Rik Vera
De louter digitale werkplek is een vergissing die we beter niet maken
Waar was u tijdens de bomaanslagen op 22 maart 2016? Ik weet zeker dat u feilloos weet te antwoorden, net als op de vraag waar u was tijdens 9/11. Als ik u echter vraag wat besproken is in die zoveelste Teams-meeting van 18 maart jongsleden, dan weet u dat nog amper. Die gebeurtenis is verdwenen in de eindeloze mist van de afgelopen weken en maanden. Met wie was die meeting alweer? En wat hebben we eigenlijk besproken?
Bent u ook zo moe de afgelopen weken? Voelt u zich opgebrand? Aan het eind van uw Latijn? Snel geprikkeld, opgesloten? Ik hoor het bij iedereen en ik heb er zelf ook last van.
Corona is een vreselijk monster dat niet alleen onze longen, maar ook ons geheugen lijkt aan te tasten en ons vermoeid en neurotisch maakt bovendien. Te veel digitaal maakt mensen ziek blijkbaar. We moeten maar eens ernstig gaan nadenken voor we massaal kiezen voor de digitale werkplaats als het nieuwe normaal.
Fysieke bijeenkomsten, events met mensen, groot en klein … ze komen terug. Anders worden we gek.
Ik acht de kans groot dat uw geheugen ook slechter functioneert de afgelopen maanden. Het mijne pruttelt als een versleten tractormotor waarin zand zit. Ik sla de dingen wel nog op, denk ik, maar ik weet ze daarna met de beste wil van de wereld en tot mijn grote frustratie niet meer terug te vinden op mijn harde schijf, hoe hard ook ik mijn best doe. Ik ben niet meer van de jongsten, maar dit fenomeen dat me teistert, heeft met leeftijd niets te maken.
Hoe werkt het menselijk geheugen? Ik ben geen deskundige, dus ik kan alleen beschrijven hoe het bij mij werkt. Vroeger, voor corona dus, kon ik me elk gesprek feilloos voor de geest halen, zelfs al was het jaren geleden. Ik wist nog telkens wààr ik was tijdens elke babbel en die fysieke context functioneerde als een label, waardoor ik de herinnering makkelijk terug kon vinden. Sinds corona is die context een grote constante digitale soep, omdat de meeste feiten in mijn zakelijke leven zich nu afspelen gekluisterd achter mijn scherm, starend naar dat scherm, pratend tegen dat scherm. Dag na dag na dag … Mijn brein slaat alles op met het label ‘context’, net als vroeger. Alleen is die context constant dezelfde.
Als dieren in de zoo
We zoeken en vinden niets terug op onze harde schijf, en worden moe en neurotisch. We zijn als dieren in de zoo. Die hebben een ongelooflijk luxueus leven: ze hoeven niet te jagen of te vluchten, ze moeten geen water of schuilplaats zoeken en op geen enkel moment op hun hoede zijn en vechten om te overleven. Maar daardoor vallen al hun natuurlijke impulsen weg en beginnen ze neurotische tics te ontwikkelen. Ze draaien rondjes op zoek naar iets waarvan ze niet meer weten wat het is, behalve dat ze het missen.
Tot mijn grote verbazing lees ik nog steeds dat we in dat nieuwe normaal na corona, veel minder fysiek zouden moeten samenkomen om samen te werken of om ons te laten inspireren op het soort events waarop ik en mijn collega’s elkaar vroeger spraken. Alles gaat toch ook lekker digitaal? De digitale werkplek, dat gaat het worden. Kan best zijn, maar ik denk dat het een vergissing is om daar vol op in te zetten. Corona heeft ons immers geleerd dat digitaal het ongelooflijke nadeel heeft dat er geen of veel te weinig context is: wat we vertellen, horen en ervaren dreigt verloren te gaan in de dikke mist van de onveranderlijkheid.
Mensen hebben duidelijk een veranderlijke en dus natuurlijke context nodig om herinneringen aan te kunnen maken en als mens te functioneren. Bij het begin van het digitale werken, zagen we alleen de voordelen. Alles verliep sneller en efficiënter, we werden minder afgeleid door al de menselijke bijkomstigheden. Die missen we nu steeds meer en dat tast ons geheugen aan en vreet aan onze mentale gezondheid. We worden steeds minder efficiënt, verliezen al onze creativiteit en we zijn moe. We zijn het moe.
Wat we vertellen, horen en ervaren dreigt verloren te gaan in de dikke mist van de onveranderlijkheid.
Neem het van mij aan: fysieke bijeenkomsten, mensen ontmoeten, events groot en klein, ze komen terug. Anders worden we gek. We missen de gesprekken bij de koffiemachine, in de wandelgangen of op de trein naar huis. Wij missen de kleine afleidingen, de bijkomstigheden, het ongeregelde en onverwachte van de echte wereld. Daar kan zelfs die nieuwe hype Clubhouse niks aan veranderen, al is het fenomeen wel een bevestiging van ons zoeken naar menselijke impulsen.
Kortom, ik sluit me niet aan bij hen die geloven dat we voortaan voornamelijk digitaal moeten gaan samenwerken. Ik lees de argumenten en geloof ze niet langer. Het digitale werken is een vergissing. Dat is ten dele jammer, want het zou beter zijn voor de planeet. Maar het is slecht voor de mens, want die wordt beroofd van zijn herinneringen en dreigt te verzinken in neuroses. We gaan niet elke dag naar kantoor rijden of sporen, maar we gaan onszelf wel bevrijden uit ons thuiswerkplekje dat we kotsbeu zijn en onze geest aantast.
Mens tussen de mensen. Zodra het weer mag, verwacht ik een vuurwerk aan arbeidsvreugde op de werkvloer, een tsunami aan bijeenkomsten en events allerhande om te voorkomen dat we helemaal afstompen tot een digitale zombie zonder context, zonder herinneringen en zonder creativiteit. Het gaat deugd doen. Heel veel deugd.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier