We testen acht Android-smartphones van zeven merken (Alcatel Onetouch, HTC, Huawei, LG, Samsung, Sony en Wiko). Opvallend is dat de duurste mobieltjes voortaan allemaal 64-bit hardware gebruiken.

Voor het eerst bevat onze jaarlijkse test van high-end smartphones allemaal toestellen met hetzelfde platform, namelijk Android. De reden is simpel. Apple stelt al jarenlang geen test-exemplaren meer ter beschikking en kunnen we dus ook niet testen. BlackBerry is op sterven na dood. En Microsoft heeft momenteel alleen smartphones in het gamma uit de instap- en middenklasse. Behalve Microsoft zijn er geen grotere fabrikanten meer die nog Windows Phone-toestellen voor de Europese markt produceren. Het huidige Windows Phone-topmodel, de Microsoft Lumia 640, heeft een 720p-scherm en een verouderde quad-core processor. Aan de bovenkant van de Android-markt zijn hexa- en octo-core processoren en minstens 1080p-schermen ondertussen normaal.

Daar hangt uiteraard ook een prijskaartje aan vast. Zo kost het huidige topmodel van Samsung, de Galaxy S6 Edge, evenveel als een zeer behoorlijk uitgeruste Windows-laptop. Voor een topmodel Android-smartphone van HTC, Huawei, LG of Sony betaalt u evenveel als een doorsnee-laptop. Prijsbrekers zoals Alcatel Onetouch en Wiko slagen er echter in om beter uitgeruste Android-smartphones te produceren met een prijskaartje dat maar enkele euro’s hoger is dan dat van de Lumia 640. Microsoft lijkt momenteel dus niet echt te kunnen concurreren met al het Android-geweld in de smartphonemarkt. Niet inzake prijs en al helemaal niet inzake hardware. Of Windows 10 Mobile, dat ergens dit najaar uitkomt, iets aan die situatie zal kunnen veranderen, valt af te wachten.

TESTMETHODE

We beoordelen de geteste smartphones aan de hand van bijna tweehonderd verschillende criteria. Die vindt u samen met alle technische specificaties terug in de tabel op onze website. We geven punten voor objectieve criteria (uitrusting, draagbaarheid, autonomie, straling). Op basis daarvan berekenen we een functionaliteitsscore op 100 punten. We geven ook punten op subjectieve criteria zoals bouw- en schermkwaliteit, zakelijke beveiliging, bedieningsgemak, reactiesnelheid en precisie van het aanraakscherm, extra mogelijkheden en onze algemene indruk. Dat geeft ons een subjectieve testscore op 100 punten. Ten slotte berekenen we een snelheidsscore op 100 punten op basis van verschillende platformspecifieke en -onafhankelijke benchmarks die de autonomie, de algemene snelheid, de grafische snelheid, de wifi-downloadsnelheid en de internetbrowsing-snelheid meten. Iets om rekening mee te houden is dat bij smartphones benchmarks niet alleenzaligmakend zijn. Sommige fabrikanten gaan zelfs zo ver om hun firmware te optimaliseren zodat hun toestellen extra goed presteren in populaire benchmarks. Voor de berekening van onze snelheidsscore houden we alleen rekening met de volgende, volgens ons meest betrouwbare, benchmarks, namelijk Futuremark 3DMark Ice Storm, Futuremark PCMark for Android, GFXBench 3.1 T-Rex, Ookla Speedtest en Futuremark Peacekeeper.

In de uiteindelijke prestatiescore op honderd punten tellen de functionaliteitsscore voor 30 %, de subjectieve score voor 20 % en de snelheidsscore voor 50 % mee. We berekenden voor elke smartphone ook een prijsprestatiescore op 100 punten. Daarin tellen de prestatiescore voor 60 % en de prijs voor 40 % mee. We baseren ons op reële straat- en webprijzen, niet op de zogenaamde adviesprijzen van de fabrikanten.

DESIGN EN SCHERM

Alle smartphones hebben dezelfde snoep-reepvormgeving, met naadloos tot aan de rand lopende, met kraswerend glas verstevigde multitouch-schermen. Speciale “form factors” zoals hardwarematige-toetsenbordjes of minischermen die we in het verleden nog tegenkwamen, zijn volledig verdwenen. Naast elkaar bekeken zien alle smartphones er bijna identiek uit. Dat effect wordt tegenover vorige testen nog versterkt doordat de schermdiagonalen ook naar elkaar toegroeien. De meerderheid van de geteste smartphones heeft een scherm met een diagonaal van om en nabij de 5 inch (12,7 cm). Alcatel Onetouch is in deze test de enige uitzondering, met enerzijds een ‘phablet’-achtig apparaat met een schermdiagonaal van 6 inch en anderzijds een compacte smartphone met een schermdiagonaal van 4,7 inch, die echter ook in een (door ons niet geteste) 5,5 inch versie bestaat.

Op twee uitzonderingen na gebruiken alle fabrikanten capacitieve aanraakschermen met varianten van de lcd in-plane switching (ips)-technologie met een brede kijkhoek. De uitzonderingen zijn Wiko, dat zijn Highway Star 4G van een Amoled-scherm voorzag en Samsung, dat de S6 en S6 Edge uitrustte met een Super Amoled-scherm, in het geval van de door ons geteste tweelingbroer S6 Edge zelfs met opvallend ‘curved’ scherm dat langs beide kanten afbuigt. De LG G4 heeft een ‘quatum ips’-scherm met een nauwelijks merkbare buiging, met als resultaat minder reflecties en een betere kijkhoek. Alle schermen op twee uitzonderingen na herkennen tien gelijktijdige aanrakingen. De beide Alcatel Onetouch-smartphones hebben aanraakschermen die maar vijf gelijktijdige aanrakingen aankunnen.

De grootte van het scherm zegt overigens niets over de pixeldichtheid en dus waargenomen scherpte. Tegenover de test van vorig jaar zijn alle schermen scherper, bij de goedkopere zowel als bij de duurdere toestellen. In de terminologie die gebruikt wordt door de Android-developer kit hebben alle smartphones in deze test minstens een ‘high density’-scherm van minimaal 240 ppi. De meerderheid heeft een ‘extra high density’-scherm van meer dan 320 ppi. De LG G4 en Samsung Galaxy S6 Edge beschikken zelfs over ‘extra extra high density’-schermen van meer dan 480 ppi (534 ppi voor de LG G4 en zelfs 576 ppi voor de Galaxy S6 Edge).

Wat betekenen deze cijfers nu in de praktijk ? Om te beginnen dat wij in tegenstelling tot de vorige jaren met onze 54-jaar oude ogen nauwelijks nog een verschil zien tussen de schermen. Ze zijn allemaal van meer dan behoorlijke kwaliteit, al valt wel op dat de (Super) Amoled-schermen iets mooiere en vooral heldere kleuren hebben dan hun ips-tegenhangers. Het gebogen scherm van de Galaxy S6 Edge voegt daar nog een extra dimensie aan toe. Daar hangt trouwens een serieus prijskaartje aan vast : de S6 Edge is 150 euro duurder dan de op de schermbuiging na identieke S6. Hoewel er wat discussie over bestaat, kan het gemiddeld menselijk oog (afhankelijk van leeftijd en oogconditie) op een leesafstand van ca. 25 cm geen individuele pixels onderscheiden bij ppi’s tussen ca. 300 en ca. 477. De volgens ons beste schermen in deze test zijn in volgorde die van Samsung, LG en HTC, maar de onderlinge verschillen zijn in tegenstelling tot voorgaande testen eerder miniem.

