Meer middelen voor cybercrime bestrijding
Cybercrimebestrijding in België beschikt over heel wat middelen, maar verbetering is nog mogelijk, aldus het boek ‘Cybercrime’.
In een nieuw boek – ‘Cybercrime, door Jan Kerkhofs en Philippe Van Linthout (uitg. Politeia) – wordt beschreven over welk arsenaal middelen het gerecht beschikt in de strijd tegen cybercrime. België ligt hierbij soms voor op andere landen, stelt Philippe Van Linthout, onderzoeksrechter bij de Rechtbank van Eerste Aanleg te Mechelen, door de betreffende wet uit 2000. Hierin is onder meer de mogelijkheid voorzien om in het kader van een onderzoek toegang te krijgen tot bijkomende systemen (waartoe de verdachte toegang heeft) naast het systeem waarop een inbreuk werd vastgesteld. “Hierdoor heeft België toen al de cloud ondervangen, waar data en elementen over heel wat systemen en op verschillende plaatsen in verschillende landen kunnen verspreid staan.”
Bijkomende middelenAnderzijds kunnen best ook nog bijkomende middelen beschikbaar worden gemaakt, om bijvoorbeeld krachtiger en efficiënter methoden toe te passen, zonder te verzanden in academische discussies over de exacte aard van een bepaalde fase waarin data zich bevinden (in transmissie, at rest). Dat kan immers impact hebben op een bredere toepassing van mogelijkheden (zoals ‘aftappen’) die nodig zijn om een onderzoek te voeren. Immers als aftappen onder strikte garanties kan, moet het ook praktisch mogelijk zijn. En als de transmissie zelf versleuteld is, kan dat betekenen dat dan allicht het systeem waarop de transmissie start moet worden aangepakt, zodat de informatie vóór de versleuteling kan worden ‘getapt’, klinkt een voorbeeld. Dat betekent dat onder strikte voorwaarden een vorm van wat hacking-activiteiten zijn, tot de mogelijkheden zou moeten kunnen behoren. Het hele gebeuren rond Snowden en de NSA kan allicht de discussie hierrond wat bemoeilijken, maar er moet wel een onderscheid worden gemaakt tussen dergelijke vormen van inlichtingen inwinnen, en diensten die aan ordehandhaving doen en slachtoffers willen helpen.
Het boek beschrijft het arsenaal aan middelen in positieve zin, benadrukt Van Linthout, met de aansporing er ook daadwerkelijk gebruik van te maken. Naast de nood aan gespecialiseerde cybercrime-magistraten, is het dan ook belangrijk dat alle magistraten een kennis verwerven over cybercrime en de bestrijdingsmiddelen. Ook al omdat vandaag in schier elke zaak wel een cyber-element aanwezig is!
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier