Nederlandse bedrijven die specifieke ‘hoogwaardige en sensitieve technologieën’ buiten de Europese Unie (EU) willen exporteren, moeten vanaf vrijdag een exportvergunning hebben daarvoor. Onder andere chipmachinemaker ASML valt onder de exportbeperkingen.
Dat schrijft de Nederlandse minister Reinette Klever van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp in een brief aan de Tweede Kamer.
Volgens Klever heeft het kabinet de beperkingen vooral opgelegd vanuit ‘nationale veiligheidsoverwegingen’. Als belangrijke technologie in de verkeerde handen valt, dan kan dat volgens de bewindsvrouw risico’s met zich meebrengen voor de openbare veiligheid. ‘Bovendien kunnen deze maatregelen een gelijk speelveld behouden, gezien andere landen soortgelijke maatregelen hebben aangekondigd en geïmplementeerd’, schrijft de minister die daarmee naar de exportrestricties van de Verenigde Staten wijst.
Hoewel ASML, net zoals praktisch alle chipbedrijven, juridisch gezien onder de maatregel valt, verandert er weinig. ‘Dit raakt de verkoop van onze chipmachines niet’, laat een woordvoerder van ASML weten. Het bedrijf uit Veldhoven is al onderhevig aan eerdere exportcontroles.
Overigens zal maar ‘een gering aantal bedrijven onder deze maatregelen vallen’, schrijft de minister. Naast chipmachines moeten bedrijven die bijvoorbeeld koelsystemen die extreem kunnen koelen en kwantumcomputers buiten de EU willen exporteren voortaan ook een vergunning aanvragen.
