Uit cijfers van Google blijkt dat veel gebruikers blijven zitten met oude versies van het besturingssysteem. Het probleem daarvoor ligt vaak bij de toestelmakers.
Vandaag draait slechts 7,5 procent van de Androids op versie 6.0 (Marshmallow), dat in april vorig jaar verscheen. De meeste gebruikers, 35,6 procent, gebruikt Lollipop (uit 2014). Android 4.4 (KitKat) duikt op bij 32,5 procent van alle gebruikers terwijl Jelly bean (4.1 tot 4.3) op 20,1 procent zit.
Google geeft de statistieken zelf vrij zodat ontwikkelaars weten welke versies ze best ondersteunen in hun apps. Maar tegelijk leggen ze een blijvend probleem bloot voor Android: gebruikers zitten verspreid over verschillende versies en stappen traag of niet over op nieuwe versies.
Updates komen niet altijd
De oorzaak hiervoor ligt doorgaans bij de toestelfabrikanten. Zij zijn vaak de partij die groen licht moet geven voor de update. Maar tegelijk bouwen veel van hen een eigen laag over Android heen met eigen apps of aanpassingen. Dat maakt dat ook die laag compatibel moet zijn met Android, wat meer ontwikkelwerk (en dus tijd) betekent.
Nadelig voor ontwikkelaars
In praktijk wil dat zeggen dat populaire toestellen vaak nog wel één of twee grote upgrades meekrijgen, maar nadien niet meer. Bij minder populaire toestellen is dat vaak zelfs niet het geval. Uitzonderingen zijn toestellen die de standaardversie van Android draaien, hier is immers geen extra werk nodig om de update uit te voeren.
Dat is op zijn beurt dan weer nadelig voor Android in het geheel. Als gebruikers vastzitten op oude versies, dan moeten Android-ontwikkelaars zich in hun ontwikkeling beperken tot de functionaliteiten van die oude versies als ze willen dat hun app door zo veel mogelijk mensen kan gebruikt worden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier