Een groot bedrijf zoals de dienstengroep Acerta (meer dan 1.000 medewerkers en een park van zo’n 250 servers) besloot al in 2004 om van VMware een “kritieke oplossing te maken in zijn nieuwe infrastructuurstrategie” en een “VMware first”-beleid in te voeren. Maar volgens Dirk Beynaerts, directeur ICT Infra-structure & Services, is het nog altijd zo dat een virtualiseringsproject met VMware niet uitsluitend voordelen biedt. Beynaerts benadrukt dat om een extra laag gaat en dat de ondersteuning van Microsoft zich vaak beperkt tot “best efforts”. Terloops klaagt hij ook nog over de prijs van licenties… Bovendien zijn experts het erover eens dat het investeringsrendement (roi) van een virtualiseringsproject niet zozeer schuilt in de besparingen door de fysieke virtualisering (de aankoopkosten van nieuwe servers, VMware ESX-licenties en dikwijls ook de beheerstool liggen voor oudere infra-structuur meestal zelfs een beetje hoger) dan wel in de voordelen op het vlak van souplesse en functionaliteiten. Dat geldt bijvoorbeeld voor migraties of hoge beschikbaarheidsprojecten of disaster recovery. Het zijn overigens niet alleen grote ondernemingen die klagen over de kosten van virtualisering. Ook directeur informatica Benny Peeters van het Heilig-Hartziekenhuis in Mol stelt zich vragen. “Het probleem is dat software- of databaseleveranciers hun licentiebeleid pas erg laat in overeenstemming brengen met nieuwigheden zoals virtualiseringssoftware. ” Peeters legt het probleem kort uit. Het Heilig-Hartziekenhuis heeft vorig jaar zes servers met dual-core processoren gekocht die allemaal onder één pool draaien in VMware. “Op één van die servers wilden we een database draaien”, gaat Peeters verder. “Maar aangezien we VMware gebruiken, moet die server in staat zijn om een fail-over uit te voeren naar de andere vijf servers als er zich problemen voordoen. Om de prijs van de licentie te berekenen, zegt de databaseleverancier dat je de totale pool in rekening moet nemen, en dus een licentie moet kopen voor 6 x 2, dus 12 processoren. Ik heb offertes binnengekregen die opliepen tot 186.000 euro, bedragen die onbetaalbaar zijn voor een kmo zoals de onze. En toch willen wij ook van de voordelen van VMware kunnen genieten.” De oplossing die Peeters gekozen heeft, bestaat erin de bestaande database niet onder VMware te draaien, maar op twee aparte servers buiten de VMware-pool. Daarvoor moest het ziekenhuis wel twee extra servers kopen, die draaien in een MS Windows Cluster. [MH en FT]