen neemt. “Wij gaan hier onderzoeken waarom meisjes niet voor ict-richtingen kiezen”, vertelt Koen Schram. “We zijn enkele bevragingen gestart, niet alleen bij de meisjes die de keuze wél gemaakt hebben, want dat is evident en gemakkelijk, maar ook bij de meisjes die voor een andere opleiding gekozen hebben.” Met het blote oog kan je in de verzamelde cijfers in elk geval opmerken dat richtingen die titels dragen als ‘grafische en digitale media’, ‘informaticamanagement en multimedia’ of ‘digital arts & entertainment’ relatief gezien meer meisjes lokken. Vaak, niet altijd, zijn het meer ‘grafische’ richtingen dan ‘hardcore’ ict-richtingen. Andersom is het opvallend dat de bachelors ‘Elektronica-ICT’ en ‘Elektromechanica’ nauwelijks meisjes lijken aan te trekken. Het is geen onbekende stelling van Schram dat teveel aandacht voor de overdosis testosteron in de ict-richtingen het traditionele rollenpatroon gewoon dreigt te bevestigen. “Ik vermoed dat dat beeld veel meisjes afschrikt. Al kan je het probleem ook niet doodzwijgen.”
Elodie Branswyck, die dit jaar Toegepaste Informatica aan de Hogeschool Gent begint te studeren, vindt dat imago van ‘mannenwereldje’ niet echt een probleem. “Ik kan wel begrijpen dat er meisjes zijn die om die reden minder geïnteresseerd zijn om deze richting te volgen. Toch denk ik dat degene die echt geïnteresseerd zijn om informatica te volgen daar geen punt van maken. Die moeten er gewoon voor gaan.” Zoals zijzelf bijvoorbeeld: “Ict is een wereld op zich waar een doorsnee iemand geen of geringe kennis van heeft en dat wekte mijn interesse. Wat mij vooral aanspreekt, is alles rond netwerken. Het zou leuk zijn om later als network administrator aan de slag te kunnen gaan.”
Uitstroom
Tenslotte is het nog de vraag wat deze hogere instroom met de uitstroom doet. Niet te vroeg juichen, klinkt de boodschap in Franstalig België. De ict-masters aan de hogescholen en de voorbereidende jaren voor een universitaire master hebben daar immers ook meer succes. Dat betekent dat veel studenten pas na 5 jaar (als alles goed loopt tenminste) afstuderen, in plaats van na 3 jaar. In Vlaanderen is dat effect nog niet zo duidelijk te zien, weet Schram. “Alles is zich nog wat aan het ‘zetten’. Maar wat je wel ziet is dat veel studenten door de crisis hun stap naar de professionele wereld nog even uitstellen door nog wat langer te gaan studeren, is het dan een master of gewoon nog een extra afstudeerrichting. Los daarvan merk ik vandaag op dat de ‘flexibilisering’ van het hoger onderwijs – oorspronkelijk bedoeld om makkelijk iets bij te studeren om ‘bij te blijven’ – bij reguliere studenten niet voor kortere, maar net voor heel wat langere studieloopbanen heeft gezorgd.”
Olivier Fabes & Stefan Grommen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier