De Amerikaanse chipreus Intel stelt de bouw van fabrieken in Duitsland en Polen uit. Dat heeft topman Pat Gelsinger maandag bekendgemaakt. De projecten zullen met ongeveer twee jaar worden uitgesteld, zei Gelsinger.
Intel was van plan om twee chipfabrieken te bouwen in de Duitse stad Maagdenburg Saksen-Anhalt, waarmee zo’n 3.000 banen zouden worden gecreëerd, met een eerstesteenlegging gepland voor dit jaar. De investering werd geschat op ongeveer 30 miljard euro. Duitsland legde bijna tien miljard aan subsidies op tafel voor het project.
Intel worstelt echter met verliezen en lanceerde eerder dit jaar een kostenbesparingsprogramma. Het bedrijf kondigde in augustus aan dat het van plan was om zijn personeelsbestand met 15 procent te verminderen als onderdeel van dat programma ter waarde van miljarden dollars.
‘We moeten stevig doorzetten om een meer concureentiële kostenstructuur te creëren en de besparingsdoelstelling van 10 miljard dollar te behalen die we vorige maand hebben aangekondigd’, zei Gelsinger in een persbericht en een brief aan werknemers.
‘We zullen onze projecten in Polen en Duitsland ongeveer twee jaar pauzeren op basis van de verwachte marktvraag.’ Slechts enkele maanden geleden zei Gelsinger dat de modernste productieprocessen in Maagdenburg zouden worden gebruikt, waarmee Intel succesvollere concurrenten wil inhalen.
Exit Breton
Hoewel Intel al een tijdje in woelig water zit en besparingen geen verrassing zijn, is de timing wel opmerkelijk. De aankondiging komt er vlak nadat Eurocommissaris voor Interne Markt Thierry Breton zijn ontslag gaf.
Breton is een van de voornaamste politieke trekkers van de Europese Chips Act. De ambitie van de EU om tegen 2030 twintig procent van de chips op Europese bodem te produceren.
De productie van de nu gepauzeerde Intel-fabrieken zou naar verwachting in 2027 of 2028 beginnen. Tegelijkertijd bevestigde Intel investeringen in nieuwe fabrieken in de Verenigde Staten en ontwikkelt het nieuwe chips met de clouddivisie van Amazon.
