Meta moet Giphy dan toch niet verkopen
Een Brits tribunaal zet een streep door het eerdere besluit van de Britse toezichthouder dat Facebook-moederbedrijf Meta gifjesplatform Giphy moest verkopen.
Het onderzoek dat aan de basis ligt van dit besluit is niet op orde, oordeelt de rechter. De waakhond moet zich dus opnieuw buigen over de overname. Meta, toen nog Facebook, kondigde in 2020 aan dat het gifjes-site Giphy wilde overnemen. De Britse marktregulator, de Consumer and Markets Authority (CMA) oordeelde echter dat de overname door Meta de concurrentie tussen socialemediaplatformen zou schaden. Ook wees de CMA erop dat Giphy door de overname geen concurrent kon worden op de advertentiemarkt. Het oordeelde daarom dat Meta het platform weer moest verkopen.
‘Onderzoek niet op orde’
Meta kon zich niet in het besluit vinden en tekende beroep aan tegen de gedwongen verkoop. De Competition Appeal Tribunal geeft Meta nu gelijk en stelt dat het onderzoek van de marktregulator niet op orde is. Zo zou de toezichthouder bepaalde onderzoeksbevindingen op verkeerde gronden hebben gebruikt. Ook zouden sommige bevinden zijn weggelakt. Het tribunaal vernietigt daarom het oordeel van de CMA. De waakhond heeft al laten weten zijn besluit over de overname van Giphy opnieuw te gaan beoordelen. De regulator verwacht binnen drie maanden met een nieuw oordeel te komen.
In samenwerking met Dutch IT Channel
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier