“Morgen draait het om kunstmatige intelligentie”
Hij leidt it voor UCB, een middelgrote biofarmaspeler met 7.500 werknemers die actief is in 40 landen. Zijn team levert jaarlijks zo’n 250 projecten af. Maar schaal maakt volgens hem weinig uit om waarde te creëren. “Je hoeft niet groot te zijn om veel impact te hebben.” Maak kennis met Herman De Prins, Data News’ CIO of the Year 2016 !
De farma-industrie is sterk gereguleerd en die regelgeving slaat ook op it. Toch slaagt De Prins er in om met initiatieven zoals kunstmatige intelligentie niet alleen het bedrijf, maar ook de producten naar een hoger niveau te tillen.
Investeert UCB veel in it ?
HERMAN DE PRINS : “We geven veel uit, een beetje boven de gekende benchmarks. Die zijn echter geen referentie want investeren in technologie is nuttig zodra je daar een goede output van krijgt. We hebben bij UCB een cultuur van appreciatie voor technologie, waarbij het bedrijf ziet dat er waarde zit in verschillende domeinen. Dat maakt dat we bereid zijn relatief veel te investeren.”
Hoe zou u de infrastructuur omschrijven ?
DE PRINS : “We hebben een gecentraliseerde en gevirtualiseerde omgeving met zo goed als alle applicaties globaal, dus weinig lokale systemen. Zowel SAP als onze core communicatie- en collaborationsystemen draaien globaal, net als functiespecifieke applicaties. In totaal ondersteunen we zo’n 600 applicaties.”
Uw it-afdeling telt 240 interne medewerkers maar daar komen nog eens 350 externe krachten bij. Wat laat u liever intern of extern uitvoeren ?
DE PRINS : “Voor zaken als SAP en andere meer traditionele applicaties doen we meer aan outsourcing omdat er veel providers zijn die geïndustrialiseerde oplossingen aanbieden. Kijk je naar nieuwere dingen rond digitalisering, dan doen we dat eerder intern, meestal aangevuld met de steun van externe partners. We hebben ook een uitvalsbasis in India die we bemannen met mensen van externe partijen. Zij houden zich vooral bezig met de infrastructuur.”
Is UCB een digitale voorloper ?
DE PRINS : “Eigenlijk is heel de farma-industrie geen koploper voor digitalisatie. Het is een vrij complex ecosysteem met strikte regels, dus je kan niet zomaar je hele model omgooien en digitaal transformeren. Ik denk dat UCB zich positioneert op gelijke hoogte met andere farmabedrijven, maar echte voorlopers zijn we niet.”
“Bij customer facing applicaties, voor patiënten, is het dan ook vrij complex om dat te doen. Maar stakeholder applicaties, bijvoorbeeld voor dokters, daar kan je al meer digitaal gaan. Rond analytics zijn we bijvoorbeeld zeer digitaal bezig, al is dat minder zichtbaar naar het grote publiek toe. We hebben 5-6 jaar geleden samengewerkt met IBM rond Watson. In 2013 hebben we daar resultaten gepubliceerd over het potentieel voor clinical decision support voor behandeling van epilepsie. Dat is een digitale toepassing maar het vraagt natuurlijk tijd voor je zoiets in de markt kan zetten. Dat is niet zozeer een technische kwestie maar een reguleringskwestie. Daar zijn we wel een early adopter.”
U heeft een groot team met veel projecten in een multinational. Hoe ziet u zelf uw rol ?
DE PRINS : “Je moet een omgeving creëren waarin je dingen kan doen. Voor mij is dat mensen engageren rond bepaalde onderwerpen, zorgen dat je team gestructureerd is en budget heeft, getraind is en de kansen krijgt om dingen te doen. Maar wat we afleveren moet ook waarde genereren. Je moet zorgen dat de basics runnen en dat daar geen zorgen over zijn. De motor moet draaien, pas dan kan je werken aan nieuwe modellen, tijd vrijmaken voor projecten en mensen er enthousiast om maken.”
Wat boeit u anno 2016 ?
DE PRINS : “Ik ben gefascineerd door kunstmatige intelligentie omdat ik heel duidelijk zie wat de mogelijkheden zijn. Dat begint bij vijftig mogelijkheden waarvan we er pakweg dertig grondig onderzoeken en er misschien maar tien succesvol zijn. Maar dat is ook je rol : werken met een pipeline in plaats van het klassieke supply & demand model.”
Zitten we voor ai nog maar aan het topje van de ijsberg ?
