Nathalie Van Raemdonck
Krijgen we technofobie van onze digibesitas?
De tendens om smartphones en het internet te vervloeken is niet nieuw. Maar de artikels, cartoons en “kunst” die op de nieuwe media-technologie bashen zijn niet meer op 1 hand te tellen.
We tonen in deze opinie een kleine greep uit het steeds groter wordend visuele archief van kritiek op de hyperconnectiviteit. Van obsessief zichzelf tentoonspreiden op sociale media, tot de ongevoeligheid van de maatschappij door de ‘deelcultuur’, tot het vasthangen aan een digitale leiband. Er zijn genoeg “Wake up Sheeple” kreten terug te vinden in populaire cultuur, die de maatschappij verwijt asociaal, aandacht zoekend en narcistisch te zijn. Zo zijn er meerdere voorbeelden, zoals die Spoken Word artiest die miljoenen views haalde met een slimme rijm over hoe Iphones alleen maar om “I”, het grote IK draaien.
Krijgen we technofobie van onze digibesitas?
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Of de gerespecteerde graphic novellist Zenpencils die sociale media zelfs met een heroineverslaving vergelijkt.
Maar er zijn ook serieuzere kreten te horen, zoals de TED-talk van ‘cultuuranalist’ Sherry Turkle die er van overtuigd is dat virtuele connecties ons alleen maar eenzamer maken. In januari vonden we in België zelfs een ziektebeeld voor de “overconsumptie aan digitale informatie”. Onderzoekscel iMinds kwam op de proppen met “digibesitas”.
In Datanews (8/3) preekt Bruno Segers dat we beter “wat minder naar elkaar mailen en wat meer met elkaar praten”. Gepaard met een cartoon die onze smartphones als de nieuwe oogkleppen afschildert. Wat toch wel een tegenreactie verdient.
Het voelt een beetje alsof het Neo-luddisme, de Unabomber’s ideologie tegen de nieuwe industrieel technologische maatschappij, terug is van nooit weggeweest, zij het weliswaar in een sterk afgezwakte versie. Er worden geen computerwinkels gebombardeerd, in de plaats zijn hyperbole holle kreten gekomen die ons moeten overtuigen hoe ziek onze maatschappij is omdat we het leven tegenwoordig vooral virtueel doorbrengen. Sterke overdrijvingen die oeverloos herhaald worden, dezelfde open deur die ingetrapt wordt.
Het is naïef om te beweren dat er niets aan onze sociale interactie veranderd is. Integendeel, er hebben zich aardverschuivingen plaatsgevonden sinds onze communicatie zich naar het digitale spectrum heeft verplaatst. Zo lijkt zelfs ons geheugen veranderd te zijn door digitale opslag maar of dit een goede of slechte zaak is, mag best wel wat genuanceerder besproken worden.
Aan de andere kant van deze discussie zijn er namelijk sterke argumenten te vinden, die vaak gedempt worden door betuttelende stemmen over de digitale leefwereld.
Zo hebben we dankzij de deelcultuur een ongelooflijk archief van getuigenissen kunnen aanleggen van historische gebeurtenissen, zoals de beelden tijdens de Parijs aanvallen, de vluchtelingencrisis, de pukkelpopstorm,… of veel simpeler; van je eigen persoonlijke historische momenten; je toevallig gefilmde baby’s eerste woordje, je GoPro-gefilmde ontsnapping aan die beer die plots uit het bos kwam.
Laten we niet de bewegingen vergeten die georganiseerd werden met behulp van sociale media zoals de arabische lente of #blacklivesmatter of #wijoverdrijvenniet.
Verder heeft de digitale communicatie het mogelijk gemaakt van thuis te werken en zo bijvoorbeeld voor kinderen of zieke familieleden te zorgen. Men kan nu zelfs van de andere kant van de wereld hetzelfde werk blijven uitvoeren, een evolutie die technologische nomaden graag verwelkomen.
Het grote probleem met de digitale samenleving is niet dat we te lang naar een schermpje kijken, maar dat men nog steeds denkt dat er geen echte mensen met echte gevoelens in de virtuele wereld zitten
Men kan in contact blijven met vrienden van over heel de wereld, of vrienden kan maken die men nooit heeft gezien aan de andere kant van de planeet. Een blik op een andere cultuur voor degenen die zich geen duur vliegtuigticket kunnen veroorloven.
Maar het belangrijkste argument tegen het trivialiseren van de digitale leefwereld werd door Julianne Ross in Wired omschreven; dat het online leven voor veel mensen even echt is als de fysieke wereld. Suggereren dat dit niet zo is, kan niet alleen kwetsend zijn, maar ook schadelijk zijn. Onder andere cyberpesten wordt nog steeds niet serieus genomen, terwijl het een enorme impact op de psyche van mensen heeft.
Het grote probleem met de digitale samenleving is niet dat we te lang naar een schermpje kijken, maar dat men nog steeds denkt dat er geen echte mensen met echte gevoelens in de virtuele wereld zitten. Overdreven commentaren op opiniestukken (ik verwacht me alvast aan een prachtig staaltje verwensingen hieronder) doen een schrijver of journalist ook echt iets.
Online blijven we nog steeds mensen.
En dat is meteen ook de kern van de zaak: technologie verandert, maar mensen blijven inherent hetzelfde.
Asociale mensen zullen altijd asociaal zijn en zich terugtrekken in een andere wereld. Jonge mensen zullen altijd hunkeren naar validering en aandacht. Narcistische mensen zullen altijd zichzelf aan jou opdringen.
De digitale technologie heeft enkel tools gegeven. Tools waar we met z’n allen gretig gebruik van maken, en die ons het leven vergemakkelijken en verrijken. De maatschappij, die maken we nog steeds zelf. Of dit nu virtueel of fysiek is.
Kortom, een stem tegen de stroom in; de digitale leefwereld heeft een impact op onze sociale interacties, en dat is zo slecht nog niet.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier