Pieter Molen
Wees de komende tijd (extra) waakzaam voor AI-gestuurd fake news
We trokken zopas naar de Europese en federale stembus, in oktober stemmen we lokaal. De komende weken en maanden zullen een grote impact hebben op het politieke landschap. Dat belooft nieuwe kansen, maar er is ook een schaduwzijde.
Fake news en desinformatie, al dan niet via artificiële intelligentie, is een gevestigde waarde in cybercriminaliteit, maar ook staatsactoren ontwikkelen razendsnel hun eigen capaciteiten. Denk maar aan de talloze deepfakes die de wereld worden ingestuurd. De AI-technologie verbetert en dat verlaagt de drempel om fake news te verspreiden. Denk aan de gemanipuleerde foto’s van Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen die wordt opgepakt wegens fraude. Het Nationaal Crisiscentrum waarschuwt nu ook voor een toename aan valse berichten op sociale media over ‘gestolen verkiezingen’. Het wordt dus cruciaal dat particulieren en organisaties effectieve manieren vinden om die dreiging te beperken.
Wat moet je nog geloven?
Generatieve AI is een krachtige technologie met het vermogen om overtuigende inhoud te produceren in een groot aantal talen, alsof het door een mens is geschreven. Het is menselijk om vertrouwen te hebben in zaken die je herkent. Een persoon die ons uiterlijk en onze communicatiestijl deelt, voelt meer vertrouwd dan een letterlijke vreemdeling. AI gaat niet alleen een gesprek met ons aan, maar heeft ook de mogelijkheid om deze gelijkenissen te creëren.
Neem bijvoorbeeld ChatGPT. De tool is intussen ver genoeg ontwikkeld om dialecten authentiek over te nemen. Zo kan het ons naadloos onderdompelen in een gevoel van kameraadschap, vergelijkbaar met de band die we graag zouden hebben met onze politieke vertegenwoordigers. Door dit te misbruiken kunnen actoren met kwade wil onze menselijke zwakke plek uitbuiten. Wanneer we als mens inkomende informatie verwerken, hebben we de neiging waarde te hechten aan kwantiteit en begrijpelijkheid. Dus hoe meer berichten we ontvangen of hoe meer vergelijkbare inhouden we lezen, en hoe makkelijker we die begrijpen, hoe groter de kans dat we het ook geloven. Kijk naar marketing: daar worden boodschappen telkens kort en duidelijk geformuleerd, en steeds herhaald om zo hun impact te vergroten.
AI-gegenereerde deepfakes, waarbij audio of video wordt gemanipuleerd om de woorden van een ander na te bootsen, kunnen dergelijke campagnes nog overtuigender maken. Denk hier aan de eerder onschuldige CD&V-stunt waarbij ze oud-premier Jean-Luc Dehaene weer tot leven wekten en inspeelden op de sterke geschiedenis van de partij.
Tools zoals ChatGPT hebben de mogelijkheid om dergelijke campagnes te maken gedemocratiseerd. Nu het moeilijkste werk voor hen gedaan is, hebben makers van fake news meer tijd om hun berichten te verfijnen en te werken aan versterking via meerdere kanalen, zodat ze gehoord worden. En dat zien we nu gebeuren: het internet loopt over van zeer overtuigende fake content, tot het punt waarop het bijna onmogelijk wordt om fictie van feit te onderscheiden.
De verkiezingen naderen
Het is één van de redenen waarom desinformatie op de eerste plaats staat in het Global Risks Report 2024 van het Wereld Economisch Forum (WEF) als grootste risico voor overheden, burgers en organisaties de komende twee jaren. We moeten dus extra alert zijn voor de mogelijke ondermijning van fake news-campagnes in eigen land en de Europese Unie. Tijdens zulke campagnes wordt wantrouwen gezaaid tegenover een politieke partij of kandidaat. Het is gemakkelijker om iemand te overtuigen iets niet te doen dan omgekeerd. Dus als aanhangers van een partij kunnen worden overtuigd om niet te gaan stemmen, is dat de facto een overwinning voor hun rivalen. Als er genoeg fake news wordt verspreid met een vergelijkbaar verhaal, kan dit een krachtige invloed hebben op het sentiment onder kiezers.
Een nieuw wereldwijd bedrijfsrisico
Het WEF waarschuwt dat door dit soort verkiezingschaos de sociale en politieke kloven groter kunnen worden, waardoor het soort politieke en maatschappelijke ontwrichting en onzekerheid ontstaat waar bedrijven een hekel aan hebben. Maar daarnaast zijn er nog meer directe risico’s voor organisaties. AI-gestuurde deepfakes en desinformatiecampagnes kunnen in theorie de loyaliteit van klanten en de aandelenkoers beïnvloeden door de reputatie van een merk te schaden. Denk aan deepfake video’s van een CEO die racistische taal gebruikt of ‘geheimen’ van de bedrijfsstrategie deelt.
In tijden van verhoogde geopolitieke spanningen kunnen bepaalde staten vijandig staan tegenover buitenlandse merken die in hun land actief zijn. Er kunnen desinformatiecampagnes worden gevoerd om dergelijke organisaties tot zondebok te maken voor de politieke opvattingen van de machthebbers in hun thuisland. Als staatsactoren hun handen niet vuil willen maken aan dergelijke operaties, dan zijn er genoeg cybercriminele groeperingen en/of hacktivisten om beroep op te doen.
De boodschap is duidelijk: IT- en cyberbeveiligingsrisicoleiders moeten desinformatie toevoegen aan de steeds langer wordende lijst van te bewaken en beheren materiële bedrijfsrisico’s. Uiteindelijk kan desinformatie op een dag de norm worden in plaats van de uitzondering. De drempel ligt vandaag laag genoeg om met fake news aan de slag te gaan. Er zijn genoeg conflicten en kwesties in de wereld waar misbruik van gemaakt kan worden. In 2024 en de jaren nadien zullen we niet alleen onze data moeten beschermen. We moeten ook voorkomen dat informatie wordt vervalst.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier