De ‘appotheek’ van wacht
Die ene jongeling die de deurbel indrukt met zijn duim en niet met zijn wijsvinger, met een naturel alsof het vanouds altijd zo geweest is. Hoe korte tekstjes tokkelen het gewoontegetrouwe vingerspel ombuigt van wijsvinger naar duim, van drie naar twee kootjes, naar binair en dus digitaal denken.
Die ene jongeling die de deurbel indrukt met zijn duim en niet met zijn wijsvinger, met een naturel alsof het vanouds altijd zo geweest is. Hoe korte tekstjes tokkelen het gewoontegetrouwe vingerspel ombuigt van wijsvinger naar duim, van drie naar twee kootjes, naar binair en dus digitaal denken.
Afhankelijkheid: tijdens een begrafenis de drang onderdrukken om niet snel even uw e-mail te checken. Verslaving: bijna één op de drie checkt net na het wakker worden meteen zijn e-mail. Eén op de vijf doet het zelfs in de wagen, op zijn BlackBerry, iPhone of andere smartphone, uiteraard. Je ziet ze wagenslingerend hun Facebook en Twitterberichten natrekken. Hoeveel ongelukken heeft de toepassing van Touring Mobilis al veroorzaakt? Blikschade, letterlijk: op- en neerkijkend wijkt de blik af.
De ‘appotheek’ is groot: ruim een half miljoen apps wachten op uw vinger, paswoord en kredietkaart om op uw smartphone of tablet gedownload te worden. Nieuws, spelletjes, muziek, boeken en strips, kook- en boodschappenhulpjes, museumbegeleiders, gezondheids- en sportopvolgers. Internet verpakt in een duimkleine vierkante verleider. Wonderlijk, toch? In Tokio is er een gps-toepassing die gehandicapten door de stad leidt langs de meest rolstoelvriendelijke route. Een bevriende amateurwielrenner liet zich filmen tijdens zijn klim op de Galibier, plakte een en ander in een app en verkocht het aan 10 euro. Die toepassing werd tot zijn verbazing wereldwijd honderden keren gedownload. En uiteraard ging Apple met 30 procent van de omzet lopen, maar dit geheel terzijde.
Enkele jaren geleden dook telkens die ene vraag op, wat nu wel de killer-app voor de mobiele gebruiker is. Welke toepassing zou ons dwangmatig naar een smartphone doen hollen? Die vraag is verdwenen. Er is geen killer-app, de intelligente telefoon met zijn appotheek is wel een time killer geworden. Elk dood moment wordt het toestel opgediept en verdwijnt alle aandacht voor de omgeving, in de kroeg, in bus en trein, tijdens vergaderingen…. Alone Together, aldus de titel van een boek van MIT-professor Sherry Turkle daarover, Why We Expect More from Technology and Less from Each Other. Mensen zonderen zich af op hun smartphone, tablet of andere digitale dragers. Ze worden het zo gewoon dat ze de verwachtingen van en voor andere mensen minimaliseren. Tieners zijn gewoon om honderden korte berichten te sms’en, te chatten en op Facebook te posten, maar durven niet meer te bellen omdat ze niet weten hoe ze gesprekken moeten afronden. Ze telefoneren zoals ze chatten. Ook de oudere generaties hollen mee. Om snel antwoord te krijgen sturen we korte en gerichte vragen via e-mail. Een telefoongesprek, een babbel en dus nuance vragen tijd en inspanning.
Dat is precies de paradox: mensen hebben steeds meer digitale vrienden, kennissen en relaties, maar zonderen zich steeds vaker ook in het digitale af. Het valt me wel eens op hoe jongeren op restaurant elk op hun smartphone aan het turen zijn. Als ze niet oppassen, moeten ze straks echt naar de apotheker van wacht om hun gedachtegang en emoties te kanaliseren.
En toch ben ik helemaal geen technologiepessimist, integendeel. Het gebruik van smartphones, tablets en de virtuele appotheek opent ontzettend veel mogelijkheden, werkgelegenheid, plezier, sport en cultuur, nieuwe communicatievormen ook. Ik houd de duim omhoog, ook al zal ik wellicht altijd de deurbel met de wijsvinger indrukken. Zolang mensen aanbellen, zit het wel goed.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier