Marc Husquinet Marc Husquinet is redacteur van Data News.

In het kader van zijn project voor de virtualisering van de opslag op het NetApp-platform, gaf het informaticadepartement van de Provincie Vlaams-Brabant de voorkeur aan NFS als protocol, ten koste van iSCSI. Een verrassende en achteraf gezien erg slimme keuze, zo legt initiatiefnemer Karl Pottie uit.

“We zijn inderdaad een vrij kleine organisatie, maar we hebben dezelfde it-behoeften als een grote structuur”, maakt Karl Pottie, verantwoordelijke voor de informatiesystemen bij de it-directie, meteen duidelijk. Hoewel de Provincie zo’n 800 personen tewerkstelt, staat het it-departement van 23 informatici in voor zo’n 1.200 gebruikers.

De IT-infrastructuur omvat 900 pc’s verspreid over een dertigtal sites, met zowel Unix- als Windows 2003-servers.

Disaster recovery

In 2007 beslist het departement om een tiental verouderde x86-servers te vervangen door evenveel nieuwe servers in het kader van nieuwe projecten. Tegelijkertijd stelt zich de vraag van de ‘provisioning’ en de balancering van de belasting van deze toestellen, en van de risico’s in geval van defecten. “Er was nood aan een infrastructuur voor herstel na een ramp, vooral om legale redenen”, verklaart Karl Pottie. Een milieuvergunning, bijvoorbeeld, wordt beschouwd als toegekend indien binnen de vastgelegde termijn geen antwoord werd gegeven. “Er was ook meer flexibiliteit nodig op het vlak van de ‘provisioning’ van de servers.”

Deze vereisten inzake ‘provisioning’ en disaster recovery en ook de nood aan consolidatie zetten de Provincie ertoe aan te opteren voor een virtualisering van haar server- en opslaginfrastructuur. De keuze valt op VMware ESX voor de virtualiseringsinfrastructuur, NetApp was al enkele jaren aanwezig als NAS-opslagsysteem. Vlaams-Brabant is overigens een van de eerste NetApp-gebruikers in België en is zeer actief binnen de Belgische vereniging van NetApp-gebruikers. De Provincie gebruikt NetApp trouwens niet alleen voor de NAS-opslag maar ook voor de Oracle-database en SAP-systemen.

Ondertussen draait VMware op drie gevirtualiseerde toestellen, gekoppeld aan HP DL 580 servers en primaire NetApp FAS 3050c opslagsystemen (met daarnaast een R200 met SATA-schijven van meerdere TB voor de back-up), en aan een NetApp FAS 3040 in een datacenter in Asse dat momenteel in opbouw is en dat met de hoofdsite verbonden zal zijn via een huurlijn van 10 Mbit/s.

NFS

Voor de connectiviteit overweegt de Provincie in eerste instantie het iSCSI-protocol, een al bij al logische keuze in een NetApp-omgeving want volgens de meeste constructeurs is dat het snellere systeem. En dan hebben ze het nog niet eens gehad over Fibre Channel, het neusje van de zalm qua opslag. Tot Karl Pottie te weten komt dat VMware ook het NFS-protocol ondersteunt. “Een goed bewaard geheim”, erkent Pottie, maar ook niet echt verrassend, gezien de banden tussen VMware en EMC, fabrikant van hoogwaardig opslagmateriaal.

De voordelen van NFS worden zeer snel duidelijk. Vooral de eenvoud van de ingebruikname, de configuratie en het beheer vielen op. “De ‘provisioning’ van opslag in NFS gebeurt bijvoorbeeld in een vijftal stappen, terwijl er bij iSCSI wel vijftien voor nodig zijn.” En de mythe van de hogere bandbreedte via het iSCSI- en vooral het FC-protocol werd tijdens tests op het terrein al snel doorprikt. “Men denkt nog vaak dat NFS een zeer traag en weinig efficiënt protocol is, of dat een FC-verbinding van 2 of 4 Gbit/s sneller is dan 1 Gbit/s via Ethernet of iSCSI”, aldus nog Pottie. Maar volgens hem moet je het onderscheid maken tussen de I/O-prestaties van een schijf en de I/O’s van een applicatie, en heb je sowieso niet echt de bandbreedte nodig die de constructeurs beweren aan te bieden. “Hoe groter de belasting op de servers, hoe groter het verschil tussen iSCSI en NFS, door het grotere parallellisme van NFS.”

Bovendien biedt NFS volgens Pottie het voordeel van een grotere granulariteit van de ‘snapshots’ in vergelijking met iSCSI, omdat de VM-bestanden zichtbaar zijn, zodat ze op opslagniveau gerecupereerd kunnen worden.

En last but not least: NFS zou robuuster zijn. Als een verbinding wordt onderbroken, crasht de virtuele server niet en kan hij “alsof er niets aan de hand was” verder werken zodra de verbinding hersteld is. Karl Pottie blijft wel voorzichtig: “We hebben deze tests enkel in de NetApp-omgeving uitgevoerd.”

Succes

Aan de uitbouw van de infrastructuur gingen tests vooraf die “bijzonder intensief waren, aangezien we nergens anders konden gaan kijken omdat we de eersten waren”. Hiervoor deed Vlaams-Brabant een beroep op haar integrator Simac. En de migratie van iSCSI naar NFS heeft maar een paar weken geduurd.

Naast de voordelen op het vlak van flexibiliteit, robuustheid en herstel na een ramp, vermeldt Karl Pottie nog de mogelijkheid om nu op een paar minuten zaken te kunnen herstarten, in plaats van op een paar uur zoals vroeger.

Pottie wil die boodschap verspreiden en hoopt zijn collega’s in de sector te kunnen overtuigen van de voordelen van zijn oplossing. Verschillende it-directies, met name die van het UZ Leuven en de Provincie Antwerpen, zijn eveneens tot de implementatie overgegaan. Vooral omdat NFS geen ultrageavanceerde expertise vereist, alleen kennis van ip- en Ethernet-netwerken. Karl Pottie geeft nog één goeie raad mee: “Aarzel niet om kritische vragen te stellen aan uw constructeur.”

Marc Husquinet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content