Marsjeep kreeg software pas onderweg
De Marsauto Curiosity kreeg zijn definitieve software pas onderweg, en landde mede dank zij de hulp van de Belgische Koninklijke Sterrenwacht. Nu Curiosity – het mobiele Mars-onderzoekslaboratorium – veilig is geland, kan het zijn studie van Mars, die volgens plan (minstens) twee aardse jaren of één Mars-jaar moet duren, aanvatten. Interessant is dat het tuig pas na de start vanop de aarde zijn definitieve software kreeg toegestuurd. Dat is overigens niet ongebruikelijk, want voor de start wordt uitdrukkelijk aandacht besteed aan het zo bedrijfszeker maken van de hardware. Na de lancering werd tijdens de ongeveer 8 maanden lange vlucht de software bijgewerkt om deze robuuster en efficiënter te maken.
De Marsauto Curiosity kreeg zijn definitieve software pas onderweg, en landde mede dank zij de hulp van de Belgische Koninklijke Sterrenwacht.
Nu Curiosity – het mobiele Mars-onderzoekslaboratorium – veilig is geland, kan het zijn studie van Mars, die volgens plan (minstens) twee aardse jaren of één Mars-jaar moet duren, aanvatten. Interessant is dat het tuig pas na de start vanop de aarde zijn definitieve software kreeg toegestuurd. Dat is overigens niet ongebruikelijk, want voor de start wordt uitdrukkelijk aandacht besteed aan het zo bedrijfszeker maken van de hardware. Na de lancering werd tijdens de ongeveer 8 maanden lange vlucht de software bijgewerkt om deze robuuster en efficiënter te maken.
Dat laatste betekent dat de software voor individuele taken wordt gecombineerd om met één commando (al dan niet afkomstig van de aarde) een reeks van activiteiten uit te voeren. Met oog daarop werden een reeks simulaties uitgevoerd, om mogelijke kinken uit de software te halen. Overigens zullen ook tijdens de missie op het oppervlak nog geregeld software-updates worden doorgestuurd, zowel om mogelijke problemen op te lossen als om het tuig meer autonomie in zijn werking te bezorgen. Dat was ook al het geval voor vroegere Mars-voertuigen, zoals de in 2004 gelande ‘Opportunity’.
Het bijwerken van de software was ook nodig om de complexe landingsprocedure zo goed mogelijk aan de precieze omstandigheden in de Mars-atmosfeer aan te passen. Daarbij werd hulp geboden door de Koninklijke Sterrenwacht van België (KSB), met zijn expertise inzake dataverwerking en planetaire wetenschap. Concreet droeg de KSB zijn steun bij aan de interpretatie van de data die door de ‘Entry Descent Landing’ instrumentatie werden gemeten tijdens de afdalingsfase van het landingstuig. De metingen, gecombineerd met profielen van de Mars-atmosfeer (inclusief wind etc.), werden verwerkt, zodat het landingstuig uiteindelijk veilig de oppervlak benaderde voor de landing van het voertuig zelf. De KSB werkt ook mee aan het Environmental Monitoring Station op het Marsvoertuig zelf.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier