Guy Kindermans Guy Kindermans is freelance journalist bij Data News.

Hadden we het vorig jaar nog losjes over ‘een avondje MIT of Stanford’-cursus kijken, dan hebben de Amerikaanse universiteiten in het voorbije jaar stevig aan hun MOOCs gewerkt.

MOOC heet voluit ‘Massive open online course’ en beschrijft het aanbod van gewoonlijk gratis online cursussen, al dan niet omkaderd met toetsen en de mogelijkheid om een soort getuigschrift te bekomen. ‘Open’ betekent hier dat er geen echte beperkingen zijn inzake wie zich kan inschrijven, terwijl ‘massive’ verwijst naar de mogelijkheid heel grote aantallen cursisten te ondersteunen (scalablity).

In het voorbije jaar heeft het fenomeen nog uitbreiding genomen en werd een en ander ook meer gestructureerd. Zo bestaan vandaag organisaties als Coursera (met o.a. Stanford en EPFL Lausanne), Udacity en edX (met o.a. MIT, Harvard en Berkeley) die online cursussen aanbieden. Daarin wordt behoorlijk wat geïnvesteerd, zoals 16 miljoen dollar in Coursera, 15 miljoen in Udacitye, terwijl edX met 60 miljoen van start gaat. Wel is nog niet duidelijk of de MOOCs hierbij een ‘for profit’ of een ‘non profit’ bedrijfsmodel gaan nastreven, en of ze dan ook op langere termijn leefbaar zullen zijn (onder meer gezien de kosten om het materiaal te produceren). Sceptici verwijzen in ieder geval naar de moeilijkheden die initiatieven als Open University in Groot Brittannië en Open Universiteit in Nederland hebben.

Ook over de inhoud van de MOOCs zijn er nog vragen. Wat wordt geselecteerd als onderwerp (het moet immers populair zijn), hoe vaak wordt het materiaal bijgewerkt (bijkomede kosten na de initiële opstartkost) en dies meer. Momenteel is er in ieder geval nog geen online aanbod dat een volledige opleiding omvat, ook niet bij de universiteiten die MOOCs aanbieden. Integendeel, die universiteiten behouden een verschil tussen hun ‘online’ aanbod en de ‘on campus’ universiteit. Vaak wordt het online aanbod zelfs gezien als een soort ‘reclame’ voor hun on campus universiteit, waarbij de reputatie van hun instelling tegelijk een aantrekkingskracht uitoefent op potentiële MOOC-studenten. Heel wat academische instellingen zouden overigens in de MOOC-boot stappen om in dezelfde klasse als die instellingen met grote reputatie te worden gerekend.

Efficiëntie?

Voorts kan ook over de efficiëntie van MOOC-cursussen worden geredetwist. Onderzoek wijst er op dat wel veel studenten een MOOC-cursus starten, maar maximaal 10 procent van hen houdt het vol tot het einde. Wellicht is dat geen probleem omdat het toch wijst op de grote bereidheid van personen om zich bij te scholen, die het gewoon door omstandigheden niet kunnen afronden. Dat kan een probleem worden als in het business model van een MOOC wordt gerekend op het afleggen van testen en het uitreiken van getuigschriften tegen betaling.

Consensus is er wel dat MOOCs een belangrijke rol kunnen spelen inzake bijscholing en voor onderwijs in gebieden met gebrekkige onderwijsinfrastructuren, zoals ontwikkelingslanden.

Overigens gaat de ontwikkeling van het MOOC-gebeuren nog volop verder, met onder meer ook ‘games based learning’ MOOCs.

Guy Kindermans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content