Tech-sector in volle bloei ondanks crisis

Het zijn interessante tijden voor tech start-ups. Dankzij Spotify, Angry Birds, SoundCloud en vele anderen krijgt de Europese tech-scene eindelijk een eigen smoel, en dichter bij huis zorgen initiatieven zoals BetaGroup, Webmission en het IBBT er voor dat ook Belgisch talent in de spotlights kan treden. “Het is toch niet omdat je een kleine start-up bent dat je je nek niet mag uitsteken?”

Het zijn interessante tijden voor tech start-ups. Dankzij Spotify, Angry Birds, SoundCloud en vele anderen krijgt de Europese tech-scene eindelijk een eigen smoel, en dichter bij huis zorgen initiatieven zoals BetaGroup, Webmission en het IBBT er voor dat ook Belgisch talent in de spotlights kan treden. “Het is toch niet omdat je een kleine start-up bent dat je je nek niet mag uitsteken?”

Terwijl Europa kreunt onder de economische crisis en de lidstaten in paniek raken omwille van vertragende groeicijfers en een groeiende werkloosheid, lijkt de technologiesector te ontsnappen aan de malaise. Nu heel wat Europese tech start-ups potten breken in de VS, en er steeds vaker geïnnoveerd wordt in plaats van gekopieerd, is het optimisme troef op het Oude Continent.

“Er is iets veranderd”, zegt ook Loïc Le Meur, de Franse bedenker van Seesmic die ook LeWeb organiseert in Parijs. “Lokale entrepreneurs proberen niet meer krampachtig om met een alternatief voor Facebook of Twitter te komen, en geloven volop in eigen kunnen. Mét resultaat, want start-ups zoals Last.fm, Cut The Rope en Spotify zijn enorme hits in de VS, en in steden als Londen, Berlijn en Dublin zie je zelfs mini Silicon Valley’s ontstaan waar ook Amerikaanse technologiebedrijven kantoren openen.”

Ook durfkapitalisten kijken steeds nadrukkelijker naar de Europese tech-scene. Er wordt opvallend sneller geïnvesteerd dan een tijdje geleden, al is dat deels ook te danken aan een rist overheidsinitiatieven waarbij de restricties voor het oprichten van start-ups versoepeld werden.

“Er zijn heel wat redenen waarom Europa plots de wind in de zeilen lijkt te hebben”, zegt Antoine Perdaens van de kennismanagementtool Knowledge Plaza. “Het verhaal van Spotify is een interessant voorbeeld. Ik heb zes maanden in Zweden gewoond, en de plaatselijke durfkapitalisten waren zichzelf nog steeds aan het verwijten dat ze niet in Skype geïnvesteerd hadden. Dat wilden ze geen tweede keer meemaken, en dus zijn ze beginnen kijken naar lokale spelers.”

“Ook bij ons zijn initiatieven als BetaGroup, het IBBT of Webmission van recente datum”, gaat Allan Segebarth van het digital advertising bedrijfje Adlogix verder. “Nu pas beginnen we constructies in stelling te plaatsen die ons intellectuele kapitaal kunnen valoriseren. Het heeft lang geduurd, maar de stappen worden dan toch gezet.”

“In de VS hadden ze het geld, maar misten ze het talent”, oppert Perdaens. “Meer dan de helft van de ondernemers uit de Valley komt van buiten Amerika. In Europa had men dan weer het talent, maar was er geen geld. Gelukkig heb je vandaag niet veel meer nodig om een tech start-up uit de grond te stampen. Kijk maar naar CheckThis, dat zonder veel centen een beta heeft kunnen lanceren. Ook Kickoff doet het erg goed. En initiatiefnemer Benjamin De Kock, die vanuit een kleine boerderij in een Waals dorpje werkt, heeft nog geen frank gezien van overheden of investeerders.”

Geldstromen

Hoe dan ook hoopt Cédric Braem van InternetVista dat we hier straks evenveel kapitaal zullen ophalen als aan de overkant van de plas. En dat we vanuit Europa even grote succesverhalen zullen schrijven als vanuit de VS. “Maar je moet wel naar de Europese geldstromen kijken, en niet alleen naar de Belgische”, klinkt het. “Er zijn Duitste VC’s die investeren in België, en het Belgische OpenERP heeft onlangs nog twee miljoen euro opgehaald in Frankrijk. Het kan dus wel degelijk.”

Dit gezegd zijnde, blijft het in ons land vooralsnog een heikele opdracht om durfkapitaal aan te trekken. “Tijdens de Webmission in San Francisco pitchen we drie minuten, en onmiddellijk hebben de VC’s ons risicoprofiel bepaald, en weten ze wat er nodig is om ons verder te helpen”, zegt François Dispaux van applicatiebouwer Nectil. “Je krijgt er een onmiddellijke return. Terwijl de geldschieters in België vaak niet weten waar je mee bezig bent.”

Segebarth: “Er zijn initiatieven, onder meer vanuit de overheid, en er is bereidwilligheid, de ondernemers staan klaar. Maar het privékapitaal in België moet de stap van industrieel naar technologisch nog zetten, zo lijkt het wel. En daar is een mentaliteitswijziging voor nodig. Op de iets langere termijn zal die wijziging er wel komen. Daar ben ik van overtuigd.”