De Be(ne)lux-dochteronderneming geniet natuurlijk van de voordelen van een internationale groep op het vlak van vaardigheden, maar ze profileert zich in de eerste plaats als een integrator van it-diensten met een lokaal karakter.

Het verhaal van Steria in België heeft veel weg van een it-geschiedenisles omdat de vennootschap zich al in ’71 bij ons vestigde (2 jaar na haar oprichting in Frankrijk was dit de 1ste vestiging buiten Frankrijk). De Bank Brussel Lambert, die toen 49 % van de aandelen in handen had en mee het bedrijf had opgericht, verkocht haar participatie in ’86 aan staalproducent Sidmar om Steriabel op te richten. In ’88 trok de Steria-groep zich terug uit ons land, en Steriabel werd Informabel. In de vroege jaren ’90 ging Informabel aankloppen bij Telindus om Telinfo op te richten. Steria besloot terug te keren naar de Belux met een eigen dochteronderneming. In 2011 neemt Steria van Bull diens entiteit over die gespecialiseerd is in diensten, een operatie die de Belgische dochteronderneming een nieuwe impuls gaf en het aantal medewerkers deed stijgen van 70 naar meer dan 300. In die periode werd René Luyckx (die nog bij Siemens heeft gewerkt) ceo voor de Benelux; een functie die hij vandaag nog steeds vervult.

Differentiators

In het begin was de entiteit vooral gespecialiseerd in de ontwikkeling van software en in diensten. “We hebben trouwens nooit veel aan bodyshopping gedaan”, aldus René Luyckx. Maar geleidelijk aan evolueerden de activiteiten naar de business, met outsourcingdiensten, vooral bedoeld voor bedrijven met een lokaal besluitvormingscentrum. “We mikken op projecten met een omvormingsdimensie die resultaatgericht zijn”, dankzij een sterk maangement van de processen (ITIL, maar ook monitoring). In 2005 komen er dankzij de overname van Nummert Consulting vaardigheden in it-transformatie bij, terwijl de overname in 2007 van Xansa de portefeuille uitbreidt naar business process outsourcing (bpo).

Vandaag geniet de Be(ne)lux dochteronderneming van Steria (geen aanwezigheid in Nederland en geen plannen om zich te vestigen boven de Moerdijk) een grote autonomie op het gebied van P&L (financiële verantwoordelijkheid) en een lokale cultuur, terwijl ze kan rekenen op de steun van de groep (20.000 mensen) en op verschillende vaardigheden in het kader van een netwerkstructuur in plaats van een matrixstructuur. “Onze klanten onderhandelen met gesprekspartners die echte beslissingsbevoegdheid bezitten”, benadrukt René Luyckx, die beseft dat dit wel vaak anders is bij zijn concurrenten. Dankzij onze cva-structuur (commanditaire vennootschap op aandelen) in plaats van een nv, waar het personeel de belangrijkste aandeelhouder van de groep is, “kunnen we bovendien werken op langere termijn”. De druk van de Beurs is anders (zo moet het personeel zijn akkoord geven voor belangrijke beslissingen, zoals een eventuele overname), terwijl het personeelsbestand veel stabieler is: allemaal factoren om de concurrentie een stapje voor te blijven. Daarnaast richtte de groep een r&d-entiteit voor diensten op, die bijvoorbeeld steunt op software in een context van innovatie, de ontwikkeling van een nieuwe methodologie of de analyse van feedback over projecten.

Drie pijlers

Steria Benelux legt zich vandaag dus toe op 3 activiteiten. Ten eerste zijn er de grote projecten als systeemintegrator, met een component softwareontwikkeling (bij ons een sterke dimensie inzake beveiliging, met bijvoorbeeld het project van de elektronische identiteitskaart of grote projecten voor de Europese instellingen die worden beheerd door ons land), op basis van een vast bedrag. Dan is er outsourcing, dat vooral gericht is op banken van bescheiden omvang. En sinds kort doen we ook aan applicatiebeheer, waarvoor een beroep gedaan wordt op de bestaande competentiecentra in de groep (bijv. een SAP-centrum in Toulouse). Zopas nog voegde de dochteronderneming er een saas-activiteit aan toe (software as a service), dankzij een eigen software die intern gehost wordt in de datacenters van Steria en die instaan voor het beheer van de gegevensuitwisselingen tussen Belgische actoren van de elektriciteitsdistributie.

Kortom, is er sprake van cloud? “Ik doe niet graag mee aan hypes”, antwoordt René Luyckx snedig, “maar op het niveau van de groep bieden wij verschillende variaties van cloud aan, zoals paas of iaas. In België positioneren we ons liever als service integrator aan de eindgebruiker in het kader van een sla. Cloud is eigenlijk maar één van de onderdelen van het totale aanbod, zoals de toets van een pianoklavier.”

De entiteit biedt werk aan ongeveer 320 personeelsleden in de Benelux (een zestigtal in Luxemburg en de rest bij ons), waaronder 270 interne medewerkers en 60 onderaannemers. In 2011 boekte ze een omzet van meer dan 50 miljoen euro – “en boekjaar 2012 ziet er ook goed uit”. Volgens Luyckx was de Benelux altijd al winstgevend en is dit “een van de meest rendabele dochterondernemingen van de groep.” Maar hij weigert voorspellingen te doen voor 2013, ook al “zouden terugkerende projecten ons een duw in de rug moeten geven.”

Marc Husquinet