Microsoft test waterstof als alternatief voor dieselgenerator
De meeste datacenters hebben stevige noodgeneratoren op diesel voor het geval de stroom wegvalt. Microsoft onderzoekt hoe het die machines kan vervangen met brandstofcellen op waterstof, de grootsten in hun soort.
Het gaat om een test waarbij Microsoft een hydrogen fuel cell van 3 megawatt gebruikt om een volledig datacenter te laten draaien tijdens een gesimuleerde stroomuitval. Dat was een succes en wordt nu verder onderzocht om zo’n brandstofcel op basis van waterstof in de toekomst permanent in te zetten als alternatief.
Microsoft zegt dat het al sinds 2013 de piste van brandstofcellen bekijkt. In 2018 koos het voor PEM of proton exchange membrane als technologie. Daarbij worden waterstof en zuurstof gecombineerd, wat elektriciteit, water en hitte opwekt, maar zonder verbranding of uitstoot. Tegelijk is PEM vlot aan en uit te schakelen en kan het de stroomnood van een datacenter meevolgen.
De grootste uitdaging om dieselgeneratoren volledig te vervangen zit bij de capaciteit. In 2020 testte Microsoft al eens een lichter systeem van 250 kilowatt. Daarmee kon het een systeem van tien racks gedurende 48 uur laten draaien.
Met 3MW gaat het volgens Microsoft om een cel die tien keer groter is dan wat er vandaag op de markt beschikbaar is. De test werd dan ook gedaan in samenwerking (en op het hoofdkantoor van) Plug Power, dat zich toelegt op brandstofcellen op waterstof.
Microsoft heeft zoals de meeste technologiebedrijven de ambitie om op termijn klimaatneutraal te zijn. Dat gebeurt onder meer door te zorgen dat de energie in datacenters afkomstig is van hernieuwbare energie. Maar elk datacenter heeft ook een back-up nodig voor wanneer die stroom uitvalt en vandaag gebeurt dat met dieselgeneratoren. Die hoeven slechts uitzonderlijk te draaien, maar moeten voor kwaliteitscontrole welk regelmatig doorheen het jaar draaien waardoor ze fossiele brandstoffen verbranden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier