Tijs Hostyn
“Een tax op robots kan uw job redden”
Automatisering en robotisering zorgen voor een enorme productiviteitsstijging. Volgens Tijs Hostyn moeten we goed nadenken over hoe we die gecreëerde rijkdom rechtvaardig kunnen verdelen. Hij pleit voor een belasting op robots. “De inkomsten daaruit kunnen dan ingezet worden om nieuwe jobs te creëren in de sociale sector”.
Wat hebben de steenrijke Microsoft oprichter Bill Gates en Frans socialistisch presidentskandidaat Benoît Hamon gemeen? Beide heren zijn voorstander van een tax op robots. De tax op robots is een aantrekkelijk idee dat steeds vaker opduikt. Het idee bouwt voort op de vrees dat steeds meer jobs overbodig worden door technologische vooruitgang. De voorstanders willen het verlies aan jobs, en de sociale bijdragen die daar een gevolg van zijn, compenseren door de nieuwe belasting. Een tax op robots lijkt vooral nuttig om een deel van de productiviteitsstijging, die het gevolg is van de robotisering, te laten terugvloeien naar de mensen.
Een tax op robots kan uw job redden
Een tax op robots lijkt nuttig om een deel van de productiviteitsstijging, die het gevolg is van de robotisering, te laten terugvloeien naar de mensen.
Steeds meer voorstanders
De roep naar een tax op robots klinkt steeds luider. Uit verschillende hoeken van de samenleving gaan vooraanstaande stemmen op om een tax op robots in te voeren.
Uit de bedrijfswereld is de bekendste stem Bill Gates. De oprichter van Microsoft deed dit recent in een filmpje.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
In het filmpje legt hij uit dat een fabrieksarbeider, die bijvoorbeeld 50 000 dollar verdient, belastingen betaalt op dat inkomen. Als een robot die arbeider vervangt, zou je verwachten dat we de robot belastingen laten betalen. Met de inkomsten uit die belasting op robots kunnen we allerlei sociale diensten aanbieden waar nu geen geld voor is, zoals betere scholing voor kinderen of betere ouderenzorg.
Uit de politieke wereld, horen we in België een gelijkaardig voorstel van de Waalse minister van Begroting Christophe Lacroix (PS). Hij stelt een “taxe automatisation” voor. Hij wil dat werkgevers die kiezen voor automatisering meer bijdragen tot de financiën van het Waalse gewest. Die werkgevers zijn door de automatisering immers mede verantwoordelijk zijn voor het verlies van jobs in de regio.
In Frankrijk staat de tax op robots in het verkiezingsprogramma van de socialistische presidentskandidaat Benoît Hamon. Hij wijst, meer dan zijn Waalse collega, op het positieve in de technologische vooruitgang. Het moet op termijn minder werken mogelijk maken. Een probleem ontstaat echter wanneer een onderneming zo bespaart op de sociale bijdragen die nodig zijn om bijvoorbeeld een sterke gezondheidszorg aan te bieden aan de bevolking.
De UGT, één van de grote Spaanse vakbonden, schaart zich ook achter het idee. De UGT is een socialistische vakbond, dicht bij de politieke partij PSOE. Het idee wordt verwoord door Josep Alvarez, vakbondsleider van de UGT. Hij stelt voor om robots te taxeren die arbeiders vervangen in het productieproces. De robots kunnen een deel van de sociale lasten op zich nemen. Zij vervangen immers een belangrijk deel van de handenarbeid in de industrie. Tegelijk realiseren werkgevers vaak aanzienlijke besparingen door automatisering. Hij wil dat die besparingen positieve gevolgen hebben voor werknemers. Josep Alvarez: “Zoals in de 18e eeuw de opkomst van de stoommachine samenging met een arbeidsduurvermindering, moeten we nu beginnen met de winst te herverdelen die voortkomt uit de technologische vooruitgang.”
Winst
De winsten van ondernemingen nemen nog steeds gemiddeld toe. Die stijgende winsten zijn het gevolg van de stijging van de productiviteit. Productiviteitsstijging gaat erom hetzelfde werk te doen met minder mensen. Dat is juist wat automatisering en robotisering bereiken. De robots die het werk overnemen van werknemers, maken het mogelijk hetzelfde resultaat te bereiken met minder mensen. Dat heeft een positieve zijde. De onderneming maakt immers meer winst. Het nadeel is dat jobs verloren kunnen gaan.
