Wie vandaag een verbinding legt tussen een kantoor in België en de VS kan dat via een privénetwerk of vpn met alle diensten en netwerkkwaliteit die daar bijhoren. Of via het gewone internet, maar met de kwaliteit en risico’s van dat netwerk. Het MEF, dat de Carrier Ethernet netwerken standaardiseert, mikt nu op een tussenweg die het gemak van de gewone internetverbinding de kwaliteit van een privéverbinding combineert.
Dat derde netwerk bouwt verder op CE 2.0 (Carrier Ethernet) dat 2,5 jaar geleden werd voorgesteld. Dat liet al toe dat netwerken, ongeacht welke apparatuur werd gebruikt, met elkaar konden praten wat bijvoorbeeld Quality of Service, extra beveiliging of andere diensten kon garanderen wanneer je van het ene naar het andere netwerk ging. Maar belangrijker is dat het initiatief komt van het MEF (Metro Ethernet Forum), een nonprofit sectorvereniging die ook eerder dergelijke standaarden kon opleggen. Al moeten we ook nuanceren dat het op dit moment nog slechts een visie is.
Wat MEF met het derde netwerk wil realiseren is dat die diensten ook via een gewone internetverbinding mogelijk zijn. Of met andere woorden: Zit je in Kazachstan in een matig hotel met een al even matige internetverbinding, maar moet je vanaf daar een aantal zaken verrichten die extra bandbreedte vereisten, dan kan dat. Als de lokale internetprovider de dienst ondersteunt, dan zal jouw verbinding (tot op zekere hoogte) voorrang krijgen op de rest omdat jouw individuele verbinding bijvoorbeeld gegarandeerd 2 of 20 Mbps moet zijn. Als het MEF er in slaagt om internetspelers, vooral netwerkeigenaars, te overtuigen van de mogelijkheden (en extra inkomsten), dan bestaat de kans dat je op termijn vanaf eender waar ter wereld een slechte internetverbinding kan upgraden naar iets wat meer ‘enterprise grade’ is, inclusief extra diensten zoals beveiliging. “De combinatie van de beschikbaarheid en flexibiliteit van het internet met de verzekerde prestaties en beveiliging van CE 2.0 laat ons toe om een netwerk op te zetten dat zo flexibel en robuust is dat het netwerk kan geleverd worden als een op maat gemaakte virtuele dienst”, zegt Nan Chen, voorzitter van het MEF.
NETNEUTRALITEIT
Uiteraard kan zo’n voorrangsregeling alleen voor wie die diensten afneemt en dus daar voor betaalt. Een schitterend idee, maar het komt wel aardig in de buurt van een schending van het principe van netneutraliteit. Als een internetverbinding in een hotel 100 Mbps bedraagt voor honderd gasten, maar één gast kan 50 Mbps voor zichzelf voorbehouden, dan moeten we u niet vertellen dat de basisservice voor de rest niet bijzonder spectaculair zal zijn. Anderzijds biedt het model van het derde netwerk wel mogelijkheden voor wie wereldwijd kantoren (of thuiswerklocaties) heeft, maar wel vereist dat zijn medewerkers op elk moment een snelle verbinding kunnen gebruiken, bijvoorbeeld voor een videoconferentie.
Die nood werd overigens (op ironische en onbedoelde wijze) gedemonstreerd tijdens de persconferentie van het MEF. Niemand minder dan Ethernetuitvinder Bob Metcalfe was virtueel aanwezig met een vooraf opgenomen filmpje om ons te wijzen op de wonderen van de technologie. Via een Skypegesprek nam hij ook vragen aan, maar door de belabberde internetverbinding in de zaal moest Metcalfe de meeste vragen aan zich laten voorbijgaan. Op zo’n moment zou een service die een zekere netwerkkwaliteit kon garanderen zeker van pas gekomen. Maar dat is zoals bovenaan in dit artikel aangegeven voorlopig nog een visie.
De aanwezige analisten op de persconferentie, die plaatsvond tijdens Net-Events, waren niet meteen tegen het idee. Al bleef de commentaar in dit stadium nog beperkt. “Het gaat om het automatiseren (van een netwerk, nvdr), de mogelijkheid om snel een dienst te leveren die op dat moment dringend nodig is”, zegt Pim Bilderbeek, partner en analyst bij The Metisfiles. “Dat is een goed initiatief, maar ik wacht af om te zien hoe ze het gaan implementeren.”
Pieterjan Van Leemputten
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier