FBI wil achterdeur in versleutelde communicatie
De FBI, de Amerikaanse federale politiedienst, dringt aan op achterdeurtjes in beveiligde communicatie, en vraagt daarbij de hulp van Interpol, de internationale politie-organisatie.
Openbare aanklagers in de VS, het Verenigd Koninkrijk en Australië vroegen eerder al aan Facebook om de plannen rond end-to-end-versleuteling in de berichtendienst van het sociale netwerk uit te stellen. Bij end-to-end-encryptie worden gegevens versleuteld vanop de computer van de verzender, waardoor gebruikers kunnen communiceren zonder dat er iemand meekijkt.
De FBI probeert nu een brede consensus te vinden tegen dit type versleuteling. De dienst heeft een resolutie samengesteld die besproken moet worden door Interpols gespecialiseerde groep tegen kindermisbruik. In die resolutie, die werd ingekeken door techsite Ars Technica, zou onder meer staan dat Interpol er bij technologiebedrijven op aandringt ook in de toekomst een wettige manier te voorzien om toegang te krijgen tot versleutelde data. Officiële reden daarvoor is, zo gaat de tekst verder, omdat “het huidige pad richting end-to-end encryptie, zonder voorzieningen voor wettige toegang, niet toelaat om ‘s werelds kinderen te beschermen van seksuele exploitatie”.
Wat de resolutie lijkt te vragen, is een achterdeurtje voor politiediensten om versleutelde communicatie te doorzoeken. Liefst eentje die “wettige toegang toelaat terwijl de privacy van gebruikers gehandhaafd blijft”. Amerikaanse bedrijven als Facebook of Google geven politiediensten momenteel al toegang tot gebruikersdata. Ze doen dat om tegemoet te komen aan de CLOUD-act, een wet uit 2018 die technologiebedrijven dwingt om, op vertoon van een huiszoekingsbevel, gegevens over te maken, onafhankelijk van waar die opgeslagen worden. De mensen achter de huidige resolutie vrezen dat dit niet meer mogelijk wordt bij end-to-end encryptie. Omdat de volledige communicatie versleuteld is, zouden namelijk ook de gegevens op de servers van de bedrijven in kwestie onleesbaar zijn.
Achterdeurtjes zijn er voor iedereen
De hoeveelheid kinderporno op het net is de laatste jaren exponentieel gestegen. De New York Times schrijft in september nog dat er in 2018 door onderzoekers 45 miljoen beelden en video’s gemarkeerd werden als seksueel kindermisbruik. Volgens het rapport staat Facebook, en diens analysetools, momenteel in voor negentig procent van de rapporten over kinderpornografie aan het Amerikaanse National Center for Missing en Exploited Children. De Amerikaanse overheid vreest dat 70 procent daarvan onder de radar kan vallen als er steviger versleuteling komt.
In een reactie op de eerdere oproep meldt Facebook zelf dat het sterk gekant is tegen pogingen van de overheid om achterdeurtjes in zijn software in te bouwen, omdat die de privacy en veiligheid van mensen ondermijnen. He bedrijf wordt daarin bijgestaan door een groot deel van de securitygemeenschap. Die vreest dat het inbouwen van een kwetsbaarheid voor overheden ook misbruikt zal worden door derden.
Het is nog niet helemaal duidelijk of de resolutie ook zal worden aangenomen door Interpol. Reuters meldde eerder dat de internationale politiedienst deze week een statement hierover zou uitvaardigen, maar dat nieuws is ondertussen ook al tegengesproken.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier