Flashtechnologie ligt bij de opslagleveranciers op ieders lippen, en intussen krijgen de aanbiedingen concrete vorm. NetApp voerde flash zopas in voor heel zijn productportfolio.

“NetApp heeft zich sinds 2009 gelanceerd op de flashmarkt”, benadrukt Manish Goel, executive vice president products ops. Flashtechnologie werd toen gebruikt om de prestaties van cache en opslag te versnellen. In 2010 introduceerde het bedrijf ssd voor zijn NetApp-arrays en in 2012 volgde zijn flash-pool, die ssd koppelt aan hdd voor caching. Naar eigen zeggen werd er al meer dan 36 PB aan flashopslag geleverd.

Voor NetApp is de hd nu goedkoop qua capaciteit, maar de prestaties ervan zijn zwak, terwijl flash interessant is om hoge prestaties te bereiken, maar beperkt blijft in capaciteit. Nog volgens NetApp is de flashtechnologie in feite geschikt bij minstens 3 soorten problemen: wanneer de prestaties een plafond bereikt hebben, als de responstijden moeten worden verbeterd of wanneer er een betere prijs/prestatieverhouding behaald moet worden.

Nieuw

En nu voert NetApp dus flash in voor heel zijn portefeuille, met 3 varianten om niet alleen problemen op het vlak van prestaties, maar ook inzake opslagefficiëntie op te lossen. Ten eerste is er Flash Accel, dat dient om de prestaties van de applicaties te verbeteren dankzij een cachingsoftware die beschikbaar is op flash pci-e of ssd voor servers.

Daarnaast introduceert NetApp het platform EF 540 all-Flash array, dat dezelfde prestaties als Flash biedt, maar dan met integratie van ‘enterprise’-functies (op het vlak van beschikbaarheid, snapshot, replicatie en volumekopie, databeheer, enz.). NetApp kondigt debieten aan in de orde van 300.000 iops (i/o per seconde) met een latency van minder dan een milliseconde. Dit platform verschijnt in verschillende varianten (2U met 12 of 24 drives van het type SAS ssd en 9,2 of 19,2 TB).

Tot slot stelt NetApp zijn FlashRay voor om een grootschalige infrastructuur te creëren die prestaties, opslagefficiëntie, schaalbaarheid en ‘enterprise class’-functies combineert. “Wij denken dat we de eerste leverancier zijn die een architectuur aanbiedt gebaseerd op een all-Flash array van het type NAND en met enterprise-functies en een ongeëvenaarde schaalbaarheid”, aldus nog NetApp. Om nog maar te zwijgen van functies zoals redundantie, file and volume management, scale-out, data management, upgrade van non-disruptive firmware of integratiemogelijkheden om applicaties te optimaliseren.

De eerste bètaversies worden half 2013 verwacht en begin 2014 zou FlashRay in de winkels moeten liggen. Het product is bedoeld voor organisaties die draaien op SAP, Microsoft SQL, Oracle DB2, Sybase en andere databases die een coherente breedbandtoegang tot datasets eisen.

Architecturen

Met de all-flash-array vervolledigt NetApp dus een aanbod dat al Clustered Ontap bevatte om een gedeelde wendbare infrastructuur te creëren (het bedrijf heeft het over software defined storage), en de e-series dedicated infrastructuur bedoeld voor toepassingen zoals video, analytics en high-performance computing.

In plaats van technologie aan te kopen zoals IBM deed met Texas Memory Systems (TMS) of recenter nog EMC met XtremIO (dat tot nu toe echter nog geen commercieel product heeft), terwijl Dell investeerde in Skyera, koos NetApp ervoor om voort te bouwen op zijn expertise in flash. “We gaven er de voorkeur aan om geen start-up te verwerven [zoals Violin Memory, Fusion-io, Nimbus Data of Pure Storage, nvdr] voor integratiekwesties in ons aanbod”, verduidelijkt Manish Goel nog. “Net-App liet zich altijd al leiden door vernieuwing. En wij geloven niet in one size fits all.” NetApp benadrukt ook dat de iops-prestaties die sommige start-ups aankondigen niet de verwachte resilience bieden in een bedrijfsomgeving en dat de latencylevels niet voorspellend zijn.

NetApp creëert daarom een derde architectuur, naast Ontap dat Flash en SANtricity ondersteunt, het besturingssysteem dat wordt geïnstalleerd op de nieuwe all-Flash array EF540 (afkomstig van de overname van Engenio in 2011). Om nog maar te zwijgen van de object storage technologie afkomstig van de overname van Bycast in april 2010 die de naam Storage-Grid kreeg.

Marc Husquinet