LinkedIn brengt de skillset van Brussel in kaart (of probeert dat toch)
LinkedIn is lang niet het grootste of meest sexy netwerk, maar de jobsite weet zichzelf wel netjes te positioneren naar bedrijven en rekruteerders toe. Die berg data wil het nu ook inzetten om in grote steden inzicht te geven in de economie en de skills die er nodig zijn. Al stellen we ons praktische vragen bij de meerwaarde ervan.
“We hebben vandaag zicht op negen miljoen bedrijven, tien miljoen jobs, bijna dertigduizend scholen en meer dan vijfhonderdduizend actieve gebruikers op LinkedIn. Leg die over elkaar heen en je krijgt een heat map van je economie waar de kleuren je vertellen wat er gebeurt,” steekt Marcel Molenaar, verantwoordelijk voor LinkedIn in de Benelux, van wal. “Je ziet welk talent instroomt maar ook waar het naartoe gaat en welke skills waar nodig zijn.”
De professionele netwerksite rolt zijn Economic Graph uit voor verschillende grootsteden, waaronder Amsterdam, Manchester en Brussel. De voornaamste vereiste is dat er voldoende data beschikbaar moet zijn om zo’n heat map betrouwbaar te maken. Dat wil zeggen dat andere Belgische grootsteden zoals Gent, Charleroi, Namen of Antwerpen nog niet zijn opgenomen. “We zijn ons er van bewust dat we nog een hele weg te gaan hebben, maar in bepaalde regio’s is er vandaag al genoeg netwerkdichtheid die van waarde is, ” aldus Molenaar.
Voor Brussel gaat het om 726.000 leden en 56.000 bedrijven die in en rond de stad actief zijn. “Dankzij die gegevens weten we dat de publieke sector in de stad zo’n dertig procent groter is dan die in andere steden. Dat komt natuurlijk omdat Brussel ook het hart van de EU is. Maar vanuit beleidsstandpunt weet je dan ook dat het een belangrijke werkgever is, met elfduizend vacatures. We weten bovendien dat een kwart van de jobs in Brussel om technologische skills vragen en die komen zowel van grote bedrijven als van kmo’s. Zo’n 45 procent van de werknemers werkt bij een kmo. Kijken we specifiek naar die technologische skills, dan gaat dat van programmeerwerk tot soft skills zoals expertise in usability, mobile strategy, demand generation enzovoort.”
“Onze data is in real time”
LinkedIn zegt dat het zijn berg aan data graag wilt delen met de maatschappij, uiteraard om zichzelf verder te positioneren als professioneel platform. Net zoals Facebook u graag vertelt hoe belangrijk vriendschappen op Facebook zijn. Nochtans becijfert elk beschaafd land, en we rekenen België daar meestal bij, al langer welke sectoren het goed doen en welke diploma’s tot welke jobs leiden. Zowel de VDAB, Forem als de FOD Economie bestuderen die materie regelmatig. Heeft LinkedIn’s Economic Graph dan wel meerwaarde?
“Ja, want onze data is in real time”, zegt Molenaar. “Veel gelijkaardige systemen bestaan uit statische data maar wij updaten continu, wat het veel waardevoller maakt. We zien bovendien niet enkel wat de vraag nu is, maar ook waar rekruteerders naar vragen, wat populair en minder populair wordt. We mikken dus ook op een voorspellende waarde. Stel dat je bijvoorbeeld een MBA-opleiding wil organiseren, dan moet je vandaag al weten welke capaciteiten je tegen 2020 of 2025 wilt afleveren. Voor zo’n opdrachten is een goede barometer een belangrijke tool. Zo zien we dat de vraag naar marketeers met een bèta achtergrond (affiniteit met data) groter wordt. Wie vandaag geen analytics kent, kan niets doen in marketing en de komende jaren zal die trend nog meer toenemen.”
Real time is relatief
Tot zover de theorie. Want toen onze redactie vroeg hoe organisaties die data kunnen opvragen om zelf te benutten, bleef het antwoord bijzonder vaag. We stelden de vraag meermaals tijdens de zomermaanden en kregen kort voor publicatie te horen dat dit via een specifieke pagina kon, maar dat de aanvraag voor projecten intussen gesloten was. Daarbij leerden we dat het niet zozeer om een API gaat, of publiek te raadplegen cijfermateriaal, maar dat de rapporten door een menselijk team worden samengesteld.
We trekken de correctheid van die data niet in twijfel. Wel hebben we vragen bij de snelheid waarmee u ze te pakken kunt krijgen, toch niet onbelangrijk voor real time gegevens. Bovendien is het niet evident om ze aan te vragen en weten we niet hoeveel dat bijdraagt. Dat Brussel een grote publieke sector heeft en dat veel banen it-gerelateerd zijn, is immers al duidelijk zodra je eender welke jobsite openklikt.
De intenties van LinkedIn zijn nobel. Maar zelfs als ze er komen, is de data maar half werk. Zo zit lang niet elk profiel op LinkedIn. Voor een headhunter, it’er of verkoper is de site mogelijk zeer nuttig. Maar het aandeel leerkrachten, brandweerlui of schoonmaakpersoneel met een LinkedIn-profiel ligt hoogstwaarschijnlijk een pak lager dan in andere sectoren. Dat geeft een vertekend beeld, wat Molenaar wel beseft. “We zien dat zeker, omdat we een sociaal online platform zijn. De technologiesector is bijvoorbeeld sterk vertegenwoordigt bij ons. Al ligt dat ook aan het feit dat die zich niet beperkt tot één land en eerder wereldwijd beweegt.”
Kort samengevat: LinkedIn heeft een goed zicht op de noden en skills van een grootstad. Maar dat inzicht blijft vooral beperkt tot hoogopgeleiden die effectief lid zijn van de site.
Pieterjan Van Leemputten
“We mikken op een voorspellende waarde”
“Je ziet welk talent instroomt, maar ook waar het naartoe gaat en welke skills waar nodig zijn.” Marcel Molenaar, LinkedIn
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier