Wintersport is een van de toeristische sectoren waar technologie en it een cruciale rol spelen. Liften, installaties voor kunstmatige sneeuw en lawinebeveiliging steunen voor een groot deel op informatietechnologie. Zeker het systeem om skipassen te verkopen en de toegangscontrole te regelen, getuigt tegenwoordig van toptechnologie.
“Een hedendaags skistation heeft op zijn minst een basissysteem nodig”, zegt Josef Stangassinger, Business Support Manager Mountain bij Skidata, de belangrijkste leverancier van it-systemen voor skigebieden. “Dat basissysteem bestaat uit drie belangrijke onderdelen: een point of sale (pos), een toegangscontrole en een data center. De eerste twee kunnen op een gewone losstaande computer draaien, terwijl voor het data center een server nodig is. De trend in de meeste skistations is om naar een oplossing in een netwerk te gaan.” Voor de toegangscontrole gebruikt men meestal kaarten met een rfid-chip in. De toegangssystemen moeten wel op een langere afstand kunnen controleren dan gelijkaardige toestellen in bijvoorbeeld metrostations, omdat de meeste skiërs hun liftkaart in hun jas houden.
In elk geval moet een basissysteem wel wat transacties aankunnen. Een pos kan drie tot vijf liftkaarten per minuut afleveren, terwijl een toegangspoortje tot de liften tot 700 controles per uur dient uit te voeren. In een gemiddeld skioord moet het systeem op een doorsnee dag zo’n 80.000 transacties verwerken.
Skiprestaties bijhouden
Meer en meer beginnen skistations de data die uit hun systemen komen, ook te analyseren en daar acties aan te koppelen. “Als het hele skigebied in een netwerk zit, kan men op elk moment van de dag in een dashboard statistieken zien van alle relevante data. Dit geeft meteen nuttige feedback over de verkoop, de drukte aan de liften, enzovoort. Zo kan men bij drukte bijvoorbeeld meteen reageren door een andere kassa te openen”, zegt Josef Stangassinger. “Een van onze partners, Skiline.cc, heeft een toepassing gemaakt die op basis van de gegevens uit ons systeem, de skiër informeert over zijn prestaties op de piste. Door het nummer van zijn skipas op de website in te geven, krijgt hij een grafiek van zijn ‘skilijn’, zijn persoonlijke tijd-hoogte statistiek. Zo kan hij zien welke liften hij die dag heeft gebruikt, hoeveel hoogtemeters hij heeft overbrugd, en een schatting van de totale afstand die hij heeft geskied. Op de site kan iemand zo een overzicht krijgen van zijn skiprestaties over het hele seizoen. Voor veel skiërs is dit heel leuk om te hebben, en voor skigebieden is het een extra dienst die ze aan hun klanten kunnen aanbieden. Het is een extra marketingmiddel, dat bijvoorbeeld meer trafiek genereert voor hun website.”
In principe zou er nog meer gedaan kunnen worden met de gegevens die het systeem registreert, zegt Josef Stangassinger: “omdat men met ons systeem kan zien waar het druk en minder druk is, zou men skiërs ook actief naar de minder drukke liften kunnen leiden, maar in de praktijk merken we dat daar weinig interesse voor is. De skioorden plannen hun liften namelijk tegenwoordig zo goed, dat je maximum een paar minuten moet aanschuiven.”
Bruno Koninckx
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier