“Informatica is de drijvende kracht achter de business”
Als CIO van het departement information services van marketing & sales, de commerciële afdeling van Engie Electrabel in België, moet Marc Lallemand en zijn team de klanten in de eerste plaats een dienst te leveren. Zijn M&S-departement bevindt zich dus in ‘het hartje van de business’, helemaal anders dan een externe IT-support zoals we die kennen van het klant-leverancier-model.
Kan u een korte geschiedenis van het it-departement schetsen ? Hoe positioneert de it van M&S zich in die geschiedenis ?
MARC LALLEMAND : Begin jaren 2000 maakten we de overgang van een mainframe naar een SAP-systeem, als voorbereiding op de liberalisering van de markt. Toen hebben we ook ingezet op het web, aan de hand van een redelijk uitgewerkt extranet dat wel rechtstreeks verbonden was met de back-end. Vervolgens, begin jaren 2010, schakelden we over naar web services aan de hand van een ESB-orkestratiesysteem. Dit droeg bij tot de verbetering van onze flexibiliteit, verkortte onze time-to-market en gaf tegelijkertijd ook een groter aanbod aan diensten aan de klanten.
Hier voeg ik graag aan toe dat wij in onze taak ondersteund worden door Engie IT. Zij zorgen voor de infrastructuur voor de volledige groep. In mei vorig jaar heeft de ceo van Engie, Isabelle Kocher, een entiteit opgericht met de naam Engie Digital, die instaat voor het produceren van software en het anticiperen op informatica-gerelateerde noden. Onze opdracht als is-afdeling binnen marketing & sales bestaat er dus in zich in het hartje van de business te integreren om diensten te verlenen aan de eindklanten.
Wat waren jullie meest recente projecten ?
MARC LALLEMAND : De afgelopen jaren draaiden de belangrijkste projecten rond het optimaliseren van wat al bestaat (operational excellence), het verbeteren van de time-to-market en grootschalige kostenreducties. Zo werden de OPEX met 45 procent verminderd op vijf jaar tijd. Er spelen veel elementen mee voor deze kostenreductie, namelijk optimalisering en stabilisering van de infrastructuur, grotere standaardisering, offshoring en nearshoring, met name in India en Portugal, consolidering van applicaties, een streng beheer van de vraag en een focus op operationele uitmuntendheid. We hebben ook een programma geïmplementeerd dat focust op agility en bimodale it. Zo combineren we waterval- en agile development in functie van het project. In dat opzicht hebben we het voordeel dat we werken met teams die het beroep begrijpen en die nauw betrokken zijn bij de business, of er zelfs volledig mee geïntegreerd zijn. Mijn teams bevatten mensen met erg technische profielen, maar ook mensen die meer marketing- en salesgericht zijn. Het gebeurt dus ook regelmatig dat bepaalde van mijn medewerkers naar de marketing- of process-managementteams evolueren, en omgekeerd werven wij ook vaak profielen aan uit bijvoorbeeld de customer service.
Welke grote projecten verwacht u de komende jaren ?
MARC LALLEMAND : Er staat veel druk op de marges in onze erg concurrentiële sector, dus kostenreducties zullen op de agenda blijven staan. Hetzelfde geldt voor onderwerpen die verband houden met energietransformatie en gerelateerde aspecten, bijvoorbeeld digitale applicaties – zie ook de oprichting van het expertisecentrum Engie Digital, dat rechtstreeks onder de verantwoordelijkheid kwam te staan van de cio van de groep, Yves Le Gélard. Andere belangrijke onderwerpen zijn het internet der dingen, cyberveiligheid, dataprivacy, mobiliteit en het vergroten van de flexibiliteit.
Wat is het belang van de cio in de ogen van het algemene bestuur ?
