Hewlett Packard Enterprise lijkt na een drietal jaar zijn identiteit gevonden te hebben. Het bedrijf bouwt zijn strategie rond edge computing en hybride cloudinfrastructuur. Het wil daarmee de lijm zijn die de publieke cloud aan bedrijfseigen datacenters gaat linken.
HPE heeft er enkele moeilijke jaren op zitten. Het originele Hewlett Packard splitste in 2015 in HP Inc. (de printerpoot) en HP Enterprise. Die laatste bracht in 2017 zijn outsourcingdiensten onder in DXC (een merger met Computer Sciences Corporation), en ook de business software werd in een apart bedrijf ondergebracht: Micro Focus (een merger met, euh, Micro Focus). Een mens zou zich voor minder afvragen wat HPE nu eigenlijk nog doet, en op HPE Discover, haar jaarlijkse klanten- en partnerconferentie, wil Hewlett Packard Enterprise zichzelf dan ook laten zien als een nieuw, gefocust bedrijf met een duidelijke strategie.
Naar de rand
Daarmee wil HPE ten eerste richting edge. Het bedrijf gaat de volgende paar jaren vier miljard investeren in edge technologie. Voor HPE is de ‘edge’ dan wel alles wat niet het datacenter is. Het gaat dus om klassieke edge-voorbeelden als boorplatformen en zelfrijdende wagens, maar ook over winkels of ziekenhuizen, fabrieken en kantoren. “De edge is waar wij wonen. Waar mensen technologie ervaren”, aldus CEO Antonio Neri tijdens zijn keynote op HPE Discover in Madrid.
Ik wil niet iemand anders zijn product bouwen, ik wil innoveren
Hewlett Packard Enterprise wil naar eigen zeggen cloud level computing naar die edge brengen, onder meer via hardware. Het bedrijf breidt zijn Edgeline systeem uit met het EL300 Converged Edge System, een soort mini-datacenter dat netwerkfunctionaliteiten moet combineren met opslag en verwerkingskracht. “Om de edge intelligent te maken, gaan we de systemen die al in de edge zitten integreren met compute en storage“, zegt Tom Bradicich, VP en general manager van Converged Servers Edge en IoT Systems bij HPE. Hij maakt de vergelijking met de smartphone. Die bevat applicaties, telefoon en camera in één toestel, met een eigen CPU en batterij. Dat soort ‘convergence’ wil HPE nu op bedrijfsniveau doen. Het geeft bijvoorbeeld aan dat systemen als de nieuwe EL300 volledige versies van Citrix of VMware kunnen draaien, buiten het datacenter. “Met dien verstande dat ze gemaakt zijn voor de edge, en dus blijven werken onder moeilijke omstandigheden, als bijvoorbeeld het internet wegvalt”, aldus Bradicich.
Composable
Het tweede, veel warriger concept is composable cloud, waarmee HPE eigenlijk voornamelijk hybrid cloud bedoelt, op infrastructuurvlak dan. In een notendop wil HPE zijn klanten de werktuigen bieden om hun workloads en opslag flexibel te beheren, en bijvoorbeeld extra computerkracht aan bepaalde taken toe te wijzen op momenten dat ze die nodig hebben. Net zoals je dat kan in de publieke cloud, dus, maar deze keer zowel on-premise als in gehoste en publieke clouds, omdat enterprise klanten niet meteen hun hele hebben en houden naar AWS gaan sturen. “De meeste klanten weten nu dat ze voor hun digitale transformatie een hybride cloud-omgeving nodig gaan hebben”, vertelt Ric Lewis, senior VP bij HPE.
Het idee was initieel om de flexibiliteit en schaalbaarheid van pakweg een Azure of AWS te reconstrueren in een on-premise datacenter. Sindsdien breidt HPE dat concept steeds verder uit. “Drie jaar geleden hebben we onze composable strategie aangekondigd”, zegt Lewis. “Twee jaar geleden was er HPE Synergy: het eerste composable computerplatform. Vorig jaar kwamen we met OneSphere: een multicloud versie van dat hele systeem.” Nu is het dus de beurt aan de HPE Composable Cloud. Die bevat onder meer software defined automation, en een API die IT-automatisering, kunstmatige intelligentie, regulering en beveiliging probeert samen te brengen.
En via de Composable Fabric kan het ding zowel op blade servers als rack servers draaien. Want ergens blijft dat wel de basis. “Ja, we zijn een infrastructuurverkoper”, zegt Till Stimberg, HPE Director, Hybrid IT, DACH & Russia aan Data News. “We gaan ook servers en storage blijven verkopen. Maar wat we echt willen, is dingen samenbrengen, met technologieën als OneView (software voor infrastructuurbeheer), maar ook hoger in de stack, met OneSphere (software voor hybrid cloud management). Uiteindelijk gaan klanten allemaal verschillende soorten infrastructuur gebruiken, en daarin is plaats voor publieke cloud, managed cloud, on-prem en meer. Het is ons doel om de juiste mix daarvan te bieden. En als het om infrastructuur gaat, willen we hen helpen dezelfde ‘experience’ te hebben, waar die ook staat. In het datacenter, waar ze zelf infrastructuur uitrollen, willen we hen dezelfde ervaring geven die je in een publieke cloud hebt. We willen de infrastructuur onzichtbaar maken.”
