Huawei versnelt AI-ambities

Terwijl de wereld met argusogen kijkt naar de toestellen en het netwerkmateriaal van Huawei, blijft de Chinese technologiereus ook focussen op pure rekenkracht. Onder de radar van de Westerse consument pakt het bedrijf uit met onder meer een kant-en-klaar AI-datacenter.

Ongeveer een jaar geleden las u bij Data News over de ‘full stack, all scenario AI portfolio’ die Huawei op haar Huawei Connect conferentie voorstelde in Shanghai. Zeer kort: een aanbod gaande van kleine IoT-verwerkers, edge computing, een mobiel datacenter (voor zelfrijdende wagens) en dat gecombineerd met eigen chips, een eigen architectuur (CANN), een eigen framework (MindSpore) en een laag (de HiAI engine en service) voor application enablement en een Platform-as-a-Service voor machine learning (ModelArts). De boodschap uit China was duidelijk: Huawei wil, naast haar telecomactiviteiten, volwaardig inzetten op computing, en dan specifiek AI.

Een jaar later, op Huawei Connect 2019, bouwt het bedrijf verder op dat elan, in de eerste plaats met de Atlas 900, een datacenter specifiek voor AI-toepassingen, voorzien van Huawei’s eigen Ascend 910 chips. Het datacenter is schaalbaar, van één tot meerdere racks met prestaties van 256 tot 1024 PFLOPS aan FP 16 (16 bit floating point). Volgens Huawei het equivalent van een half miljoen computers waardoor het ResNet-50, een test voor de snelheid van modeltraining, net binnen de zestig seconden kan voltooien. Volgens het bedrijf is dat 15 procent sneller dan de snelste (niet nader genoemde) concurrent.

In Europa wordt de Atlas 900 niet rechtstreeks verkocht. Wel kunnen partners van het bedrijf de AI-datacenters kopen om er zelf clouddiensten op te draaien. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om er Azure op te draaien. Ook de chips van Huawei zelf worden niet apart aangeboden. “We hebben geen ambitie om processoren apart te voorzien. Wel gaan we sommige onderdelen, zoals kaarten en moederborden, aan onze partners leveren zodat zij afgewerkte producten kunnen maken”, zegt Huawei’s ondervoorzitter Ken Hu. Huawei is met haar cloudoplossingen vooral actief in Azië. In Europa heeft het bedrijf onder meer de Orange Group als klant voor cloudinfrastructuur.

Naast de pure hardware werkt Huawei ook de lagen daarboven bij. Zo heeft ModelArts sinds enige tijd een nieuwe versie en is er een ontwikkelaarskit voor Kungpeng (Huawei’s eigen ARM-chip die in januari werd gelanceerd). Daarbij is het volgens Huawei mogelijk om bestaande software (In Java of Python) te draaien zonder aanpassingen. Software in C# of C++ moet mits kleine aanpassingen mogelijk zijn om te draaien. Het bedrijf lanceert ook 43 clouddiensten die mogelijk zijn op basis van Ascend-chips. Het gaat onder meer om elastic cloud servers, ImageSearch, content moderation en toepassingen voor het razendsnel verwerken van testdata rond zelfrijdende wagens.

Maar het bedrijf wil ook haar ontwikkelaarsgemeenschap laten groeien. Vandaag zijn er 1,3 miljoen ontwikkelaars met de technologie van Huawei aan de slag. De ambitie is om dat in de komende vijf jaar te laten groeien tot 5 miljoen. Om die ambitie kracht bij te stellen investeert het bedrijf gedurende die periode anderhalf miljard dollar in haar developer programma.

Volgens Huawei zal AI computing in de toekomst een zeer grote rol spelen in onze maatschappij. “Sinds de jaren zestig hebben we rule-based computing. Je gooit een vergelijking naar je CPU en die geeft je op basis van bepaalde regels een uitkomst”, zegt Ken Hu. “Sinds 2010 is er statistical computing voor zaken als beeldherkenning of stemherkenning, maar het steunt niet op glasheldere regels omdat het geen exacte definitie heeft.” Die statistical computing zal alleen maar meer mainstream worden volgens Huawei.” Binnen vijf jaar zal tachtig procent van de computing power daarrond draaien”, aldus de ondervoorzitter van de Chinese techreus. AI computing gaat nog een stap verder, volgens hem. “Op termijn zal het AI computing worden dat mainstream wordt. Maar dat vraagt een enorme rekenkracht en het tekort aan die rekenkracht moeten we counteren met architectuur en meer diversiteit in chips. Dat zien we als opportuniteiten en daarom investeren we er volop in.”

In haar C-V2X demo toont het bedrijf hoe een iets oudere bus toch nog als connected car kan werken.
In haar C-V2X demo toont het bedrijf hoe een iets oudere bus toch nog als connected car kan werken.

Met de connected car in de slimme stad

In de marge van Huawei’s conferentie nam Data News ook een kijkje in Wuxi, een middelgrote Chinese stad waar het bedrijf momenteel samen met onder meer Volkswagen, Audi, PSA, Ford, Volvo, Intel en de lokale autoriteiten testen opzet rond connected cars en hun infrastructuur, specifiek C-V2X, ‘connected (of cellular) vehicle to X.’

De opzet is relatief eenvoudig. Doorheen de stad, die 6,55 miljoen inwoners en anderhalf miljoen wagens telt, worden road side units (RSU) opgehangen aan de verkeerslichten. Die bakjes communiceren met de verkeersinfrastructuur, maar geven en krijgen ook informatie van de wagens die er passeren.

Zo krijgt en geeft de slimme infrastructuur meldingen als er bijvoorbeeld bij een inhaalmanoeuvre een tegenligger aankomt, wanneer de weersomstandigheden veranderen en zelfs wanneer er voetgangers op de route oversteken. Ook een aanbevolen snelheid om zo vaak mogelijk groen licht te krijgen, voorsorteer-informatie of waarschuwingen over obstakels in een blinde hoek kunnen worden gegeven.

De bedoeling is om via de RSU’s een robuust informatienetwerk te bouwen, al kunnen er ook met behulp van het mobiele netwerk een aantal basisservices worden voorzien.

Wel moeten we nuanceren dat het project nog relatief jong is. De ambitie is om in de stad 200 km2 aan weginfrastructuur tegen eind 2020 uit te rusten met 400 RSU’s. Momenteel zijn dat er nog maar een vijftigtal. Wel is de technologie niet voorbehouden aan de nieuwste voertuigen. Zo gebruikte Huawei tijdens haar demo een vrij oud busje dat met behulp van een (tablet)scherm informatie gaf over de weginfrastructuur, overstekende voetgangers en welke snelheid nodig was om groen licht te krijgen. Het zijn nog geen zelfrijdende wagens, maar het opent wel de mogelijkheid om ook een oudere vloot mee geconnecteerd te krijgen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content