Het komende schooljaar zullen heel wat scholieren, leerlingen en studenten voor het eerst kennis maken met een tabletcomputer in de klas. 30 scholen stappen in een pilootproject met uitgeverij Plantyn, maar daarnaast experimenteren heel wat scholen ook op eigen houtje en op kleine schaal met tablettechnologie.
Kan een tablet een volwaardige vervanger zijn voor de genoegzaam bekende stapel boeken en cursussen die elke leerling elk jaar dient aan te kopen? Met die vraag trokken we naar ict-coördinatoren, leraars, directeurs en opleidingsverantwoordelijken. De meesten zijn het er over eens dat tabletcomputers vooral als een aanvulling of een verrijking op de bestaande lessen moeten gezien worden en niet zozeer als een digitale vervanging van een stapel papier. “Die indruk dat het om een vervanging van papier gaat is onterecht gewekt, sinds de uitgebreide berichtgeving rond de school in Blankenberge die iedere leerling verplicht om met een iPad naar de lessen te komen”, zegt Wim Broos, technisch directeur van het Provinciaal Instituut voor Technisch Onderwijs (PITO) in Stabroek. “Wij opteren dan liever voor verantwoord didactisch én beperkt gebruik waarbij wij als school de toestellen aankopen en beheren”, klinkt het.
Het gebruik in de klas blijkt heel erg te verschillen van school tot school. Sommige scholen werken met één tablet per leerling, met als schoolvoorbeeld dus het Sint-Pieterscollege – Sint-Jozefhandelsschool (SPSJ) in Blankenberge waar – ondanks protest van een twaalftal ouders – alle leerlingen verplicht een iPad van Apple moesten aanschaffen om zowel de lessen te volgen als huiswerk te kunnen maken. De ouders die klacht indienden over onduidelijkheden in de kosten en een gebrek aan overleg kregen gelijk van de Commissie Zorgvuldig Bestuur maar het schoolbestuur zette toch door. Te laat om het project nog terug te draaien, zei Nicole Vancoillie, voorzitster van het schoolbestuur eind augustus in de Corelio-kranten.
Aansluiten bij leefwereld
Ook voor Saskia Van Uffelen, ceo van Bull, is de keuze snel gemaakt. “Schaf de papierhandel af. Alleen zo sluit het onderwijs aan bij de leefwereld van jongeren”, liet ze al meermaals noteren. “Het is wel zo dat jongeren veel meer dan vroeger leren via een beeldcultuur en niet louter via tekst. In die zin is een tablet een prima middel”, erkent PITO-directeur Katleen Lauwaerts. “Ik zeg niet dat tablets automatisch betere resultaten zullen opleveren, maar het sluit in ieder geval wel beter aan bij de leefwereld van de jongere. Dat helpt zeker om de interesse tot leren te wekken”, zegt Lauwaerts die koos voor een rotatiesysteem. In zo’n scenario worden de tablets aangekocht door de school, en kunnen leerkrachten er desgewenst gebruik van maken om hun lessen te verrijken. Het gaat dan vaak om een soort verrolbare koffer met ingebouwd laadstation waarin alle tablets verzameld worden. De aansturing gebeurt centraal. “In totaal gaat het om 40 iPads die in een koffer terecht komen die voor het opladen van de toestellen en het synchroniseren van de software zorgt”, legt Katleen Lauwaerts uit. “In eerste instantie zullen ze voor de lessen Nederlands gebruikt worden”, klinkt het. De provincie Antwerpen schreef de aanbesteding uit en investeert in totaal 51.000 euro (exclusief btw) voor de invoer van tablets. Naast het PITO gaat het om nog 3 andere dagscholen in Antwerpen. ‘Apple Premium Reseller’ Easy-M haalde het contract binnen. De provincie Antwerpen wil overigens een voortrekkersrol spelen. De verschillende onderwijsnetten – provinciaal, stedelijk, katholiek en gemeenschapsonderwijs – zetelen er in een gezamenlijk overlegcomité wat in het versnipperd onderwijslandschap toch vrij uniek is.
