China gaat privacy van burgers beter beschermen, behalve tegen de overheid
China gaat voor het eerst wetten aannemen om de gegevens van burgers beter te beschermen. Maar de overheid zelf zal daardoor burgers niet minder in de gaten kunnen houden.
Het gaat om een deel van een soort burgerlijk wetboek dat momenteel wordt besproken tijdens een jaarlijkse bijeenkomst van het parlement. Daarin staat, volgens een voorlopige versie, dat een individu een recht op privacy heeft en dat zijn of haar persoonlijke informatie moet beschermd worden.
Dat wil zeggen dat dataverzamelaars de plicht hebben om die data te beschermen en dat ze niet zomaar die data mogen verzamelen, delen of verkopen zonder toestemming, aldus Reuters.
Dat lijkt vanzelfsprekend, maar in China is dat niet het geval. Daarom is het bij data-inbreuken, of criminele feiten ten gevolge van gestolen persoonlijke data, moeilijk om bedrijven ter verantwoording te roepen, of hen te stoppen om bepaalde data door te verkopen.
De wetgeving waar nu aan wordt gewerkt is op dat vlak een stap in de goede richting en een manier om de balans te bewaren tussen een groeiende online sector en de bescherming van 1,4 miljard inwoners. Al staat ze nog ver af van de GDPR die sinds twee jaar in Europa actief is.
De toekomstige regels hebben voor alle duidelijkheid geen betrekking op de Chinese overheid zelf. China zelf houdt haar burgers nauwlettend in de gaten en mag dat ook onder strengere privacywetten blijven doen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier