Belgisch internetknooppunt piekt door coronacrisis
Het Belgisch internetknooppunt BNIX ziet momenteel pieken tot 400 gigabit per seconde, maar er is capaciteit genoeg. Tegelijk valt het verkeer bij overheden, onderzoeks- en onderwijsinstellingen stevig terug, maar nog niet zoals in Italië.
Belnet biedt internetnetdiensten aan voor hogescholen, universiteiten, onderzoeksinstellingen en overheidsdiensten, maar beheert ook het internetknoopunt BNIX. Dat geeft de organisatie een goede kijk in het Belgische netwerkverkeer en hoe dat is veranderd nu vrijwel heel België binnenshuis blijft.
Meer upload
Het openbare leven valt stil, maar het internet draait overuren. “Er is een kanteling naar meer uploadverkeer vanaf ons netwerk. Dat komt omdat overheidsdiensten nog altijd blijven werken, waarbij gebruikers met hun VPN verbinding maken met de diensten in Brussel, waar het op ons netwerk komt,” licht Dirk Haex, technisch directeur van Belnet, toe aan Data News.
Op het Belnet-netwerk is er minder netwerkverkeer, maar het gaat niet om een totale instorting. “Als je kijkt naar het onderzoeksnetwerk van Italië, daar is het weekverkeer nu gelijk met het weekendverkeer. Bij ons zien we nog steeds twintig procent meer trafiek dan in het weekend.”
Verkeer naar buitenland daalt
Wat vooral daalt is het verkeer vanuit Belnet (hoger onderwijs, overheidsdiensten, onderzoeksinstellingen) naar andere internet exchanges, buiten de landsgrenzen, zoals die van Amsterdam, Londen of Parijs. “Gemiddeld gaat het om een daling van zo’n tachtig procent,” zegt Haex.
Ook dat is logisch want dat verkeer wordt doorgaans gegenereerd door wie fysiek op de universiteit of bij de overheid internet gebruikt. Dat wordt nu opgevangen door de internetprovider thuis.
Tegelijk is er ook dataverkeer dat stabiel blijft: “Het onderzoeksverkeer naar het pan-Europese onderzoeksnetwerk Géant, dat alle Europese onderzoeksnetwerken met elkaar verbindt, is stabiel gebleven. Een voorbeeld daarvan is het Interdisciplinair Instituut voor High Energy, dat genereert data die naar het CERN wordt gestuurd, dat is niet stilgevallen,” zegt Haex.
Piek bij BNIX
Het omgekeerde is waar voor BNIX zelf, het internetknooppunt dat er onder meer voor zorgt dat Belgisch netwerkverkeer lokaal, en dus vlotter, tussen lokale spelers wordt uitgewisseld. Vorig jaar lag daar het gemiddelde op 160 Gigabit per seconde met soms een piek naar 340 Gbit/s. Vandaag ziet Belnet pieken tot 400 Gbit/s. “Dat is een absoluut record dat we momenteel halen.”
BNIX verbindt grote en kleinere telecomspelers zoals Proximus, Telenet, Brutele, Destiny, maar ook Microsoft, AWS en Netflix. “Daar zien we intussen serieuze stijgingen. Het verkeer komende van commerciële internetproviders is met dertig procent omhoog gegaan. Maar ook verkeer met Microsoft, dat Skype en Teams aanbiedt, is met de helft toegenomen.”
Niet al het verkeer naar Microsoft, Netflix of tussen andere ISP’s loopt via BNIX. Zo kan een Proximus of Telenet het verkeer van haar klanten naar Netflix zelf voorzien, of via BNIX sturen. Daarom plakken we geen absolute cijfers op dat netwerkverkeer, maar de stijging zelf is wel relevant.
Geen Netflix-piek, wel meer Facebook
Opmerkelijk: Netflix gaat op vraag van de Europese Unie haar videostream verminderen van HD naar SD om het netwerk niet te overbelasten. Maar volgens Belnet is er geen Netflix-piek.
“We zien dat dat momenteel stabiel blijft. De laatste zes weken is dat een vrij constante hoeveelheid data, maar ook van de overstap naar standard definition is nog niets te merken momenteel,” zegt Belnet woordvoerder Davina Luyten. “Het verkeer naar Facebook is de laatste weken wel met 25 procent gestegen.”
Het massaal thuiswerken, met kinderen in huis, zorgt ook voor een verschuiving van de piek. “Vroeger zat de piek bij BNIX rond 21 uur, wanneer iedereen thuis was en onder meer op Facebook en Netflix zit. Nu ligt die piek eerder rond 16 uur. De avond genereert nog steeds veel verkeer, maar de piek ligt in de late namiddag, met een kleine dip tussen 12 en 14 uur, en ‘s avonds tussen 18 en 20 uur, wanneer mensen doorgaans eten.”
Klaar voor meer capaciteit
Mocht het internetverkeer alsnog zwaarder worden dan verwacht Belnet geen problemen op het Belnet-netwerk en het BNIX-platform. “Het BIPT voorspelt dat er ondanks de stijging nog stijgingen kunnen bijkomen en wij maar ook andere operatoren bereiden zich daarop voor. Gisteren hebben onze netwerkingenieurs voorbereidingen getroffen in de kern van het Belnet-netwerk waardoor we indien nodig op zeer korte tijd de capaciteit kunnen verhogen.”
Verschillende onderwijsinstellingen zijn intussen overgestapt naar digitaal leren. Intussen heeft Belnet voor instellingen die dat niet hebben ook een eigen platform gebouwd op basis van het open source webplatform Jitsi, dat onder meer voor onderwijs, maar zelfs door bepaalde ziekenhuizen, kan worden gebruikt. “het is nog maar een paar dagen actief, maar het wordt positief onthaald.”
Ook Belnet zelf, dat een tachtigtal medewerkers telt, werkt momenteel volledig van thuis uit. “We zijn al een tijd bezig met business continuity en we werkten sowieso al 1-2 dagen per week van thuis uit. Maar intussen doen we alles van op afstand en dat loopt bijzonder vlot, ook het monitoren van de netwerken,” besluit Haex.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier