Chauffeurs willen geen ‘nutteloze’ autotechnologie

Chauffeurs zitten niet te wachten op veel van de nieuwe ‘in-car’ technologie. Dat moet blijken uit een studie van Amerikaanse auto-analist JD Power.

Autofabrikanten hebben de voorbije jaren een hele reeks nieuwe snufjes aan hun wagens toegevoegd, van parkeersensoren en achteruitkijk-camera’s tot een carrousel aan ‘in car entertainment’ systemen. Niet al die nieuwe functies vallen echter in goeie aarde, en een deel ervan wordt als ‘nutteloos’ of zelfs vervelend ervaren, zo schrijft JD Power. Het Amerikaanse analistenbedrijf is gespecialiseerd in onder meer autoreviews en baseerde haar rapport op een enquête met zo’n 82.000 respondenten.

Problemen oplossen

Volgens de organisatie moet technologie in auto’s effectief problemen oplossen, terwijl dat vaak niet het geval is. Zo zijn veel (Amerikaanse) chauffeurs wel fan van de parkeerhulp die moderne auto’s bieden, en van de sensor die objecten in je blinde hoek detecteert, omdat die een aantoonbaar nut hebben. Anderzijds blijken maar weinig chauffeurs automatische parkeerfuncties te gebruiken (waarbij de wagen zich voor jou parkeert). Over het algemeen wordt automatisering van rijfuncties an sich niet vaak als nuttig gezien.

Ook weinig geapprecieerd: een extra infotainment scherm voor de passagier. Sommige wagens, vooral van luxemerken als Ferrari, Porsche, Mercedes of Audi, bieden de passagier vooraan een extra scherm om bijvoorbeeld filmpjes te kijken, los van de entertainmentconsole in het midden van de wagen, en van het informatiescherm dat vaak nog eens voor de chauffeur zijn neus zit. En dat is er voor de respondenten van de studie dus wat over.

Verdere worden dingen als gezichtsherkenning, bediening via handbewegingen en vingerafdrukscanners nog gezien als minder nuttig. De ondervraagde chauffeurs hadden dan wel appreciatie voor snufjes als slimme temperatuurregeling. JD Power schrijft dat het de studie uitvoerde om autofabrikanten te helpen beslissen waar ze hun R&D best aan besteden. Met wat geluk krijgen we in de toekomst dus wat meer nuttige functies.