Robotisering en automatisering zijn geen nieuw fenomeen. En tot zover heeft dit er niet tot extreme werkloosheid geleid. De technologische vooruitgang vernietigt immers niet alleen jobs. Het creëert ook jobs. In de jaren 70 verschenen bankautomaten in het straatbeeld. Ondertussen kan je in een bank niet meer bij de loketbediende terecht voor courante verrichtingen. Er zijn dan ook steeds minder loketbedienden. Toch zijn er ook nieuwe jobs gecreëerd. Ondernemingen in de technologische sector sturen dagelijks honderden techniekers op pad om de bankautomaten te herstellen. Tegelijk zijn er software-ontwikkelaars bezig met het schrijven van aangepaste software. Die software moet dan weer aangepast worden aan alle nieuwste trends. Nieuwe jobs vervangen de oude.
Gevaar
Waar gaat alle heisa dan over? Stilaan begint het besef te groeien dat technologie wel eens zo gesofisticeerd kan worden dat in heel wat sectoren mensen (bijna) overbodig worden. In plaats van te produceren met minder arbeid, kunnen we een punt bereiken dat er kan geproduceerd worden zonder arbeid.
De technologie van de artificiële intelligentie (AI) maakt een interessante ontwikkeling. Onderzoekers leren robotten om menselijk gedrag te herkennen en er gepast op te reageren. De robotten worden aangeleerd om beslissingen te nemen in onze plaats. Denk aan de spraaktechnologie Siri op de iPhones. Aan de hand van eenvoudige instructies kan je Siri heel wat taken laten uitvoeren. De commerciële toepassingen zijn voorlopig nog vrij eenvoudig. Het is te verwachten dat de beslissingen die robots kunnen nemen, op basis van AI-technologie, steeds complexer zullen worden.
Het is tegelijk wachten op de komst van de zelfrijdende auto’s. Als alle bus-, taxi-, vrachtwagen- of bestelwagenchauffeurs hun job verliezen door de komst van de zelfrijdende auto’s, riskeer je in een situatie te komen dat op een heel korte tijd veel jobs verdwijnen waar niet noodzakelijk vervanging voor klaarstaat.
De komst van artificiële intelligentie en zelfrijdende auto’s leert ons dat er nog enorme productiviteitsstijgingen mogelijk zijn. Er bestaat een vrees voor een vloedgolf van robotisering en automatisering, waar geen (of te weinig) nieuwe jobs voor in de plaats komen. De vrees is dat een stortvloed van automatisering en robotisering de arbeidsmarkt zoals we die vandaag kennen fundamenteel onderuit kan halen. De toekomst zal uitwijzen of die vrees terecht is.
Een tax op robots de oplossing?
Een tax op robots kan gezien worden als een deel van de oplossing om de stijging van de productiviteit eerlijker te verdelen tussen arbeid en kapitaal.
Een wereld waar rijkdom gecreëerd wordt zonder dat er arbeid aan te pas komt, klinkt erg aantrekkelijk. De vraag is aan wie die rijkdom zal toekomen. Als geen lonen meer worden uitbetaald, blijft enkel de vergoeding voor het kapitaal over. Het resultaat zou een enorm ongelijke maatschappij zijn. De rijkdom zou nog meer geconcentreerd worden in de handen van zij die nu al bezitten.
Het feit dat een stijging van de productiviteit niet noodzakelijk samengaat met een stijging van het inkomen van werknemers, zien we trouwens vandaag al in de praktijk. In de periode van 1973 tot 2011 steeg de productiviteit met tachtig procent in de Verenigde Staten. Het gemiddelde reële uurloon steeg slechts met tien procent voor de gemiddelde werknemer. Dezelfde tendens zien we in de hele wereld.
Het probleem is niet de automatisering en de robotisering op zich. De stijging van de productiviteit en de technologische vooruitgang moeten we toejuichen. Wel moeten we dringend nadenken over hoe we de rijkdom die we creëren rechtvaardig kunnen verdelen. Dat is vandaag al een groot probleem. Een tax op robots kan gezien worden als een deel van de oplossing om de stijging van de productiviteit (opnieuw) eerlijker te verdelen tussen arbeid en kapitaal. De inkomsten uit de tax op robots kunnen dan ingezet worden om nieuwe jobs te creëren in de sociale sector, waar andere jobs verdwijnen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier