Een iPad-applicatie voor iedere krant of ieder magazine, is een mooi begin. Maar als die app meteen het eindpunt is voor een uitgever, dan worden het nog bijzonder moeilijke tijden voor de media. Dat lijkt zowat de algemene consensus van de verzamelde mobiele industrie op het jongste Web Goes Mobile seminarie.

Het was een bont allegaartje van uitgevers, softwareontwikkelaars, aanhangers van de mobiele kerk en mobile marketeers dat present gaf op het vijfde Web Goes Mobile seminarie van Mobile Web. Onderwerp van de dag: zullen tablets – de iPad voorop – de mediawereld redden?

Juan Señor van Innovation Media Consulting – een consultancybedrijf dat onder meer jaarlijks een rapport over innovatie bij krantenuitgevers uitbrengt – zette met zijn presentatie meteen de toon voor de rest van de dag. “Mediabedrijven moeten transformeren naar echte ‘information engines’ en daarbij een shift maken van ‘lezers’ naar ‘publiek'”, stak hij van wal. Het platform is daarbij van ondergeschikt belang: het is uiteindelijk de journalistiek die telt. Met dat verschil dat nieuws niet noodzakelijk meer iets is om te lezen, maar ook en vooral om te bekijken en letterlijk aan te raken. “Wie goede journalistiek brengt, zal uiteindelijk ook een goede business draaien”, voorspelde Señor.

Werk aan de winkel

Maar voor de uitgevers is er wel nog flink wat werk aan de winkel. Zo voldoen de huidige iPad-applicaties door de band genomen niét aan de eisen die gebruikers stellen. iPad-krantenapps bijvoorbeeld in de App Store van Apple scoren gemiddeld amper 2,5 op 5. Volgens Juan Señor is het niet ver zoeken naar redenen. “Teveel uitgevers stoppen in een app enkel een pdf-versie van hun krant of magazine, of zien een app teveel als een krampachtige omvorming van een bestaand platform. Shovelware dus”, zegt Señor. Een app mag met andere woorden niet synoniem staan voor een andere verpakking voor een oud medium, waarbij Señor parallellen trok met 15 jaar geleden toen uitgevers met websites voor hun publicaties begonnen te experimenteren.

De meerwaarde zou moeten komen uit de totale beleving én interactiviteit voor de eindgebruikers. Journalisten kunnen daarbij wel voor de inhoudelijke content zorgen, maar dat is niet voldoende. “Uitgevers hebben extra softwareontwikkelaars nodig. Voor elke vijf journalisten zou er één developper moeten zijn. Enkel met een nieuwe mentaliteit kun je het nieuwe medium ten volle benutten en tot nieuwe innovatie komen”, aldus Señor.

Verder kijken dan iPad

Joris Van Heukelom, director digital publishing bij Sanoma Digital, behoedt ons ook voor het ‘oude wijn in nieuwe zakken’ verhaal. Daarnaast benadrukte hij tijdens zijn presentatie ook dat de iPad lang niet het enige device is. “Ja, de iPad was een heuse game changer, maar het zal hier niet bij blijven. Voor mij gaat het in essentie om multitouch browsing die doorbreekt, dat is waar het bij tablets om draait”, zegt Van Heukelom die ons fijntjes op de groeicurve van Microsoft Kinect wijst. “Kinect groeit in verhouding nog sneller dan de iPad. Misschien is Kinect wel een nog grotere game changer?

Volgens Van Heukelom maken sommige uitgevers de denkfout dat een app een eindpunt is. “Nee, het is niet meer dan een startpunt in een nieuwe digitale strategie”, klinkt het bij Van Heukelom die binnen Sanoma Digital al een aantal tijdschriften in een app gegoten heeft. Hij pleit er ook voor dat uitgevers en marketeers hun business modellen breder bekijken dan louter het meten van kliks. “Of mensen alles lezen is niet belangrijk, want dat doen ze toch niet. Belangrijker moet zijn om te weten hoeveel tijd mensen met jouw product bezig zijn. De ‘time spent’ is wat gemeten zou moeten worden.”

iPad? iPay!

Waar Juan Señor ook voor waarschuwt, is het weggeven van content in applicaties. “We moeten echt van de idee af dat we waardevolle content zo maar moeten weggeven. Free is very expensive!”, steekt hij een waarschuwend vingertje op. Volgens de man mag het ondertussen wel duidelijk zijn dat het business model met gratis content niét werkt, en zijn inkomsten uit advertenties ruim onvoldoende om de kosten (redactie, productie, …) te dekken. Een uitgever van de nieuwe generatie moet zich volgens Señor dan ook continu het hoofd breken over de strategische vraag welke informatie precies op welk platform geplaatst wordt en welk kostenplaatje daar tegenover staat. Of mensen bereid zullen zijn om te betalen voor content die tot voorheen gratis beschikbaar was? “Dat zal geen probleem zijn. Mensen betalen voor dingen waardoor ze gepassioneerd zijn. Zo lang journalisten goede en unieke informatie blijven leveren, zit het business model goed.”

Al moet er volgens de man wel nog flink gesleuteld worden aan workflows waarbij ‘nieuwe’ beroepen als een ‘tablet editor’ of ‘newsfeed technician’ hun intrede doen.

Kristof Van der Stadt