Een jaar geleden hadden we het over de strategie van Cast, dat gespecialiseerd is in de meting van softwarekwaliteit. We schreven toen over de oprichting van de vereniging CISQ, het Consortium for IT Software Quality, een nieuw normeringsorgaan voor softwarekwaliteit dat was voortgevloeid uit de fusie van de OMG (Object Management Group) en het SEI (Software Engineering Institute at Carnegie Mellon). CISQ is een vereniging die werd opgericht in oktober 2009 en wordt voorgezeten door Bill Curtis, die bovendien chief scientist van Cast en medeauteur is van het CMM (Capability Maturity Model). Voor een onderneming is het meten van de softwarekwaliteit om drie belangrijke redenen zeer essentieel: een beter zicht hebben op de kwaliteit van de (kritieke) applicaties, controle van het werk dat wordt geleverd door een outsourcer (en voor de outsourcer de delivery van applicaties kunnen bewijzen) of door een derdenuitgever, en zo objectief mogelijke benchmarks kunnen maken. Uit een studie over 288 applicaties die draaien in 75 organisaties over de hele wereld, samen goed voor 108 miljoen codelijnen, concludeert Cast dat de ‘technische schuld’ 2,82 $ per codelijn bedraagt. Dit is de kostprijs om een probleem op te lossen waarvan de organisatie weet dat het zich gaat voordoen als gevolg van een code van slechte kwaliteit. Tijdens zijn bezoek aan Brussel voor de jaarlijkse conferentie van Cast legde Bill Curtis de nadruk op het werk van CISQ. CISQ is een groepering van ondernemingen (integrators, outsourcers, uitgevers van software, enz.) die zich inzetten om de kwaliteit van de softwareapplicaties aanzienlijk te verbeteren. Ze stelt zich neutraal op en verbindt zich ertoe diverse acties in te voeren, bedoeld om de softwarekwaliteit te verbeteren. De doelstelling is viervoudig, vat Bill Curtis samen: de markt sensibiliseren voor de softwarekwaliteit, standaard- en geautomatiseerde meettools creëren, de aanvaarding van deze tools en concepten bevorderen, en een infrastructuur ontwikkelen van producten en adviseurs inzake softwarekwaliteit. Het consortium telt momenteel 24 leden en bestaat uit verschillende technische comités die gericht zijn op specifieke thema’s (onderhoud, prestaties, veiligheid, functiepunten, gebruiksmethodologie van de metrieken, enz.).
Dankzij het werk van CISQ zou er eind deze maand een IFPUG-norm (International Function Point Users Group) klaar moeten zijn, die tegen september wordt voorgelegd aan de OMG, die het tegen het eind van het jaar eens moet worden over een norm. En sommige leden – waaronder Cast – verbinden zich ertoe om deze norm over 6 tot 12 maanden te integreren in hun toolaanbod. Op termijn zouden de werken van CISQ opgenomen moeten worden in de norm ISO 25000. CISQ is ook van plan om een echte gemeenschap in te voeren, naast de huidige technische normeringswerken.
[MH]
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier