Google lanceert modulaire smartphone in januari 2015

In Californië heeft Google Project Ara voorgesteld, de uit vervangbare modules opgebouwde smartphone waar achter de schermen al een tijd aan gewerkt wordt. Hij moet begin 2015 in de winkel liggen.

U houdt van uw smartphone, maar vindt de camera maar niks? Dan zou het leuk zijn als u er simpelweg een betere in kon klikken. Dat is, in een notendop, het opzet van Project Ara, de modulaire smartphone van Google.

Project Ara werd zopas voor het eerst aan het publiek voorgesteld in Mountainview (Californië), de thuisbasis van Google. Het team van bollebozen dat aan de revolutionaire smartphone werkt, maakte van de gelegenheid gebruik om met ambitieuze doelstellingen uit te pakken.

De eerste Ara-smartphone moet in januari 2015 in de winkel liggen. Het basismodel mag bovendien liefst niet meer dan 50 dollar (35 euro) kosten om te fabriceren.

Speciale 3D-printer

Project Ara bestaat simpel gesteld uit een metalen chassis waarin naar wens een reeks modules geklikt kunnen worden. Scherm, processor, camera, batterij, opslag en radio’s: het moet allemaal makkelijk inwisselbaar zijn.

Modules zouden online-verkocht worden in iets dat zou lijken op de bekende appwinkels van Apple en Android. Stel dat uw Ara-smartphone 3G is en u wil 4G, dan kijkt u op die website naar modules van verschillende fabrikanten, voor verschillende prijzen en kiest degene die u bevalt. Wanneer hij een paar dagen later in de bus valt, kijkt u hem op zijn plaats, et voilà: uw telefoon is meteen een stuk sneller.

Google is bezig met de ontwikkeling van een speciale 3D-printer die het mogelijk moet maken om de moddules te personaliseren met kleuren, patronen en texturen. Kopers zullen niet alleen kunnen beslissen wat hun telefoon doet, maar ook hoe hij eruit ziet.

Grijze telefoon

Het basismodel wordt echter een zogenaamde ‘grey phone’. Die zou het absolute minimum aan functionaliteit hebben en er, zoals de naam al aangeeft, niet al te inspirerend uitzien. Volgens Paul Emerenko, het hoofd van Project Ara, zouden die grijze telefoons voor een bodemprijs bij de supermarkt voorkocht worden.

Vervolgens neem je de grey phone mee naar huis en begin je hem met nieuwe modules te wijzigen en verbeteren tot hij helemaal aan je eigen eisen voldoet. De ene zal bijvoorbeeld een telefoon willen met een buitengewoon goeie camera, terwijl de ander er een superieure MP3-speler van zal maken. Als het goed is, zullen allerlei elektronicafabrikanten daar de vereiste modules voor produceren.

Bedoeling is dat de grey phone niet meer dan 50 dollar kost om te fabriceren. Dat betekent natuurlijk niet dat hij ook voor dat bedrag verkocht zou worden, maar in ieder geval moet hij goedkoop zijn. Daarmee mikt Google op de zogenaamde ‘volgende vijf miljard’: mensen in de ontwikkelingslanden die vandaag nog niet met smartphones rondlopen.

Revolutionair en democratisch

Lukt het met die ambitieuze plannen, dan zou dat de manier waarop we smartphones kopen en gebruiken compleet veranderen. Een telefoon is dan niet langer een product dat hooguit een paar jaar meegaat en dan vervangen wordt door een compleet nieuw exemplaar, maar een toestel dat mee evolueert met zijn eigenaar en met de technologie.

Project Ara zou ook democratisch zijn. Wie veel geld uit te geven heeft, kan er een 50 megapixel-camera, een 2K-scherm, de nieuwste processor en vier gigabyte aan geheugen in steken, terwijl iemand met een bescheiden inkomen de grey phone stukje bij beetje kan veranderen met relatief goedkope modules, naargelang zijn budget dat toelaat.

Hindernissen

Maar dat is dus in een optimaal scenarioe. Op dit moment zijn er nog een hoop hindernissen te overwinnen. De Ara-smartphone zou bijvoorbeeld draaien op Android, het mobiele besturingssysteem van Google, maar dat is op dit moment nog niet in staat om de inwisselbare modules met elkaar te laten communiceren.

Verder zijn er nog geen modules van andere fabrikanten en bestaat de online-winkel waar die verkocht zullen worden nog niet, laat staan de 3D-printer waarmee ze geproduceerd moeten worden.

Blijft nog het grootste vraag van allemaal: niemand weet vooralsnog hoe Google geld gaat verdienen aan dit project. Antwoord, als alles goed gaat, vanaf januari 2015.