MARC LALLEMAND : Mijn functie maakt deel uit van het uitvoerend comité van M&S. In tegenstelling tot de andere entiteiten van de Engie-groep is informatica voor M&S essentieel : zonder it-systemen liggen alle activiteiten onmiddellijk stil, zowel offline als online, wat een enorme impact heeft op de klanttevredenheid en de reputatie van het bedrijf. De overgrote meerderheid van de projecten van M&S omvat dan ook een belangrijke it-component. Dankzij de steeds snellere digitalisering van de activiteiten groeit het belang van die it-component voortdurend. Kortom : it bekleedt een centrale positie in de activiteiten van M&S. Het zijn soms, en zelfs vaak, de business teams die voorstellen doen. Die worden vervolgens gevalideerd door mijn departement voordat ze worden uitgewerkt. Dat gezegd zijnde, ben ik ongetwijfeld een atypische cio, aangezien ik geen informaticus ben en mijn parcours eerder gericht was op de interface tussen klant en informatica dan op pure it. Ik denk dan ook dat mijn functie zal evolueren van een technische functie naar een rol die de organisatie transformeert en instaat voor communicatie en begeleiding. Dan denk ik voornamelijk aan het beheer van de veranderingen die verband houden met agility en bimodale it ; de impact daarvan reikt veel verder dan enkel het informatica-departement. Agility moet van begin tot einde worden uitgedacht : van het businessidee tot de technische verwezenlijking. Het vormt één geheel. Minder techniek en meer klant, dat is de richting die we uitgaan. Maar dat kan alleen maar als de it-systemen feilloos functioneren. De sleutel tot succes blijft operationele excellentie – zo krijgt de cio een vinger in de pap te brokken over andere onderwerpen. En aangezien we aan de business de inzet, het potentieel en de ‘ins en outs’ van ‘hun’ it uitleggen, speelt shadow it een minimale rol binnen M&S. We laten de business namelijk zo veel mogelijk beslissingen nemen en we kiezen samen voor tools die zo weinig mogelijk dagelijkse it-interventies nodig hebben. Overigens : om deze synergie nog meer te versterken, heeft het M&S-personeel geen vast kantoor maar flexibele zones in functie van hun projecten. Ook gebruiken we het Yambla-platform om interessante ideeën te structureren en teams te vormen op basis van de interesses van de leden. Dat stimuleert de creativiteit en de zin voor initiatief. Ik merk dat informatica opnieuw een onderwerp van groot belang is geworden. We bekijken het niet meer enkel als iets wat ons leven vergemakkelijkt maar zien nu ook nieuwe technologieën ontstaan. Sinds enige tijd wordt it opnieuw bekeken als een ‘game changer’, bijvoorbeeld met het IoT, maar ook dankzij artificiële intelligentie en het potentieel van blockchain.
Hoe gaan uw budgetten en teams evolueren ?
MARC LALLEMAND : Zoals ik al aangaf, zullen de budgetten blijven verkleinen, of toch in elk geval niet toenemen. We moeten dus een beroep (blijven) doen op onze creativiteit. Maar aangezien nieuwe technologieën steeds belangrijker worden, zullen er investeringen moeten volgen in it. Ik voorzie geen problemen op dat vlak maar we moeten wel altijd een positieve ‘business case’ hebben die door het uitvoerend comité wordt gecontroleerd en goedgekeurd. Op het vlak van de teams zijn we niet alleen de organisatiestructuur van het departement aan het herbekijken maar ook van de volledige organisatie. De fusie tussen business en it is hier een logische stap, want mijn teams zijn rechtstreeks bij de business betrokken. Daar wil ik nog aan toevoegen dat wij extra aandacht besteden aan de opleiding van ons personeel, of het nu om ITIL of Scrum gaat, en dat we hen altijd vragen klantgerichte innovaties te verwezenlijken.
Wordt er dan ook aan outsourcing/offshoring gedacht ?
MARC LALLEMAND : Sinds enkele jaren doen we aan offshoring in India, en voor andere projecten richten we ons naar nearshoring in Portugal, Marokko en Estland, om rekening te kunnen houden met taal- en culturele kwesties. Als we de juiste activiteiten kiezen en die in het juiste kader plaatsen, kan deze aanpak interessant blijken. Over het algemeen hebben we nu een 50/50-verdeling over interne en externe competenties. We neigen er echter naar bepaalde activiteiten terug intern op te nemen, omdat we zo de risico’s beter kunnen beheren.
En staat de cloud ook op het programma ?
MARC LALLEMAND : We investeren al enkele jaren in de cloud. Een derde van onze applicaties werkt al in de cloud en we hebben de ‘cloud first’-strategie aangenomen. We richten ons naar een hybride cloud en we werken op een pragmatische manier aan kostenvermindering, flexibiliteit en het verbeteren van de time-to-market. De ‘zware’ werkapplicaties rond SAP zullen in de jaren 2020 overigens worden herschreven. Wie weet werken ze daarna wel volledig in de cloud.
Marc Husquinet
“De sleutel tot succes blijft operationele excellentie”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier