Netneutraliteit in gevaar in de Verenigde Staten

De voorzitter van Amerikaanse telecomregulator FCC Ajit Pai maakte dinsdag een voorstel bekend om regels voor internetproviders uit het Obama-tijdperk terug te draaien. Voorstanders vrezen het einde van netneutraliteit in Amerika.

‘Ik stel mijn collega’s bij de Federal Communications Communications (FCC, het Amerikaans agentschap dat de telecom-industrie reguleert, nvdr) voor dat we president Obama’s zwaarwegende internetmaatregelen terugdraaien. In plaats daarvan zou de FCC gewoon van internetserviceproviders moeten eisen transparant te zijn zodat hun klanten het abonnement kunnen kopen dat het beste bij hen past.’ Dat is de strekking van het opinieartikel in Wall Street Journal waarmee FCC-voorzitter Ajit Pai dinsdag bekend maakte de Obama-regels over netneutraliteit terug te willen draaien.

Die regels kwamen er in 2015, om te zorgen dat internetserviceproviders, in Amerika onder andere AT&T, Comcast en Verizon, al het internetverkeer gelijk behandelen, ongeacht wie de verzender of de ontvanger ervan is. Dat is netneutraliteit in een notendop. Het voorkomt dat Comcast, eigenaar van mediaconglomeraat NBC Universal, voorrang geeft aan (toekomstige) streamingdiensten uit eigen stal boven bijvoorbeeld Netflix of YouTube. Het voorkomt ook dat bedrijven met een diepe portemonnee sneller internet voor hun diensten kunnen bedingen dan kleinere bedrijven.

Volgens Pai verhinderen de Obama-regels investeringen in het netwerk en werken ze innovatie tegen. ‘Als de huidige regels blijven bestaan, zullen miljoenen Amerikanen die aan de verkeerde kant van de digitale kloof staan nog jaren moeten wachten om meer bandbreedte te krijgen’, schrijft hij. Daarom moeten ze teruggedraaid worden, en moet de Federal Trade Commission (FTC, het agentschap voor consumentenbescherming, nvdr) erop toezien dat de telecombedrijven consumenten niet benadelen.

Sterke lobby

Tim Karr, directeur van strategie voor Free Press, vindt het voorstel van Pai onvoorstelbaar. ‘Het terugdraaien van de regels is verschrikkelijk nieuws voor iedereen behalve een handjevol telecombedrijven’, zegt hij. ‘De sterke lobby wint het van de rechten van internetgebruikers.’ Karr wijst op campagnecontributies die telecombedrijven doen aan Congresleden, die vervolgens tegen netneutraliteit stemmen, op denktanks die volgens hem ‘onzinrapporten’ schrijven en legers aan lobbyisten, die hun wensen aan politici en de FCC duidelijk maken. ‘Ik heb geen exacte cijfers, maar sinds netneutraliteit voor het eerst op de agenda stond elf jaar geleden, moet er minstens 100 miljoen dollar aan lobbywerk besteed zijn’, zegt hij.

Voorstanders van netneutraliteit proberen ondertussen het publiek zover te krijgen zich sterk te maken voor de Obama-regels. Via de website Battle for the Net roepen onder andere Free Press en Fight for the Future mensen op de Congresleden uit hun district te bellen met de vraag zich hard te maken voor netneutraliteit. ‘In november zijn er al honderdduizend telefoontjes gepleegd’, zegt Karr. Het Congres heeft enige controle over de FCC, het bepaalt bijvoorbeeld de begroting voor het agentschap, en op die manier zou het overtuigen van Congresleden kunnen helpen.

Ideologie

De FCC stemt op 14 december over Pai’s voorstel de Obama-regels terug te draaien. Aangezien de FCC bestaat uit drie Republikeinen (waaronder Pai, die begin dit jaar door president Donald Trump werd aangesteld) en twee Democraten, wordt verwacht dat de terugdraaiing goedgekeurd zal worden.

Want hoewel netneutraliteit misschien niet direct als partijdig onderwerp overkomt, wordt het wel zo gepresenteerd. In zijn opinieartikel spreekt Pai van ‘regulering van nutsbedrijven in de stijl van de jaren ’30’. En hij schrijft: ‘De komende weken zullen anti-markt ideologen het Amerikaanse volk proberen bang te maken. Ze zullen beargumenteren dat overheidscontrole de enige manier is om een vrij en open internet te verzekeren.’

Pai doet het zo lijken alsof voorstanders van netneutraliteit het internet hetzelfde zien als snelwegen of bruggen, die door de overheid gebouwd en onderhouden worden. ‘Maar dat speelt helemaal niet’, zegt Karr. ‘Internetserviceproviders zijn geen nutsbedrijven. Het zijn commerciële bedrijven die een commercieel product aanbieden en winst maken. Niemand staat hen in de weg hun bedrijf te runnen zoals zij dat willen. Er is gewoon een basisregel die stelt dat ze al hun internetklanten op dezelfde manier moeten behandelen.’

Karr hekelt de ideologische benadering van het onderwerp. ‘Zo zien internetgebruikers dat helemaal niet’, zegt hij. ‘Op het voornemen van de FCC eerder dit jaar om netneutraliteit te herzien kwamen 22 miljoen publieke reacties binnen. 90 procent daarvan waren voorstander van netneutraliteit. Dat waren zowel Democraten als Republikeinen.’