Vijf klassieke fouten van beginnende ondernemers
De voorbije jaren heeft het ondernemerschap als beroepskeuze weer wat meer glans gekregen, ook in België. Duizenden mensen proberen jaarlijks een nieuw bedrijf op te starten, wat uiteraard een goede zaak is. Ontmoedigend is dan weer dat de meeste onder hen dezelfde elementaire fouten maken.
De voorbije jaren heeft het ondernemerschap als beroepskeuze weer wat meer glans gekregen, ook in België. Duizenden mensen proberen jaarlijks een nieuw bedrijf op te starten, wat uiteraard een goede zaak is. Ontmoedigend is dan weer dat de meeste onder hen dezelfde elementaire fouten maken.
Hieronder alvast een lijstje met vijf klassieke misstappen die je best vermijdt als je je start-up ernstig neemt.
Fout nummer 1: niet praten met mensen vóór de opstart.
Je hebt een idee en je bent ervan overtuigd dat het supercool is, maar dat betekent nog niet dat het zal werken.
Het grootste probleem bij starters is dat ze niet goed beseffen dat andere mensen nog niet op de hoogte zijn. Een onderneming opstarten en runnen is een beroep op zich, maar de meeste mensen die ik zie aftrappen zijn professionals in andere domeinen.
Neem nu ontwikkelaars. Die mensen hebben vaak weinig kennis over ondernemerschap en over de marketing rond start-ups, waardoor ze zich teveel focussen op de technologie.
Mensen uit de marketing-hoek richten zich doorgaans op de features van een product, of op promotie en reclame, maar verwaarlozen evenzeer het aspect ‘ondernemerschap’, en hebben geen oog voor technologische beperkingen (wat is mogelijk, hoe snel kan het gebeuren, hoeveel zou het kosten).
De enige manier om aan dit probleem te verhelpen, is door te praten met mensen. Het komt erop aan te praten met zoveel mogelijk mensen met zoveel mogelijk uiteenlopende achtergronden en ervaringen.
Een aantal onder hen zullen je vertellen op welke mogelijke manieren je onderneming kan mislukken. Anderen zullen je vertellen waarom ze het product dat je van plan bent te maken, nooit zullen gebruiken.
Maar een aantal onder hen zullen je de ogen openen voor de opportuniteiten die je gemist hebt, en nog anderen zullen je vertellen welke problemen je met hun steun zal moeten oplossen. En sommigen willen misschien met jou in zee gaan – laat hen niet los!
Fout nummer 2: te weinig de markt aftasten vóór de opstart.
Aanvaard het maar: jouw idee is (zeer waarschijnlijk) niet geniaal, nog briljant. Meestal is het zelfs niet origineel.
Met andere woorden: bestaat dit product al? En als dat zo is, verkoopt het goed? Wie zijn de klanten? Brengt het geld op (of trekt het minstens investeerders aan)? Hoe brengen ze geld op? En het belangrijkste van alles: kan jij het beter?
In het geval dat het product nog niet bestaat: waarom bestaat het nog niet? Werd het vroeger al uitgeprobeerd, en indien dat het geval is, waarom werd het stopgezet?
Heel wat ondernemers in de Valley schrijven interessante ‘post-mortem’-blogs nadat hun start-ups imploderen. Ik vond de getuigenis van Plancast de meest leerzame.
Als je er meer wenst te lezen, vind je hier een lijst van 25 andere getuigenissen om je op weg te helpen. Uiteraard is dit slechts het topje van de ijsberg, en kan je nog veel meer dingen vinden.
Surf gedurende een aantal dagen op het internet en ga op zoek naar ondernemingen die gelijkaardig zijn aan de onderneming die jij in je hoofd hebt. Zo vermijd je de creatie van nog maar eens een nieuwe oplossing voor het beheren van een amateurvoetbalteam (er zijn in België minstens drie start-ups die dat doen).
Fout nummer 3: je start als een lichtgewicht, zowel op het vlak van medewerkers als wat het financiële plaatje betreft.
Medewerkers: start-ups vergen veel werk. Er komt ook heel wat kijken bij een opstart: een product maken, de eerste klanten aantrekken, inspelen op hun feedback, meer klanten aantrekken, ondernemen, enz.
Uiteraard kan een ontwikkelaar alleen van start gaan, maar die weg leidt al te vaak naar een burn-out of naar een tunnelvisie, en waarschijnlijk naar de definitieve ondergang van de start-up.
Daarom is een team van twee of drie personen met verschillende achtergronden ideaal. Het geheim achter het bouwen aan een team is, opnieuw, vroeg genoeg met veel mensen te praten.
Geld: voor de creatie van een B2C-startup is veel meer kapitaal nodig dan beginnende ondernemers doorgaans denken. Een bedrag dat me door een zeer ervaren ondernemer en business angel werd toevertrouwd, is 2 miljoen euro (nogmaals, we hebben het over een ernstige onderneming hier, niet over een hobby).
Het opstarten van B2B-projecten is eenvoudiger – het basisproduct kan door een aantal ontwikkelaars in een paar maanden gecreëerd worden, en het is mogelijk om binnen de zes tot negen maanden na de startdatum inkomsten te genereren.
Fout nummer 4: getrouwd zijn met een idee.
Ondernemerschap gaat over geld. Dat spreekt voor zich, maar toch focussen vele start-ups zodanig op hun aanvankelijke visie dat ze blind zijn voor het feit dat het onmogelijk is om met hun project hun brood te verdienen.
Start-ups worden vaak gecreëerd omdat de oprichters willen zorgen voor een betere (of minstens een ietwat aangenamere) wereld. Maar soms is er gewoon niet genoeg geld beschikbaar, en start-ups die hun visie niet aanpassen aan de realiteit van het ondernemerschap, sterven een stille dood.
Het is belangrijk om een open geest te behouden – en als een B2C-project niet werkt, ga dan op zoek naar een B2B-alternatief. Als een online dienstverlening niet snel genoeg groeit, bekijk dan of je kan switchen naar consultancy. En als ook dat geen optie is – verlies dan niet langer tijd en begin met iets nieuws.
Fout nummer 5: onvoldoende praten met klanten.
Eén start-up waarmee ik samenwerk, ontwierp en maakte een product nadat het met slechts één klant had gesproken. In de meeste gevallen is naïviteit – niet arrogantie – hier de oorzaak van.
Het gevaar is uiteraard dat een start-up creëren zonder continue feedback van eindgebruikers/klanten leidt tot het maken van nutteloze producten – of ten minste van producten die klanten wel nuttig vinden, maar niet nuttig genoeg om ervoor te betalen.
Hét mantra van de ‘lean startup’ – een methodologie om een betere start-up te bouwen – is ‘kom buiten, sluit je niet op’. Praat met je klanten en prospecten, en wees eerlijk. ‘Ja, we zijn een start-up, en ja, er zijn risico’s verbonden aan het kopen van onze producten.’ Deze aanpak helpt je echt om de juiste klanten te vinden.
Onthoud het goed – al deze fouten zijn dodelijk voor een start-up, en ze kunnen allemaal vermeden worden. Al wat je moet doen, is, nogmaals, praten met mensen.
Leo Exter is de man achter Westartup, een netwerk van om en bij de 1.700 ondernemers, mentors en investeerders. Hij is ook partner bij HealthStartup, een Europese community van technologiebedrijfjes actief in de healthsector, en coach bij de Boostcamp-accelerator van het MIC Brussels. In zijn vrije uurtjes houdt hij zich bezig met het organiseren van het Startup Weekend in ons land, Bizcamp Belgium en BetaInvest.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier