Ict’ers tref je aan op alle niveaus van de overheid, maar de informatici van de stad Luik vormen daarbij wel wat een buitenbeentje. Hun dienst is immers één van de zeldzame gemeentelijke informaticadiensten die nog alle klussen, nog alle ‘métiers’, voor zijn rekening neemt.
Dat omvat zowel een infrastructuur met onder meer mainframe-, netwerk en pc-materiaal, maar ook de ontwikkeling, het operationeel inzetten en onderhouden van toepassingen. Niet slecht overigens, voor een dienst die een kleine 40 personen telt, onder leiding van directeur René Dupont en adjunct-directeur Benoit Joseph. In het voorbije jaar werd bovendien een reorganisiatie doorgevoerd, die resulteerde in een structuur met drie ‘polen’ – architectuur, ontwikkeling en operations – naast een cel die zich toelegt op projectaanpak en -beheer.
De uitdagingen rond het ict’er-bestand zijn dan ook niet gering, inclusief het verdwijnen (lees: nakend pensioen) van personen met Bull/GCos mainframe expertise. Tegelijk wordt met moderne technologieën – inclusief open source technologieën die zich hebben bewezen – gewerkt, tot en met glasvezelnetwerken, wat de nieuwkomers in het vak moet bevallen. Kortom, met zijn breed spectrum aan taken moet de dienst voor zowel veteranen als jongeren aantrekkelijk zijn.
Concurrrentieel
Gezien de heropgeflakkerde ‘war for talent’ moet ook de informaticadienst van de stad Luik uitpakken met nog meer sterke punten om ict’ers voor zich te winnen (er stonden overigens nog wat ict-vacatures open op de website). In ieder geval maakt hij zich sterk betreffende salaris behoorlijk concurrentieel te zijn, met een goede basisverloning, zeker voor ‘juniors’. Toegegeven, klinkt het, het is geen Brussel, maar het totaalpakket is okay. Er wordt immers ook veel aandacht besteed aan de ‘qualité de vie’, zeg maar het leven naast het werk. En de veelheid aan ‘métiers’ zorgt tevens voor gevarieerd werk, vaak in kleinere projecten, die allen samen de ict’ers de voldoening schenken van reële verwezenlijkingen op termijn. Het is niet zo dat je als nieuwkomer op een toepassing wordt gezet voor de rest van je carrière.
Voorts wordt ook de uitdaging van de job als een aantrekkingspunt vermeld. De opdrachtgevers zijn immers veeleisend, want de hoogste en belangrijkste leden van het stadsbestuur. “Als er een probleem is, willen ze een uur later al een antwoord!” Maar anderzijds worden er geen toegevingen inzake kwaliteit gedaan, zodat een ontwikkeling al eens langer dan gedacht mag duren met het oog op de beste kwaliteit, zonder ogenblikkelijk onder druk te worden gezet. Bovendien betreft het toepassingen, al dan niet van scratch geschreven of ontwikkeld op een pakket, die maximaal mappen op de behoeften, dank zij een eigen adviesdienst (ooit nog mee opgezet door René Dupont).
Met het oog op het behouden van de ict’ers maakt ook de ict-dienst van de stad Luik werk van opleidingen voor zijn medewerkers, zowel met het oog op persoonlijke certificeringen (onder meer voor Itil v3) als om de nieuwe ontwikkelingen te volgen (zoals agile development, in de vorm van Scrum).
Kortom, als ict’er kom je bij de informaticadienst van de stad Luik niet bij een relict uit het verleden, maar een stadsdienst met reden van bestaan, waar je bovendien de voldoening smaakt voor een maatschappelijk doel te werken.
Focus
Wel gaat de informaticadienst bekijken hoe het op langere termijn het totaalpakket van diensten kan blijven aanbieden. Zo werden al akkoorden gesloten met derden inzake het hosten van de mainframe en de bijhorende toepassingen. Hoewel, “we zullen altijd een paar experten in huis houden,” want een aantal van die toepassingen zijn bijzonder cruciaal. De dienst zal daar ook in de toekomst een controle op uitoefenen, onder meer om zeker te zijn dat de lokale overheid met zekerheid over de gewenste informatie beschikt. Ook voor andere diensten zal allicht op derden een beroep worden gedaan, zij het met interne eindcontrole en/of ontwikkeling. Vaak betreft het immers gemeenteactiviteiten waarvoor geen gebruiksklare producten op de markt bestaan.
Om dan nog snel de vraag te stellen of hier plaats is voor ‘fin de carrière’ ict’ers? De zogenaamde uitbollers die de overheidsdiensten zouden bevolken? Toch niet, klinkt het unisono. De werkdruk is wel menselijk, maar als er werk te doen is, wordt het ook gedaan, zelfs als daarvoor al eens een vakantie of wat ook moet sneuvelen. Bovendien maken veranderingen rond het statuut dat ook meer carrière- en verloningsmogelijkheden zich aandienen, naast mogelijkheden tot overstappen tussen de verschillende ‘polen’.
Kortom, de dienst is zeker geen dinosauriër, en dat laten de ‘klanten’ wel blijken. “Ons orderboekje zit al vol tot het eerste kwartaal van volgend jaar,” klinkt het zelfzeker. #
Guy Kindermans
Als ict’er kom je bij de informaticadienst van de stad Luik niet bij een relict uit het verleden, maar een stadsdienst met reden van bestaan.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier