Ict krijgt eigen museum
In Parijs opent binnenkort het eerste permanente en onafhankelijke museum voor professionele informatica van Europa. Jammer voor Brussel.
Op initiatief van de vzw AntéMémoire, die als doel heeft om het culturele en wetenschappelijke erfgoed van de geschiedenis van de informatica te bewaren en te onderhouden, krijgt de site van La Défense in Parijs een permanent en onafhankelijk museum voor professionele ict.Het idee werd in 2003 gelanceerd. Bedoeling was om een onderwijsinstrument te creëren rond de evolutie van it en een platform voor reflexie over toekomstige technologieën. “Als bakermat voor de belangrijkste technologische innovaties is Frankrijk bij uitstek geschikt om een dergelijk initiatief te ontvangen,” menen enkelen van de chauvinistische initiatiefnemers.In een eerste fase gaat het om een tentoonstelling die de naam ‘1940-1990: histoires d’informatiques’ meekrijgt. Ze heeft plaats in Le Toit de la Grande Arche de La Défense. Ze stelt een honderdtal objecten en historische documenten ten toon in 16 thematische en chronologische panelen. De geschiedenis van 50 jaar hard- en software wordt zo overlopen. Er worden zo’n 60.000 tot 100.000 bezoekers verwacht tussen 5 juni en 8 oktober.Maar nu al is gepland dat de tentoonstelling omgevormd wordt tot een permanent it-museum. Voor meer informatie kan u terecht op [www.antememoire.org].Overigens claimt Frankrijk wel het eerste Europese it-museum, maar mogen we niet vergeten dat zich in de kelders van het Unisys-gebouw in Brussel het Belgische Unisys Computer Museum bevindt. Daar heeft Jacques Laffut in 30 jaar tijd meer dan 120 stukken verzameld die teruggaan tot de roots van de it-industrie in het algemeen en Unisys in het bijzonder. Enkele stukken daarvan zijn trouwens uniek zijn in de wereld, zoals de eerste rekenmachine van William Seward Burroughs van 1886.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier