De KU Leuven gebruikt alsmaar meer videoconferencing, zowel voor docenten als studenten. De business case is wel helemaal anders dan in de privé-sector.

De KU Leuven heeft een raamcontract gesloten voor de levering van de videocommunicatie-oplossingen. Polycom ging met de vis aan de haal en mocht RealPresence-oplossingen leveren aan de Leuvense universiteit. De bedoeling was om videocommunicatie tussen de twee belangrijkste campussen die zich op zo’n 150 kilometer van elkaar bevinden mogelijk te maken. “Een docent hoeft nu dezelfde les niet apart in Leuven en dan nog eens in Kortrijk gaan geven, wat heel wat efficiëntiewinst oplevert”, zegt professor Wim Van Petegem van de directie onderwijs en leren aan de KU Leuven. “Voor docenten is het aangenaam dat ze niet naar twee verschillende locaties moeten rijden om dezelfde les te geven, maar het levert ook ecologische besparingen op uiteraard”, zegt Van Petegem.

Meer en meer lokalen

Concreet werden enkele auditoria reeds uitgerust met de nodige videoconferencingapparatuur. Televic tekende voor de integratie van de videoconferentie-endpoints van Polycom. De centrale infrastructuur (RMX1500, CMA4000, VBP-ST en VBP-E) werd geïnstalleerd door Inia. “Onze dienst die ook verantwoordelijk is voor de automatisering van de auditoria, tekende het concept uit, de partners zorgden voor de implementatie en de rekening werd betaald door het centrale aankoopbudget”, verduidelijkt Eric Luyten, educational technology specialist van de KU Leuven. “Maar de auditoria zijn slechts één deel. Nu groeit de druk om ook meer en meer seminaries, lokalen, en vergaderruimten uit te rusten met videoconferencing”, voegt Van Petegem toe. “Maar laat het duidelijk zijn, technologie is en blijft alleen maar een driver voor ons. We vertrekken altijd vanuit de didactiek en de onderwijsinsteek. De technologie is er enkel maar om dat doel te ondersteunen”, zegt Van Petegem.

Andere business case

Dat maakt dat de business case ook helemaal anders in elkaar zit dan die binnen een privé-bedrijf. “Het commercieel gewin speelt bij ons uiteraard minder. Voor ons telt vooral de efficiëntiewinst. Maar je mag ook niet vergeten dat onze studenten ondertussen gewoon al verwachten dat de technologie er is. Zij zijn met technologie opgegroeid en verwachten die tools dus zeker ook in een academische omgeving”, zegt Van Petegem die ons nog op een ander argument pro-videoconferencing wijst. “Voor ons past dit ook binnen de internationalisering van de universiteit. Alleen met klassieke Erasmus-uitwisselingsprojecten gaan we er niet komen. Dankzij videoconferencing kunnen alle studenten meedoen in virtuele uitwisselingsprogramma’s”, aldus Van Petegem. Studenten uit Zweden, Frankrijk en Duitsland kunnen hierdoor ook vanuit hun eigen land colleges volgen die de KU Leuven aanbiedt. De Polycom-oplossingen passen ook binnen het multi-campusprogramma van de associatie met dertien hogescholen en achttien ziekenhuizen.

Unified communications

Overigens is de KU Leuven ook al gemigreerd van klassieke telefonie naar ip-telefonie over Microsoft Lync, oftewel unified communications. “De integratiemogelijkheden van Polycom met Lync was een van de sterke punten waarom we voor hen kozen en niet voor Lifesize of Cisco”, zegt Eric Luyten. “Ook voor content scoorden zij goed. Dat was voor ons ook een belangrijk aandachtspunt, omdat het bijna altijd over lesmateriaal gaat dat moet gedeeld worden met anderen. Het presentatieaspect is dus heel erg belangrijk. Het is ook de bedoeling dat een docent met één druk op de knop een les kan laten opnemen – inclusief de videoconferencingbeelden en de beelden van de documentencamera dus – en die dan beschikbaar stellen via het online blackboard voor de studenten.

Of de docenten de nieuwe manier van lesgeven vlot aanvaard hebben, willen we tot slot graag nog weten? “De meeste docenten begrijpen wel de innovatie die speelt binnen het onderwijs, maar alles staat of valt met de voorbereiding”, weet Van Petegem. “Eén slechte ervaring is moeilijk terug te draaien en laat een permanente negatief effect achter. Zo’n effect krijg je niet met een gewone les”, zegt Van Petegem: “Het presentatiemateriaal moet voorbereid worden en de lessen worden ook interactiever.” “Maar weet je waar nog het meeste protest over kwam? Over de beperktere actie- radius van docenten. Heel wat docenten lopen graag door het lokaal wanneer ze aan het vertellen zijn, en dat ligt bij videoconferencing soms wat moeilijker. Maar dat weegt niet op tegen de voordelen”, besluit Van Petegem. Overigens is de universiteit nu nog volop bezig met de integratie van de Polycom-oplossingen met Lync Server 2010. Een belangrijke stap die daarvoor eerst nog moet genomen worden is onder meer de integratie van de LDAP-servers: iets waar de interne it-dienst van de KU Leuven (ICTS) verantwoordelijk voor is.

Kristof Van der Stadt