De edge is waar wij wonen
Alles behalve commodity
Of die strategie ook werkt, zullen de jaarresultaten moeten uitwijzen, die bij schrijven nog niet beschikbaar zijn. Ondertussen zwaait HPE wel met een reeks projecten die het via ondersteuning, data analyse of hardware heeft verwezenlijkt. Daarbij valt op hoe divers die zijn. HPE werkt bijvoorbeeld samen met het World Economic Forum om honger de wereld uit te helpen, en ergens in een ruimtestation staat een experimentele opslagserver van het bedrijf. Daarnaast sponsort het Mercedes om snellere F1-wagens te maken. Zijn vooruitgang op het gebied van kunstmatige intelligentie toont HPE dan weer met pokerbots en, twee seconden later, met een bedrijf dat seksadvertenties analyseert op zoek naar slachtoffers van mensenhandel.
Leuke projecten die allemaal duidelijk moeten maken dat HPE zijn toekomst aan de ‘high tech’ kant ziet. Op de vraag waarom zijn bedrijf gestopt is met het leveren van hardware aan hyperscalers (de gigantische datacenters-architectuur waar bijvoorbeeld een Google of Amazon op draait), antwoordt Antonio Neri bijvoorbeeld bijzonder openhartig: “Omdat er geen geld in zit. Vroeger leverden we aan hen, omdat het ons design en onze producten waren. Nu doen ze zelf het design en willen ze ons een manufacturer maken. Ik wil niet iemand anders zijn product bouwen, ik wil innoveren. Ik investeer liever in netwerken of in hybrid, dan in een commodity markt te gaan draaien.” HPE ziet zichzelf in de eerste plaats als een innovator, en hoopt dat die boodschap ook bij de klanten landt.
Ondertussen in Belgie
Dat HPE een idee heeft van welke richting het uit wil, is allemaal goed en wel, maar brengt dat het bedrijf ook vooruit? Data News vraagt het aan Raf Peeters, country manager BeLux bij HPE.
Hoe wil het zich nu differentiëren van andere spelers zoals Dell-EMC?
RAF PEETERS: HPE is een onderneming die honderd procent toegespitst is op de enterprise IT-omgeving. We willen daar altijd voorlopen. We zijn van infrastructuur naar converged en hyperconverged gegaan. Dat zijn concepten die wij in de markt gezet hebben. We zetten dus heel erg in op technische innovatie. De technologie is het DNA van onze onderneming, en die willen we op een efficiënte manier in de markt zetten. Dat gaat niet alleen over technologie, over waar je applicatie zit, maar ook over het consumptiemodel dat daarachter zit. Bij ons is dat Greenlake. Dat is een cloud experience die niet per se in een publieke cloudomgeving moet staan, met een pay-as-you-go model.
België is nochtans geen enterpriseland. Hoe zet je dat bij ons in de markt?
RAF PEETERS: Greenlake heeft uiteraard grote klanten, maar we hebben het model wel zo gemaakt dat we het op een efficiënte manier door partners naar de markt kunnen laten brengen. Je hoeft geen infrastructuurinvestering van miljoenen te doen om dat model te gebruiken.
Data analytics en F1
Opvallende gast op HPE Discover is Lewis Hamilton, de Formule 1-piloot die ondertussen vijf keer wereldkampioen is geworden, en rijdt voor Mercedes-AMG Petronas. Ook HPE heeft een vinger in de pap bij die laatste, want F1 is tegenwoordig een analysesport, zo zegt Matt Harris, head of IT bij Mercedes-AMG Petronas Motorsport: “Het grote verschil bij ons is dat we geen tijd hebben. Er zit een heel korte periode tussen de verschillende versies van de auto, 375 uur. De meeste bedrijven rollen geen nieuwe versie uit op 375 uur, zelfs geen softwarebedrijven. Onze versies moeten snel komen, en ze moeten stabiel zijn.”
HPE’s ondersteuning van het team, met onder meer een data-analist en een Edgeline systeem om data te verzamelen en verwerken vanop het testparcours, heeft daar vooral bij geholpen, aldus Harris: “We hebben nu programma’s waarbij we samen met HPE naar data gaan kijken, waar we vroeger vier weken over deden. De computer kan die nu op een dag afronden.”
“Dat is fascinerend om te zien”, zegt Lewis Hamilton plichtsgetrouw. “Voor mij is het eigenlijke rijden het coolste deel, maar naar de fabriek gaan en zien hoe al die mensen werken, en de evolutie van technologie zien, dat is even spannend.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier