Eind mei 2011 werd het Belgian CyberCrime Centre (B-CCCentre) boven de doopvont gehouden, waarna de wereld niet heeft stilgestaan, inclusief zelfs de vorming van een nieuwe regering. Dat laatste heeft een en ander “wat moeizamer dan verwacht [gemaakt],” aldus prof Jos Dumortier, hoofd van het B-CCCentre, “maar [hij is] zeker optimistisch!”

De drie ambities van het Centre, namelijk activiteiten inzake onderzoek, opleiding en adviezen aan de overheid zijn ondertussen gestart. Verspreid over de KU Leuven, UCL en Namen, werken een tiental onderzoekers al rond technische, juridische en criminologische onderwerpen. Wat de opleidingen betreft, werd veeleer nagegaan wat al beschikbaar is en wat de noden zijn van groepen als de politie en de magistratuur – twee vragende partijen. Overigens zijn ondertussen ook eigen cursussen op punt gesteld, zodat hier kortelings mee van start kan worden gegaan. En wat adviezen betreft wil het Centre onder meer zijn bijdrage leveren aan het uitwerken van een nationale strategie voor informatieveiligheid. Met het aantreden van Ann Mennens die de dagelijkse werking van het Centre behartigt als project manager, kwamen de activiteiten in een stroomversnelling. Dat leidde onder meer in maart tot een conferentie over het delen van security-informatie op nationaal vlak. De conclusies ervan worden eerstdaags gepubliceerd, maar wijzen duidelijk op de nood aan een centraal coördinerende instelling, een update van het wettelijk kader, meer middelen en nog meer samenwerking.

Bottom up

Een haar in de boter blijkt wel de regeringswissel. Het Centre verloor daarmee immers zijn grote voorstander, in de persoon van justitieminister De Clerck. Het ontbreekt zeker niet aan een ‘bottom up’-vraag en enthousiasme, stellen zowel prof Dumortier als Ann Mennens, maar het blijft wachten op een nieuwe, kordate voortrekker in de huidige regering.

Ondertussen kan het B-CCCentre aan de slag blijven dankzij de financiering van de Europese Commissie, die daar wel haar verwachtingen inzake o.a. activiteiten naar een breder publiek tegenover stelt. Voor het Centre is het dan ook een kwestie om niet alles zelf te doen, maar tevens de samenwerking met en tussen derden (inclusief bedrijven) te bevorderen. Wel wordt er nog gestreefd om de financiering van het Centre uiteindelijk structureel in de nationale begroting te verankeren, met een inbreng van alle niveaus. Ondertussen gaat het B-CCCentre door “met het samenbrengen van mensen, en dat is al een grote toegevoegde waarde”, aldus Ann Mennens.

[GK]

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content