Singapore komt met datacenterstandaard voor warme regio’s
Singapore heeft richtlijnen gepubliceerd die datacenters in de regio moeten helpen omgaan met de hitte en luchtvochtigheid. Die liggen er immers een stuk hoger dan in de rest van de wereld.
De richtlijnen zijn afkomstig van het Information Technology Standards Committee en wijzen er op dat er al heel wat standaarden zijn voor datacenters, maar dat die op een globale schaal zijn afgestemd. Dat terwijl het in Singapore gemiddeld dertig graden is, met een luchtvochtigheid van 84 procent.
De standaarden leggen onder meer uit hoe je daar best mee omgaat, op basis van gegevens uit datacenters in de regio. Zo wordt er gekeken of de temperatuur twee graden hoger kan dan in een normaal datacenter, om energiekosten te drukken. De gids met standaarden is niet gratis, maar kost slechts 42,40 dollar.
De bedoeling is niet alleen omgaan met de hitte, maar ook om de energiekosten en impact te beperken. Datacenters hebben koelte nodig om hun hardware vlot te laten draaien. Bij te hoge pieken kunnen er pannes optreden. Tegelijk zorgen hogere temperaturen er ook voor dat er meer moet gekoeld worden en dus meer stroom wordt verbruikt.
Dat probleem is groot in warme regio’s. Maar treft de laatste tijd ook Europese datacenters. Vorige zomer kregen zowel de datacenters van Oracle als Google te maken met pannes door extreme hitte in Groot Brittannië. In de VS kende het datacenter van Twitter dan weer problemen door extreme warmte in Californië.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier