Daar zat ik dan. Op een van de laatste zwoele nazomeravonden, in een drukkend hete klas op dat ongemakkelijke stoeltje. Te luisteren naar de juf van het vijfde leerjaar die zichzelf voorstelde aan de mama’s en papa’s en vooral tekst en uitleg gaf over het leerprogramma. Dat het een propvol programma is, dat onze zonen en dochters uit hun pijp moeten komen en dat het een scharnierjaar wordt. Ik zag de PowerPoint-presentatie op het smart board, ik luisterde naar de inhoud, en – was het de temperatuur of de klasgeur – ik begon te mijmeren. Met een vleugje nostalgie dacht ik terug aan mijn eigen ervaringen in de basisschool. Geen sprake toen van smart boards of computers – laat staan tablets : een overheadprojector en carbonpapier was al hip genoeg.
Ons onderwijs is al jaren aan het digitaliseren. Toetsen worden steeds vaker digitaal afgenomen en niet meer uitsluitend met pen en papier. Huiswerk en oefeningen ? Dat kan op de computer. Leerlingen of studenten mogen al eens een tablet hanteren in de klas. En achter het bureau verandert het klasuitzicht ook. Smartboards vervangen het groenkleurige bord en de stoffige krijtjes. De juffen en meesters houden de cijfertjes digitaal bij. De trend is lang geleden ingezet en de digitalisering versnelt.
De digitalisering is op zich een goeie zaak : het zorgt er voor dat onze kinderen ook op de schoolbanken aansluiting vinden met hun alledaagse vrijetijdsleven en dat ze leren dat al die digitale tools wel degelijk méér kunnen betekenen dan zomaar wat spelletjes en grappige YouTube-filmpjes met katten. Dat er in die digitalisering binnenkort eindelijk ook meer aandacht komt voor computationeel denken is een stap in de goeie richting.
Maar toch ontbreekt er volgens mij iets fundamenteels in die – welja – digitale transformatie van het onderwijs. Wordt het niet eens hoog tijd dat we werk maken van meer bewustwording van veiligheid op het internet ? Geen eenmalig verplicht lesje dat dan maar door de it-verantwoordelijke van de school vanuit de losse pols gegeven wordt, maar een structurele lessenreeks aangepast aan de leeftijden van de kinderen. Hoe ga je veilig en verantwoord om met internet, games, apps, chats, met smartphones ?
We leren onze jonge kinderen hoe ze zich in het verkeer moeten gedragen en hoe ze gevaarlijke situaties kunnen vermijden. Maar we leren onze zonen en dochters nauwelijks hoe ze zich op internet kunnen beveiligen. Niet alleen kinderen, maar ook ouders en leerkrachten hebben dringend nood aan degelijke informatie. Het Clicksafe-team van Child Focus heeft dat alvast goed begrepen en biedt al heel wat informatie aan. De ‘Safer Internet Day’ – de jaarlijkse Werelddag voor een veilig internet – is ook al een lovenswaardig initiatief.
Maar het moet meer zijn dan één dag per jaar in een aantal geselecteerde scholen. Maak er een verplicht vak van. Onze kinderen verdienen aandacht voor hun veiligheid. Peuters lopen al met tablets rond en kleuters jongleren al heel vroeg met apps en games. Ook ouders en leerkrachten hebben baat bij zo’n opleiding. Een van de grote fouten die ouders maken, is dat ze het online luik van apps en games vergeten. Besef je dat in bijvoorbeeld onschuldig ogende Hay Day en Clash of Clans ook een module zit om met teamleden te chatten ? Weten je kinderen wat ze wel en vooral niét mogen zeggen ? Het is niet omdat iemand zegt dat hij 12 jaar is, dat hij dat ook is. Hebben onze kinderen die boodschap al gehoord ?
“En beste mama’s en papa’s, hebben jullie nog vragen ?”, hoor ik de juf. Het ziet er een lieve, bezorgde en gemotiveerde juf uit : ook belangrijk.
KRISTOF VAN DER STADT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier