Datahouse, dat sinds ongeveer een jaar op de Belgische datacentermarkt actief is, heeft te kampen met de gesloten Belgische telecommarkt.
Datahouse, dat sinds ongeveer een jaar op de Belgische datacentermarkt actief is, heeft te kampen met de gesloten Belgische telecommarkt.
Datahouse nam in het voorjaar van 2011 het vroegere Scarlet-datacenter, in Vilvoorde, over van Belgacom. Het bedrijf uit Alkmaar, dat in handen is van Salavatore Fiorenza (ex-Telecom Italia, ex-BBned), had het niet zo makkelijk om de molen in gang te krijgen. “Aanvankelijk hebben we veel vernieuwd en geïnvesteerd in ons datacenter”, vertelt Fiorenza.”Nadien was het toch vechten voor wat business, maar stilaan begint het hier goed te draaien. Toch hebben we nog steeds te kampen met een erg gesloten Belgische telecommarkt.”
Datahouse had enorm veel moeite om in ons land toegang te krijgen tot glasvezel. ” Er is veel glasvezel in België en er zijn ook voldoende spelers, maar die glasvezel is niet toegankelijk voor derden. Syntigo, Belgacom, Colt, Telenet, Numéricable hebben allemaal hun netwerk. Maar niemand wil dark fibers verhuren. Nu, na een jaar hebben we eindelijk een deal met Numéricable kunnen afsluiten. Eindelijk, want we verloren vaak bij requests for proposals (rfp’s) omdat we geen toegang konden verzekeren tot glasvezel.”
Volgens Fiorenza moet de overheid daar een rol spelen. “Ik zie glasvezel eigenlijk als een nutsdienst, net zoals water. Dat moet van de overheid zijn en open zijn. Dat zou in elk geval de innovatie en de economie kunnen aanzwengelen.” Toch is hij niet hoopvol. “De glasvezelmarkt openstellen is duidelijk geen prioriteit voor de overheid. Ze heeft er ook geen belang bij, omdat dat nadelig zou zijn voor ‘je-weet-wel-wie’ (Belgacom, nvdr).”
Stilaan komt Datahouse in ons land los van de ‘Nederlandse klanten die iets in België willen doen’. Ook bij Belgische bedrijven komt de datacenterspecialist nu aan de bak. “We kunnen nog zo’n 500 racks groeien. We zijn de enige speler rond Brussel die nog 1 megawatt aan vermogen vrij heeft. Wij mikken nu op kleine partijen die een half of één rack nemen. Daar zit nog groei in. Grote spelers zijn geen spek voor onze bek.”