Proefproject Plantyn
Het digitaal lesmateriaal wordt aan de betrokken scholen gratis ter beschikking gesteld door Plantyn die een app voor iOS (iPad) ontwikkelde en ook het Android- en Windows-platform ondersteunt. In het pilootproject van uitgeverij Plantyn zitten een 30-tal scholen van het basisonderwijs, secundair en hoger onderwijs. “Maar achter één school schuilen soms meerdere vestigingen die elk ook met tablets aan de slag gaan. In realiteit gaat het dus om nog heel wat meer scholen dan die 30”, zegt Katrien Troubleyn, uitgever talen secundair onderwijs bij Plantyn. “We rekenen in dit testproject op input en feedback van de scholen. Wij willen van leerkrachten leren welke functionaliteit zij precies verlangen, en hen zo de beste oplossing aanbieden”, zegt Katrien Troubleyn, uitgever talen secundair onderwijs bij Plantyn. “Het is wel de bedoeling om dit tegen volgend schooljaar in een businessmodel te gieten”, zegt Katrien Troubleyn. Dat wordt geen gemakkelijke oefening, wetende dat de content voor verschillende platformen toegankelijk moet zijn maar ook rekening houdend met de verschillende btw-tarieven. “Voor papier geldt 6 % btw, maar voor tablet-boeken is dat 21 %”, weet Troubleyn die ook verwacht dat de eigenlijke content nog zal veranderen. “Nu zijn het in essentie dezelfde uitgaven als op papier, maar met verrijking als extra links, filmpjes, of geluidsfragmenten en de mogelijkheid om notities toe te voegen. Ik verwacht dat de volgende generatie tabletboeken niet noodzakelijk meer lineair opgebouwd zullen zijn”, aldus Troubleyn.
Ook bij uitgeverij Van In loopt overigens een pilootproject in een aantal scholen. “Het zijn trouwens de uitgeverijen die de sleutel in handen hebben voor een grote doorbraak van tablets. Alle scholen kijken vooral naar hoe zij hun content naar de tablet gaan brengen”, zegt Joris Desseyn, consultant ‘ict in education’ aan de HUBrussel.
Lessen LO
Joris Desseyn maakt aan de HUBrussel deel uit van de ICTO-cel die naast taken als het beheer en onderhoud van het intranet voor het personeel, het studentenportaal en de digitale leeromgeving(en), ook belast is met ‘trainen’ van studenten en docenten in het gebruik van ict. Vorig academiejaar ging Desseyn op prospectie naar het mogelijke gebruik van tablets in onder meer de lerarenopleiding. Dat mondde alvast uit in één concreet project rond… de opleiding ‘lichamelijke opvoeding’. “Het gaat om drie iPads die we voor bewegingswetenschappen inzetten. We bevestigen ze aan een statief en laten ze de uitvoeringen tijdens de lessen LO in filmen. Zo kunnen bijvoorbeeld alle trampolinesprongen of sprongen over de bok gefilmd worden. Via de gespecialiseerde app ‘Coach’s Eye (van de hand van TechSmith dat onder meer ook het populaire Camtasia uitbrengt, nvdr) kan elke sprong dan meteen vertraagd afgespeeld worden. Zo kan onmiddellijk feedback gegeven worden over punten die voor verbetering vatbaar zijn”, legt Desseyn uit.
Die onmiddellijke feedback is ook waar de leraars zelf voordeel uit halen. “Tablets zullen ons toelaten om beter te differentiëren”, zoals een van de leraars Nederlands in het PITO ons vertelde. “Via de tablets kunnen we leerlingen ook hun eigen werkje draadloos laten tonen op een smartboard, waarna we het klassikaal kunnen bespreken. Ik zie ook heel veel mogelijkheden tot groepswerken”, pikte een andere leraar Nederlands daar al meteen op in. Zij kregen de afgelopen zomervakantie alvast een iPad mee naar huis om zich vertrouwd te maken met de technologie en de meerwaarde te zoeken. Hoe dan ook moet een leraar zijn lesvoorbereidingen op een andere manier gaan maken én daar ook bereid toe zijn om daar tijd in te steken. Of ze ook gevaren zien? “Daar moet onze technische directeur voor zorgen”, klinkt het lacherig. “Uiteraard kunnen we indien nodig de toegang tot bijvoorbeeld Facebook ontzeggen”, antwoordt de technisch directeur Wim Broos meteen. “Maar alles blokkeren is niet noodzakelijk goed. Leerlingen moeten ook vrijheid krijgen om daar dan leren mee om te gaan”, zegt Wim Broos. Hoe dan ook plant PITO een groot evaluatiemoment in december. “Het is zowel voor docenten als leerlingen als directie allemaal nog nieuw. Uiteraard zullen we moeten evalueren en indien nodig bijsturen”, besluit PITO-directeur Katleen Lauwaerts.
Kristof Van der Stadt
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier