Duitsland keurt controversiële wet goed om haatpraat op sociale media aan te pakken

Heiko Maas © Reuters

Grote sociale netwerken als Facebook hangen voortaan in Duitsland hoge boetes, tot 50 miljoen euro, boven het hoofd als ze niet snel genoeg haatberichten of foute informatie van hun platformen verwijderen. Dat is het gevolg van een wet die door het Duitse parlement is goedgekeurd.

Duitsland heeft nu al een van de strengste wetgevingen ter wereld op vlak van boodschappen die aanzetten tot haat. Het wil die wetgeving nu updaten naar het internettijdperk en op dat vlak een Europees voortrekker zijn. Het idee om haatpraat te beboeten kwam er na veelvuldig online haatcommentaar op de komst van een klein miljoen migranten in Duitsland de twee voorbije jaren. Berlijn motiveert de wet deels door te herinneren aan de vervolgingen onder het nazi-regime.

Racistiche berichten moeten binnen 24 uur verwijderd worden

In principe moeten uitingen die de Duitse grondwet schenden binnen de 24 uur verwijderd worden. Dat betreft bijvoorbeeld racistische en antisemitische uitspraken en in het bijzonder oproepen tot geweld. Voor minder buitenissige commentaren geldt een langere tijdsperiode, hoewel ook zij onaanvaardbaar geacht worden.

De wet strekt zich ook uit tot het zogenaamde ‘fake news’, kinderporno en terreurpropaganda. Behalve een boete van 50 miljoen euro kunnen ook de bedrijfsleiders van de sociale netwerken individueel beboet worden tot een maximum van vijf miljoen euro.

Uit voorgaand onderzoek in opdracht van het Duitse Ministerie van Justitie bleek dat op Twitter slechts één procent van dergelijke boodschappen wordt verwijderd. Bij Facebook ligt dat percentage op 39 procent en bij Youtube op 90 procent.

Kritiek

De wet stuitte al op veel kritiek. Gebruikers van socialenetwerksites vrezen dat internetreuzen als Facebook en Twitter uit veiligheidsoverwegingen subjectieve bedenkingen als aanstootgevend of beledigend erg ruim gaan interpreteren.

Critici zien ook een probleem doordat de wet botst met de vrijheid van meningsuiting. Maar minister van Justitie Heiko Maas, bedenker van het wetsontwerp, stelt dat “de vrijheid van meningsuiting stopt waar het strafrecht begint”. De vereniging Alliance for Freedom of Opinion neemt geen genoegen met die uitleg: “De providers van internetdiensten moeten niet de taak van de regering opgelegd krijgen om te beslissen wat legaal is en wat niet”.

Partner Content