DE PRINS : “Het gaat soms angstaanjagend snel.”
Een farmabedrijf is natuurlijk onderhevig aan regulering, zeker als het om patiëntgegevens gaat. Is dat vandaag al aan de orde ?
DE PRINS : “Natuurlijk. Regulering is er om patiënten te beschermen en dat is geen slechte zaak. Maar je merkt wel dat innovatie sneller gaat dan dat de regelgever ze kan interpreteren en reguleren. Er is een klein verschil tussen wat kan en wat mag. Maar het is voor een bedrijf als UCB belangrijk dat wat je aanbiedt geloofwaardig en veilig is voor de patiënt. Dat neemt niet weg dat je innovatieve dingen kan doen. In theorie kunnen we met technologie verder gaan dan wat de regels toelaten, maar dan moet je maar geduld hebben tot de regels veranderen. Het is zeker dat big data en analytics een belangrijke rol in healthcare zullen spelen. Niet enkel bij het onderzoek, maar ook op de point of care. Dokters worden vandaag al ondersteund door apps. Het is duidelijk dat technologie dokters nog meer zal helpen in het bepalen van de beste behandeling voor een bepaalde patiënt. Maar dat ligt nog moeilijk omdat er voor wat een computer zegt niet noodzakelijk klinisch bewijs is en de regelgeving nog niet omgaat met dingen als machine learning.”
Hoe zit het dan met de verantwoordelijkheid wanneer het fout loopt ?
DE PRINS : “Dat is een onderwerp waar het snel interessant en moeilijk kan worden. Het kan zijn dat een computer leert zijn doel te bereiken en op weg naar dat doel ongelukken zal krijgen. Dan zit je met een ethisch vraagstuk : welke waarde geef je aan zo’n incidenten ? We zien iets vergelijkbaars bij de zelfrijdende wagen, daar is het heel zichtbaar maar het speelt op alle domeinen als het om machine learning gaat. Daar gaat het over probabiliteit, niet over zekerheden. Wat als je ergens 97 procent zekerheid hebt, maar met kans op enorme nevenwerkingen als het fout gaat ? Daar wordt binnen bepaalde consortia aan gewerkt maar het blijft een van de uitdagingen.
Zijn er projecten waar u persoonlijk heel trots op bent ?
DE PRINS : “Toen ik hier zeven jaar geleden begon waren er veel interne capabilities, maar er was niet zo’n positieve perceptie rond it. We hebben daarop een programma gestart over de toekomst van it en dat heeft de hele groep naar een hoger niveau getilt. Daarnaast hebben we rond de strategische drives van UCB gewerkt, zoals collaboration. Zo draaien we vandaag 600.000 video-enabled conferences per jaar op ons netwerk, zowel vast als mobiel. Dat is een enorme schaal. Ook onze investeringen rond advanced analytics en ai, daar zijn we klein mee begonnen in 2013 maar intussen hebben we toch al vijf patenten aangevraagd voor software. De discussie vandaag gaat nog veel over digital, social en mobile. Morgen zal het volgens mij heel sterk gaan over kunstmatige intelligentie.”
Tijdens de jurering viel de opmerking dat het in een multinational als UCB makkelijker is om veel projecten af te leveren. Bent u het daarmee eens ?
DE PRINS : “Het is inderdaad zo dat een groter bedrijf meer en grotere projecten kan afleveren. So what ? De essentie is dat je initiatieven neemt. Een project kost geld tot op het moment dat het waarde genereert. Dat is pas nadat het is opgeleverd. Grootte of geld speelt geen rol, het is de waarde die je er mee creëert.”
“Ten tweede maakt schaal steeds minder uit. Er zijn natuurlijk de SAP’s en Oracle’s en daar geef je veel geld aan uit. Hun software is enorm belangrijk om het bedrijf draaiende te houden. Maar nieuwe waarde creëren we door nieuwe initiatieven. De kost van technologie gaat omlaag, de productiviteit van je mensen gaat omhoog. Dus je hoeft niet noodzakelijk groot te zijn om veel impact te hebben.”
Als de boel draait, kan je inzetten op innovatie ?
“Juist, en dat is wat een cio moet doen : de business moet draaien aan een hoge kwaliteit met een lage kost. En dan moet je zorgen dat je kan investeren in dingen die echt waarde genereren. Size doesn’t matter.”
Pieterjan Van Leemputten
“Een project kost geld tot op het moment dat het waarde genereert”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier