BetterStreet was de beste op het Startup Weekend Luik

De jury was over het algemeen onder de indruk van de kwaliteit van de presentaties en de projectleiders, en sprak ook lovende woorden over FlashBooks, Pictawall en Tennisonline.biz.

De jury was over het algemeen onder de indruk van de kwaliteit van de presentaties en de projectleiders, en sprak ook lovende woorden over FlashBooks, Pictawall en Tennisonline.biz.

Uit de 11 projecten, die allemaal sterk gericht waren op de virtuele wereld, koos de jury uiteindelijk voor een project dat weliswaar een webplatform vormt, maar een zeer reëel probleem rechtstreeks aanpakt. BetterStreet (demo op BetterStreet.org) wil vooral de kwaliteit van onze straten en wegen verbeteren door iedereen met een smartphone in staat te stellen om via de website bij de lokale autoriteiten aangifte te doen van allerlei gebreken (gevaarlijke kuilen, defecte straatverlichting, enz.), antisociaal gedrag (sluikstorten, graffiti) of dingen die de veiligheid of de levenskwaliteit in de stad kunnen schaden. Het platform is vooral bedoeld om feiten door te geven door middel van foto’s die op de plek zelf zijn genomen, zelfs als een loutere uitvoerige tekst theoretisch gezien mogelijk is. Het model komt uit het buitenland, namelijk Groot-Brittannië: fixmystreet.com.

BetterStreet wil beloond worden door gemeenten te laten betalen voor de toegang tot zijn platform. Het bedrijf ziet deze maatregel niet als een drukmiddel, maar eerder als een instrument voor informatie en transparantie tegenover de burgers. De schepen van Openbare Werken van de gemeente Borgworm liet tijdens het Startup Weekend al weten dat hij interesse heeft voor dit platform. Bij de burgers zou het project in de eerste plaats bedoeld zijn voor verenigingen van motorrijders, wijkcomités, oudercomités, enz.

“Interessant aan dit project is de verbinding met de echte wereld. Het gaat niet alleen maar om digitale toestanden. Een minpuntje is dat de site wel verbanden tot stand brengt, maar geen mogelijke oplossing biedt voor de problemen en de financiering van de uit te voeren werkzaamheden. Er moet ook aandacht gaan naar het echte democratische gebruik van de tool”, aldus Michaël Garrais, jurylid en specialist in technologische overdracht binnen de cel Interface Enterprises van de Ulg. “Wat mij vooral opvalt bij dit soort evenementen is dat je op 48 uur al aanzienlijke resultaten kunt boeken en tot een eerste echt prototype komt dankzij de kwaliteit van het werk van een multidisciplinair team. Creativiteit en dromen krijgen hierbij zeker een plaats. Precies hierin schuilt de verdienste van dergelijke evenementen.” Een standpunt dat ruime bijval krijgt van alle leden van de jury die we hebben ontmoet, die trouwens vrij verrast waren door de kwaliteit van de aanwezige ‘talenten’. Maar in de grond betreurden ze wel dat er geen aanzet tot een industrieel of technologisch project bij zat dat het potentieel bezit om echt banen te creëren. Veel meer dan een webapplicatie.

‘Serial entrepreneur’ Bart Becks (SonicAngel), ook lid van de jury, was in elk geval enthousiast. “Ik kende Luik een beetje want ik heb er gestudeerd en gewerkt, maar toch was ik aangenaam verrast door de rijkdom aan ideeën en algemene dynamiek. Er is creativiteit in overvloed. En dat zal nodig zijn, want zoals we hebben gemerkt bij de recente herstructureringen, moeten we niet meer hopen dat grote bedrijfsgroepen duizenden jobs komen creëren in ons land. Onze economische toekomst hangt eerder af van duizenden kleine vernieuwende structuren die worden toegevoegd, en die uiteindelijk ook voor veel nieuwe banen zorgen.”

Bart Beckx neemt ook deel aan Tedx in Leuven deze week. Naast het Startup Weekend loopt het start-up acceleratorprogramma NestUp in Waals-Brabant verder. En de Boostcamps die her en der opduiken zijn niet meer te tellen. Allemaal evenementen die gericht zijn op ondernemerschap. “De toename van het aantal evenementen voor start-ups is toe te schrijven aan drie factoren: technologieën worden steeds toegankelijker voor iedereen, steeds minder mensen willen hun hele carrière bij dezelfde werkgever blijven en de mediatisering van sommige ‘success stories’, meestal via Facebook, brengt sommigen op ideeën”, stelt Bart Becks vast.