CHIPSETS

Dit jaar merken we meer variatie bij de gebruikte arm-gebaseerde soc’s (system-on-a-chip). Het opvallendst is natuurlijk dat Samsung voor zijn topmodel Qualcomm inruilde voor een in huis geproduceerde soc, namelijk de octa-core Exynos 7420. De grafische component (GPU) daarvan, een uit 2013 daterende ARM Mali-T760, komen we in een tragere uitvoering ook tegen in de Wiko Highway Star 4G, een van de goedkoopste smartphones in deze test. Ook die heeft een octa-core soc, namelijk een MediaTek MT6752. De Wiko is in de meeste benchmarks echter meer dan de helft trager dan de Samsung, wat bewijst dat het aantal processorkernen waarmee fabrikanten graag uitpakken in hun advertenties in de praktijk weinig over de prestaties vertelt. De Wiko kan zich inzake snelheid maar op één terrein met de Samsung meten en dat is voor de video-afspeeltest in de Futuremark PCMark benchmark. De Samsung S6 Edge scoort in die specifieke test trouwens op één na het traagst van alle geteste smartphones. We hebben daar geen verklaring voor, het kan een foutje zijn in de gebruikte benchmark, maar het kan even goed een probleem zijn in de firmware van de S6. Samsung gebruikt overigens een recentere, hoger geklokte variant (MP8) van de Mali-T760 GPU dan we terugvinden in de MediaTek MT6752. Een andere, goedkopere MediaTek soc, de octa-core MT8392, vinden we terug in de Alcatel Onetouch Hero2. Huawei gebruikt voor zijn nieuwe topmodel P8 net zoals Samsung een in eigen huis ontwikkelde soc, namelijk de octacore Hisilicon Kirin 930. Die heeft een al van 2012 daterende ARM Mali-T624 GPU. Alle andere smartphones gebruiken een Qualcomm-soc : een quad-core Snapdragon 410 in de Alcatel Onetouch idol 3, een quad-core Snapdragon 801 in de Sony Z3, een hexa-core Snapdragon 808 in de LG G4 en een octa-core Snapdragon 810 in de HTC One M8.

64-BIT

Dit zijn op de Snapdragon 801 na allemaal 64-bit socs. Ook de socs van Huawei en Samsung hebben een 64-bit architectuur. Dat geldt tevens voor de MediaTek MT6752. Dat betekent dus dat zes van de acht geteste Android-smartphones 64-bit ondersteunen, tegenover geen enkele in de test van vorig jaar. Android is overigens nog maar vanaf versie 5.0 ‘Lollipop’ helemaal klaargemaakt voor 64-bit gebruik. De meeste Android-apps moeten nog volgen en werken overwegend aan 32-bit. De overgang naar 64-bit is niettemin ook bij mobiele apparaten onvermijdelijk. Herinner u hoe lang het duurde voor Windows de overstap maakte. Ook het Android-platform zal van de voordelen van 64-bit kunnen genieten, zoals de mogelijkheid om méér werkgeheugen te gebruiken, of het feit dat de processor in één cyclus dubbel zoveel gegevens verwerkt en dus rekenopdrachten sneller uitvoert. Alle geteste smartphones draaien Android Lollipop, op de Sony Z3 en Wiko Highway Star 4G na. Bij de Z3 is Lollipop-ondersteuning officieel aangekondigd, bij de Wiko nog niet. Van een explosie van het werkgeheugen is bij Android overigens nog geen sprake, al hebben alle geteste toestellen minimaal 2 GB en de meeste (HTC, Huawei, LG, Samsung, Sony) zelfs 3 GB RAM aan boord.

EXTRA HARDWARE

In de Alcatel Onetouch idol 3, Huawei P8 en Wiko Highway Star 4G passen twee sim-kaartjes (een micro- en nano-simexemplaar). Zo kunt u bijvoorbeeld een bedrijfs- en privénummer tegelijk met dezelfde gsm gebruiken. De Sony Z3 is als enige in deze test stof- en waterdicht, op voorwaarde dat u zorgvuldig alle klepjes afsluit. Dit toestel heeft een ip65 & ip68 (international protection marking)-code volgens iec-standaard 60529. De Huawei P8 heeft een waterafstotende nano-coating, maar geen ip-certificatie. Usb 3.0 vindt u alleen bij de Samsung S6 Edge, maar standaard levert Samsung alleen een 2.0-kabel mee. Hdmi-uitgangen zijn volledig verdwenen en vervangen door video via usb, soms volgens de mhl-standaard of anders volgens de slimport-standaard. In beide gevallen dient u de benodigde kabels apart te kopen. Mhl leidt naar Hdmi, terwijl slimport bedoeld is voor DisplayPort. Maar niet alle geteste smartphones hebben überhaupt nog een video-uitgang (raadpleeg de tabel). Vaak kunt u dan wel draadloos via bijvoorbeeld Miracast- of WiFi Display-technologie uw smartphone-scherm op een groter scherm projecteren. De smartphones van HTC, Samsung en Sony ondersteunen ant+, een energiezuinig Bluetooth-alternatief voor draadloze communicatie over korte afstanden met gadgets zoals sportbanden. Maar Bluetooth 4.0 ondersteunt dit in feite ook en is op alle geteste toestellen aanwezig. HTC, Huawei, Samsung en Sony hebben zelfs al Bluetooth 4.1, dat beter co-existeert met 4G-verbindingen, nog minder energie verbruikt en ook nog iets sneller is dan zijn drie jaar oudere v4.0 voorganger. De Samsung S6 Edge aanvaardt geen sd-geheugenkaartje, alle andere gelukkig wel. In de LG G4 kunt u via deze weg zelfs tot 2 TB extra opslagruimte steken. Samsung paste zijn TouchWiz UI wel aan zodat die minder ruimte in beslag neemt en u ook toelaat om vooraf geïnstalleerde app volledig te verwijderen om nog meer ruimte vrij te maken. De 32 GB versie van de S6 Edge heeft standaard trouwens nog 23,33 GB vrije ruimte. Bij sommige fabrikanten nemen de eigen UI en in de fabriek al geïnstalleerde apps soms wel erg veel ruimte in beslag. Zo is er bij de 16 GB versie van de Huawei P8 maar 8,48 GB meer vrij. Gelukkig kunt u een sd-kaartje van maximaal 128 GB toevoegen, al verliest u dan wel de dual sim-mogelijkheid. Wilt u twee sims gebruiken dan zit er niets anders op dan te investeren in de duurdere 64 GB ‘Premium’-versie of in een concurrerend dual-simtoestel met extra sd-kaartsleuf. De Alcatel Onetouch Hero2 heeft als enige een stylus. Die schuift uit de onderkant van het toch erg dunne chassis. Met zijn dikte van 7,9 mm is de Hero2 bijvoorbeeld dunner dan de HTC One M9 (9,6 mm) en LG G4 (9,8 mm), de ‘dikste’ smartphones in deze test. Met 6,8 mm is de Samsung S6 Edge overigens het dunste toestel.

PRESTATIES

De Samsung S6 met eigen Exynos soc presteert in de algemene benchmarks het snelst, al is het verschil met de Qualcomm- en Huawei-socs in de HTC One M9, LG G4 en Huawei P8 nu ook weer niet zo dramatisch. In de grafische benchmarks is het verschil veel meer uitgesproken. De HTC One M9 is hier de opvallende uitzondering, want die is in sommige grafische testonderdelen (specifiek in de OpenGL 3.1- en webbrowsing-testen) zelfs nipt sneller dan de Samsung S6. Anders geformuleerd : de Adreno 430 GPU in de HTC One M9 moet niet onderdoen voor de Mali-T760MP8 GPU in de Samsung S6. Als je echter ook rekening houdt met de autonomie dan verbruikt de Exynos soc bij gelijke prestaties heel wat minder stroom dan alle andere socs. De Samsung S6 Edge haalt de op één na hoogste autonomiescore in deze test en moet alleen de veel minder krachtige Alcatel Onetouch idol 3 4.7 laten voorgaan. In vergelijking met de HTC One M9, die op sommige vlakken even snel presteert, houdt de Samsung S6 Edge het in onze belastende batterijtest 94 minuten langer uit. De S6 Edge doet het in exact dezelfde test overigens ook 119 minuten beter dan zijn voorganger de Galaxy S5 die nog een Qualcomm-soc gebruikte. De S6 Edge presteert in dezelfde benchmarks gemiddeld ook zo’n veertig procent sneller dan zijn voorganger. Op een jaar tijd durven we dat een spectaculaire verbetering te noemen.

CONCLUSIE

De Samsung S6 Edge is de snelste en best uitgeruste smartphone in deze test. Twee andere toestellen halen ook een prestatiescore boven de 80/100 : HTC One M9 en LG G4. Merkwaardig is dat alle geteste toestellen een prijsprestatiescore halen tussen de zestig en de drieënzestig op honderd. Alleen de erg goedkope Alcatel Onetouch idol 3 4,7 springt daar met 78/100 significant bovenuit. Dit betekent dat volgens onze testcriteria en wegingen alle geteste smartphones in verhouding tot hun prestaties en uitrusting een ‘eerlijke’ verkoopprijs hebben. U krijgt met andere woorden waarvoor u betaalt.

RAADPLEEG DE TABEL OP ONZE WEBSITE VOOR GEDETAILLEERDE PRODUCTINFORMATIE EN UITGEBREIDE TESTCIJFERS : DATANEWS.KNACK.BE/SMARTPHONES2015

Jozef Schildermans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content