Als je websitebouwer een tiener is
Het was zijn jongste dochter die telkens insprong als zijn computer crashte. Nu ze weg was van huis, moest hij ze telkens opbellen. Of ze even kon langs komen.
Het was zijn jongste dochter die telkens insprong als zijn computer crashte. Nu ze weg was van huis, moest hij ze telkens opbellen. Of ze even kon langs komen.
Het verhaal werd opgehaald tijdens een rondetafel van Belgische cio’s over de ‘consumerization of it’, over de vermaledijde ‘Generation Y’ die lak heeft aan een policy. Ook al omdat ze nooit een policy gekend hebben, niet thuis, niet op school, niet tijdens hun vrije tijd.
Het verhaal over die bijdehandse dochter deed me denken aan de garagist die een website wou en van een vriendin hoorde dat haar 9-jarige zoon en zijn copain zopas een computerkamp hadden gevolgd. Waarom hij het niet aan hen vroeg? Hij kon betalen wat hij wou, afhankelijk van het resultaat. De garagist gaf het een kans. Hij moest wel lachen toen hij de snotneuzen zag aan komen huppelen, gaf hen wat uitleg en wuifde hen uit zonder al te veel verwachting. Het resultaat was verbluffend.
Het mag niet verbazen dat bedrijven technologische hulp krijgen van, welja, kinderen. Ze leren snel, ook van elkaar, weten gratis software als geen ander te vinden, én zijn bereid om voor een habbekrats te werken.
Zou jij een tiener vertrouwen bij het maken van je website? Waarom niet? Afhankelijk natuurlijk hoe belangrijk die is voor je bedrijf en je business. En je moet het uiteraard wel in goede banen leiden. Maar er zijn duizenden Belgische kmo’s die nog geen website hebben. De helft van de bedrijven heeft zelfs nog niet eens een eigen domeinnaam.
Meer nog, de aanmaak van websites is ongetwijfeld ook een manier voor armlastige lagere en middelbare scholen om een graantje bij te verdienen. Ik geef het zo maar even mee. Wie weet komen die kinderen later nog in de ict-sector terecht. Ze zijn er broodnodig.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier